1 OKTOBER 2009. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de erkenning en de subsidiëring van de verenigingen en de projecten ter verbetering van het stadsmilieu en het leefklimaat in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 12-10-2009 en tekstbijwerking tot 08-07-2011)
HOOFDSTUK I. - Definities
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Erkenning
Art. 2
HOOFDSTUK III. - [1 Subsidies aan de verenigingen voor hun basisopdrachten]1
Art. 3-6
HOOFDSTUK IV. - [1 Meerjarige subsidie voor projecten]1
Art. 7-9
HOOFDSTUK V. - [1 Controle, intrekking en opschorting van de erkenning en van de subsidies]1
Art. 10-12
HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen
Art. 13-15
HOOFDSTUK I. - Definities
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit moet verstaan worden onder :
1. Ordonnantie : de ordonnantie van 4 september 2008 met betrekking tot het subsidiëren van de verenigingen en de projecten ter verbetering van het stadsmilieu en het leefklimaat in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
2. [1 ...]1
[1 2.]1 (oude punt 3 wordt nieuw punt 2) [1 Adviesorganen : één of meerdere organen die belast zijn met een adviesbevoegdheid in de belangrijkste activiteitensector van de vereniging en die aangeduid zijn door de Minister, de Economische en Sociale Raad, de Raad voor het Leefmilieu, de Hoge Raad voor de Natuur, de Adviesraad voor Huisvesting, de Gewestelijke Mobiliteitscommissie of bij gebrek aan een dergelijk adviesorgaan, het bevoegde bestuur;]1
4. [1 ...]1
----------
(1)<BESL 2011-04-07/12, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 18-07-2011>
HOOFDSTUK II. - Erkenning
Art.2.§ 1. De erkenning als vereniging in de zin van artikel 3 van de ordonnantie kan toegekend worden door de Regering op voorstel van elke minister [1 of Staatssecretaris bevoegd in de belangrijkste activiteitensector van de betrokken vereniging]1.
§ 2. [1 De erkenningsaanvraag wordt elk jaar tussen 1 en 31 oktober met gebruikmaking van het ad hoc-formulier per aangetekend schrijven en per elektronische post en vergezeld van de volgende documenten aan het bestuur gericht dat bevoegd is in de belangrijkste activiteitensector van de betrokken vereniging :
1. de laatste versie van de in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad gepubliceerde statuten;
2. de lijst met de namen van de bestuurders die bij de griffie van de rechtbank van koophandel ingediend werd;
3. het recentste beschikbare activiteitenverslag;
4. de jaarrekeningen van het recentste beschikbare jaar;
5. de omschrijving van de basisopdrachten;
6. het meerjarige gedetailleerde activiteitenprogramma;
7. de meer jarige gedetailleerde begrotingsraming;
8. het verzekeringsbewijs bedoeld in artikel 4, 6°, van de ordonnantie;
9. Het bewijs dat de vereniging in orde is met de sociale wetgeving inzake de rechten van de werknemers.]1
[1 De minister bepaalt het model van het ad hoc formulier voor het indienen van een erkenningsaanvraag.]1
§ 3. Elke minister kan, voor wat hem of haar betreft, bij ministerieel besluit de ter ondersteuning van de aanvraag in te dienen documenten preciseren en aanvullen, binnen het strikte kader van de voorwaarden opgelegd in artikel 2, § 2.
Indien de erkenningsaanvraag onvolledig is, licht het bestuur de vereniging hierover uiterlijk op 15 november in. De vereniging overhandigt de ontbrekende documenten uiterlijk op 10 december; zo niet, dan kan de aanvraag niet [1 per aangetekend schrijven]1 in overweging worden genomen.
§ 4. Indien het dossier volledig is, vraagt het bestuur onverwijld het advies van de adviesorganen over de erkenningsaanvraag. De adviesorganen maken hun advies uiterlijk op 1 februari bekend. Bij het uitblijven van een antwoord op deze datum, wordt het advies gunstig geacht.
[1 § 4bis. Om te kunnen worden erkend moet de vereniging :
1. aantonen dat haar maatschappelijk doel en activiteiten strekken tot de verbetering van het stadsmilieu en het leefklimaat;
2. aantonen dat haar basisopdrachten een duurzaam karakter hebben;
3. een recurrente actie voeren op lange termijn en een volume aan activiteiten hebben die gepaard gaan met werkings- en personeelsuitgaven waarvoor de toekenning van een subsidie voor de basisopdrachten gerechtvaardigd is.]1
§ 5. [1 Op basis van de elementen aangeleverd door de vereniging, overeenkomstig § 2 en § 4bis, en het advies bedoeld in § 4, beslist de Regering over de toekenning of de weigering van de erkenning. Zij betekent haar beslissing uiterlijk op 15 maart.]1
De erkenning wordt door de Regering toegekend in de vorm van een besluit waarvan een eensluidend afschrift aan de vereniging bezorgd wordt.
Ze wordt toegekend voor een duur van vijf jaar.
----------
(1)<BESL 2011-04-07/12, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 18-07-2011>
HOOFDSTUK III. - [1 Subsidies aan de verenigingen voor hun basisopdrachten]1
----------
(1)
Art.3.Rekening houdend met de beschikbare begrotingskredieten, kent de Regering, op voorstel van elke Minister [1 of de staatssecretaris bevoegd in de belangrijkste activiteitensector van de betrokken vereniging]1 en in toepassing van artikel 6 van de ordonnantie, vijfjarige basissubsidies toe aan de erkende verenigingen die daartoe een aanvraag indienen.
----------
(1)<BESL 2011-04-07/12, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 18-07-2011>
Art.4.§ 1. [1 De subsidieaanvragen worden met gebruikmaking van het ad hoc formulier per aangetekend schrijven en per elektronische post aan het bestuur bevoegd in de belangrijkste activiteitensector van de betrokken vereniging gericht.]1
Bij de aanvragen worden de volgende documenten gevoegd :
1° [1 de jaarrekeningen]1 van het recentste beschikbare jaar;
[1 1°/1 het recentste beschikbare activiteitenverslag;]1
2° de meerjarige begrotingsraming;
3° het meerjarige actieprogramma;
4° voor verenigingen die de sector Monumenten en Landschappen tot maatschappelijk doel hebben, het bewijs dat ten minste één bij de [1 Raad van Bestuur van de]1 VZW aangesloten natuurlijke persoon houder is van een universitair diploma tweede cyclus in de richtingen geschiedenis, kunstgeschiedenis, archeologie of erfgoedpedagogie, of een toereikende kwalificatie en ervaring inzake erfgoed, in het beheer van erfgoed of erfgoedpedagogie kan voorleggen. Onder "toereikende kwalificatie en ervaring inzake erfgoed, in het beheer van erfgoed of erfgoedpedagogie" wordt verstaan : het verwerven van ten minste twee jaar ervaring in deze materie voorafgaand aan de indiening van de erkenningsaanvraag;
[1 5° de statuten, indien zij gewijzigd werden.]1
[1 De minister bepaalt het model van het ad hoc formulier voor het indienen van een erkenningsaanvraag.]1
§ 2. Elke minister kan, voor wat hem of haar betreft, de vermeldingen en de ter ondersteuning van de aanvraag in te dienen documenten bij ministerieel besluit preciseren en aanvullen, binnen het strikte kader van de voorwaarden opgelegd in artikel 4, § 1.
Indien de subsidieaanvraag onvolledig is, licht het bestuur de vereniging hierover binnen de maand per aangetekend schrijven in. In dit geval wordt de in § 3 bepaalde termijn opgeschort totdat de ontbrekende documenten ontvangen worden.
§ 3. De Regering betekent de toekenning of de weigering van de subsidie binnen de twee maanden na ontvangst van de volledige aanvraag. Het besluit tot toekenning van de subsidie vermeldt de modaliteiten voor de uitbetaling en de jaarlijkse evaluatie.
§ 4. De documenten bedoeld in § 1 worden elk jaar door de vereniging [1 geactualiseerd en]1 aan het bestuur bezorgd.
----------
(1)<BESL 2011-04-07/12, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 18-07-2011>
Art.5.Het bedrag van de basissubsidie wordt onder meer bepaald in functie van het actieprogramma. De [1 subsidie voor de basisopdrachten]1 is bedoeld om de personeelskosten en de algemene kosten verbonden aan de basisopdrachten geheel of gedeeltelijk te dekken.
----------
(1)<BESL 2011-04-07/12, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 18-07-2011>
Art.6.[1 Er wordt een overeenkomst met de vereniging ondertekend waarin het meerjarig gedetailleerd aktiviteitenprogramma, de doelstellingen en de nadere regels voor de jaarlijkse beoordeling worden vermeld.]1
----------
(1)<BESL 2011-04-07/12, art. 7, 002; Inwerkingtreding : 18-07-2011>
HOOFDSTUK IV. - [1 Meerjarige subsidie voor projecten]1
----------
(1)
Art.7.Rekening houdend met de beschikbare begrotingskredieten, kan de Regering, op voorstel van elke Minister [1 of staatssecretaris]1 en in toepassing van artikel 8 van de ordonnantie, meerjarige subsidies voor projecten toekennen.
----------
(1)<BESL 2011-04-07/12, art. 9, 002; Inwerkingtreding : 18-07-2011>
Art.8.§ 1. De subsidieaanvragen worden [1 met gebruikmaking van het bijgevoegde formulier]1 per aangetekend schrijven [1 en per elektronische post]1 bij het bestuur ingediend :
Bij de aanvragen worden de volgende documenten gevoegd :
1° de projectbeschrijving
2° de begrotingsraming van het project;
3° [1 De jaarrekeningen]1 van het recentste beschikbare jaar;
[1 4. het recentste beschikbare activiteitenverslag;
5. de laatste versie van de in het Belgisch Staatsblad gepubliceerde statuten.]1
§ 2. Elke minister kan, voor wat hem of haar betreft, de vermeldingen en de ter ondersteuning van de aanvraag in te dienen documenten bij ministerieel besluit preciseren en aanvullen.
Indien de subsidieaanvraag onvolledig is, licht het bestuur de vereniging hierover binnen de maand per aangetekend schrijven in. In dit geval wordt de in § 3 bepaalde termijn opgeschort totdat de ontbrekende documenten ontvangen worden.
§ 3. De Regering betekent de toekenning of de weigering van de subsidie binnen de [1 drie maanden]1 na ontvangst van de volledige aanvraag. In het besluit tot toekenning van de subsidie worden de modaliteiten van de uitbetaling en van de jaarlijkse evaluatie vermeld.
§ 4. De documenten bedoeld in § 1 worden elk jaar door de vereniging [1 geactualiseerd en]1 aan het bestuur bezorgd.
----------
(1)<BESL 2011-04-07/12, art. 10, 002; Inwerkingtreding : 18-07-2011>
Art.9.Het subsidiebedrag is bedoeld om de projectkosten geheel of gedeeltelijk te dekken.
Er wordt een overeenkomst met de vereniging ondertekend, waarin volgende elementen worden overgenomen : het gedetailleerde meerjarige actieprogramma waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, de doelstellingen, [1 ...]1, evenals de modaliteiten voor de jaarlijkse evaluatie.
----------
(1)<BESL 2011-04-07/12, art. 11, 002; Inwerkingtreding : 18-07-2011>
HOOFDSTUK V. - [1 Controle, intrekking en opschorting van de erkenning en van de subsidies]1
----------
(1)
Art.10.§ 1. Wanneer, op basis van meer bepaald de jaarlijkse evaluatie, de minister [1 of staatssecretaris]1 vaststelt dat een vereniging de bepalingen van de ordonnantie, die van dit besluit of die van de overeenkomst bedoeld in artikel 6 niet meer in acht neemt, of wanneer de activiteiten van de vereniging niet meer overeenstemmen met het door de ordonnantie bepaalde maatschappelijk doel, dan deelt hij aan de vereniging, na haar gehoord te hebben, een beslissing tot opschorting van de erkenning voor een duur van drie maanden mee.
§ 2. Wanneer de vereniging na het verloop van die termijn nog altijd niet aan de genoemde voorwaarden voldoet, dan beslist de Regering, na de vereniging gehoord te hebben, over de intrekking van de erkenning.
§ 3. De intrekking of de opschorting van de erkenning wordt per aangetekend schrijven aan de vereniging betekend.
----------
(1)<BESL 2011-04-07/12, art. 13, 002; Inwerkingtreding : 18-07-2011>
Art.11.§ 1. De intrekking of de opschorting van de erkenning leidt respectievelijk tot de intrekking of de opschorting van de vijfjarige subsidie.
§ 2. [1 Overeenkomstig de Ordonnantie met bettrekking tot het subsidiëren van de verenigingen en de projecten ter verbetering van het stadsmilieu en het leefklimaat in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, artikel 10, tweede alinea, zijn de verenigingen onderworpen aan de verplichtingen die gedefinieerd zijn in de artikelen 92 tot 95 van de organieke ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle, inzonderheid wat de intrekking, de opschorting en de terugbetaling van de subsidies betreft.]1
----------
(1)<BESL 2011-04-07/12, art. 14, 002; Inwerkingtreding : 18-07-2011>
Art.12.Elke minister [1 of staatssecretaris]1 is gemachtigd, voor wat hem of haar betreft, om de naleving van dit besluit te controleren.
----------
(1)<BESL 2011-04-07/12, art. 15, 002; Inwerkingtreding : 18-07-2011>
HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen
Art.13. De in dit besluit vastgelegde termijnen worden opgeschort van 15 juli tot en met 15 augustus.
De dossiers voor de eerste erkenningsprocedure kunnen ingediend worden tot 30 november 2009.
Art.14. Elke minister wordt, voor wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 15. Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2009.
Brussel, 1 oktober 2009.
De Minister-voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke besturen, Ruimtelijke ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing, Huisvesting, Openbare netheid, Buitenlandse handel, Ontwikkelingssamenwerking en Gewestelijke statistiek,
Ch. PICQUE
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering,belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt en Externe Betrekkingen,
J.-L. VAN RAES
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Leefmilieu, Energie, Waterbeleid, Stadsvernieuwing, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Huisvesting,
Mevr. E. HUYTEBROECK
Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Openbare Werken, Vervoer, Gewestelijke en gemeentelijke Informatica en Gelijkekansenbeleid,
Mevr. B. GROUWELS
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Tewerkstelling, Economie, Buitenlandse Handel en Wetenschappelijk Onderzoek,
B. CEREXHE