Details





Titel:

9 JUNI 2009. - Wet tot oprichting van een Belgisch Centrum voor alternatieven voor dierproeven (NOTA : opgeheven voor het Waalse Gewest bij DWG2018-10-04/15, art. 24,2°, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2019)(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 24-08-2009 en tekstbijwerking tot 31-12-2018)



Inhoudstafel:


Art. 1-8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art.2. Er wordt op federaal niveau een Belgisch Centrum voor alternatieven voor dierproeven opgericht, hierna "het Centrum" genoemd.

Art.3. § 1. Het Centrum heeft tot doel het onderzoek, de ontwikkeling en de validatie van alternatieven voor dierproeven te stimuleren, onder meer via betrouwbaarheids- en nuttigheidstesten.
  § 2. Het Centrum is belast met de volgende taken :
  -het onderzoek naar de alternatieven voor dierproeven stimuleren, waaronder onder meer de toxicogenomica, de proteomica en de genomica;
  - het onderzoek naar alternatieven voor dierproeven coördineren;
  - samenwerken met zijn internationale evenknieën, onder meer het ECVAM (European Centre for the Validation of Alternative Methods) inzake validatie van die methodes teneinde het gebruik ervan aan te moedigen;
  - zowel op nationaal als op Europees vlak de gegevensuitwisseling terzake bevorderen;
  - deel uitmaken van nationale en internationale samenwerkingsnetwerken en -structuren.

Art.4. De Koning bepaalt, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de samenstelling, de werking en de regels inzake de uitoefening van de taken van het Centrum, alsmede de begrotingsmiddelen van het Centrum en de begroting waarop zij worden uitgetrokken.

Art.5. Binnen het Centrum wordt een wetenschappelijk comité opgericht, dat bestaat uit deskundigen inzake alternatieven voor dierproeven.
  De Koning bepaalt bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad de samenstelling en de werking van dat comité, alsook de datum waarop dat comité zal worden ingesteld.

Art.6. Het Centrum stelt een huishoudelijk reglement op en legt dit ter goedkeuring voor aan de voor Dierenwelzijn en Wetenschapsbeleid bevoegde Ministers.

Art.7. Het Centrum voert wetenschappelijke studies uit en stelt elk jaar een activiteitenverslag op.
  Het wetenschappelijk comité verstrekt advies uit eigen beweging en op verzoek van een van de bevoegde ministers.

Art. 8. Deze wet treedt in werking op een door de Koning te bepalen datum en uiterlijk twaalf maanden na de afkondiging ervan.