7 MEI 2009. - Wet houdende instemming met en uitvoering van het Avenant, ondertekend te Brussel op 12 december 2008, bij de Overeenkomst tussen België en Frankrijk tot voorkoming van dubbele belasting en tot regeling van wederzijdse administratieve en juridische bijstand inzake inkomstenbelastingen, ondertekend te Brussel op 10 maart 1964 en gewijzigd door de Avenanten van 15 februari 1971 en 8 februari 1999
Art. 1-8
BIJLAGE.
Art. N
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.
Art.2. Het Avenant, ondertekend te Brussel op 12 december 2008, bij de Overeenkomst tussen België en Frankrijk tot voorkoming van dubbele belasting en tot regeling van wederzijdse administratieve en juridische bijstand inzake inkomstenbelastingen, ondertekend te Brussel op 10 maart 1964 en gewijzigd door de Avenanten van 15 februari 1971 en 8 februari 1999, (hierna " het Avenant " genoemd), zal volkomen gevolg hebben.
Art.3. Voor de toepassing van de regeling waarin wordt voorzien door het in artikel 2 van het Avenant bedoelde " Aanvullend Protocol inzake grensarbeiders " (hierna " de grensarbeidersregeling " genoemd) :
a) wordt onder de uitdrukking " duurzaam tehuis " verstaan de plaats waar de belastingplichtige gewoonlijk woont, in voorkomend geval met zijn/haar echtgenoot/echtgenote of wettelijk samenwonende en met de kinderen. De woning moet te allen tijde, op een onafgebroken wijze en niet enkel bij gelegenheid tot de beschikking van de belastingplichtige staan; ze bevat alle voorzieningen die vereist zijn voor een permanente bewoning onder omstandigheden die toereikend zijn wat comfort betreft.
Voor de gehuwden en de wettelijk samenwonenden bevindt het enig duurzaam tehuis zich, behoudens tegenbewijs, in de Staat waar het gezin is gevestigd, dit wil zeggen de Staat waar met name de echtgenoot/echtgenote of de wettelijk samenwonende gewoonlijk verblijft met de kinderen.
b) oefent een werknemer zijn bezoldigde werkzaamheid uit in de Belgische grensstreek wanneer hij aldaar fysiek aanwezig is voor het uitoefenen van die werkzaamheid, ongeacht de woonplaats of vestigingsplaats van de werkgever of van de schuldenaar van de bezoldigingen, de plaats waar de werknemer zijn dienst aanvat, de plaats waar de arbeidsovereenkomst werd opgemaakt, de plaats of het tijdstip van betaling van de bezoldigingen of de plaats waar de resultaten van de bezoldigde werkzaamheid geëxploiteerd worden.
Art.4. § 1 Om de vrijstelling van bedrijfsvoorheffing te genieten die op grond van artikel 87 van het koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 van toepassing is, moet een werknemer die zijn enig duurzaam tehuis in de Franse grensstreek heeft en die in aanmerking komt om het voordeel van de grensarbeidersregeling te genieten, vóór de betaling van de eerste bezoldiging van elk jaar aan zijn werkgever een formulier bezorgen, vergezeld van een afschrift van elk document tot staving van de daadwerkelijke bewoning van een tehuis in de Franse grensstreek. Dat formulier, naar behoren ingevuld door de werknemer en de werkgever, moet bevestigd worden door de Franse belastingdienst tot wiens ambtsgebied de werknemer behoort.
§ 2. Bij het einde van het jaar moet de werknemer die het voordeel van de grensarbeidersregeling aanvraagt in het in paragraaf 1 bedoelde formulier verklaren dat hij in de loop van het afgelopen jaar zijn werkzaamheid niet buiten de Belgische grensstrek heeft uitgeoefend gedurende een groter aantal dagen dan toegestaan krachtens de paragrafen 4 tot 7 van het " Aanvullend Protocol inzake grensarbeiders ".
Art.5. § 1. De werkgever die in de loop van een bepaald jaar gebruik heeft gemaakt van de diensten van een werknemer die in aanmerking komt om het voordeel van de grensarbeidersregeling te genieten, moet ten laatste op 31 maart van het volgende jaar het in artikel 4 bedoelde formulier aan de administratie overleggen en de dagen opgeven waarop de werknemer in de loop van het betrokken jaar de Belgische grensstreek heeft verlaten bij de uitoefening van zijn werkzaamheid.
§ 2. De werkgever moet bovendien een telling bijhouden van al de dagen waarop de werknemer de grensstreek verlaat, met vermelding van de redenen waarvoor zulks telkens gebeurde. Die telling moet dagelijks bijgewerkt worden.
§ 3. Het aantal dagen waarop de werknemer de Belgische grensstreek heeft verlaten moet vermeld worden op de individuele fiche van de werknemer.
§ 4. De werkgever moet de documenten die zijn bedoeld in paragraaf 2 van dit artikel en in artikel 4 ter beschikking houden van de administratie en van de werknemer op de plaats waar deze laatste zijn werkzaamheid gewoonlijk uitoefent.
§ 5. De bedrijfsvoorheffing is verschuldigd zodra de werkgever vaststelt dat één van de toepassingsvoorwaarden van de grensarbeidersregeling niet vervuld is. Hetzelfde geldt wanneer de administratie aan de werkgever laat weten dat ze van oordeel is dat de toepassingsvoorwaarden van die regeling niet vervuld zijn.
§ 6. De werkgever moet aan de administratie een lijst bezorgen met de werknemers die het voordeel van de grensarbeidersregeling aanvragen en voor wie die regeling pas na de datum van ondertekening van het Avenant werd toegepast.
Art.6. § 1. Het niet-nakomen van de verplichtingen zoals bedoeld in artikel 5, paragrafen 1 tot 4, staat gelijk met een inbreuk op de bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en van de tot uitvoering daarvan genomen besluiten met betrekking tot de bedrijfsvoorheffing, zoals bedoeld in artikel 358, paragraaf 1, 1°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992.
§ 2. De administratieve en strafrechtelijke sancties bepaald in de artikelen 444 tot 459 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 zijn van toepassing op diegene die niet voldoet aan een verplichting die hem ingevolge artikel 4 en artikel 5, paragrafen 1 tot 4 en paragraaf 6 is opgelegd.
In afwijking van de bepalingen van artikel 444, eerste lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, in geval van een onvolledige of onjuiste verklaring van de werknemer in het in artikel 4 bedoelde formulier met betrekking tot zijn enig duurzaam tehuis of met betrekking tot de dagen waarop hij in de loop van een bepaald jaar de Belgische grensstreek heeft verlaten bij de uitoefening van zijn werkzaamheid, met het opzet de belasting in België te ontduiken, wordt de verhoging bepaald op :
- 100 % van de ontdoken belasting van niet-inwoners of personenbelasting, naargelang het geval, als het om de eerste overtreding gaat;
- 200 % van de ontdoken belasting van niet-inwoners of personenbelasting, naargelang het geval, voor de tweede overtreding en de volgende overtredingen.
In afwijking van de bepalingen van artikel 444, eerste lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, in geval van een verklaring, als bedoeld in artikel 5, paragraaf 1, van de dagen waarop de werknemer in de loop van een bepaald jaar de Belgische grensstreek heeft verlaten bij de uitoefening van zijn werkzaamheid, die de werkgever op een onvolledige of onjuiste manier heeft gedaan met het opzet de belasting in België te ontduiken, wordt de verhoging bepaald op :
- 100 % van de ontdoken bedrijfsvoorheffing, als het om de eerste overtreding gaat;
- 200 % van de ontdoken bedrijfsvoorheffing, voor de tweede overtreding en de volgende overtredingen.
§ 3. In het kader van de toepassing van de grensarbeidersregeling zijn de processen-verbaal die opgemaakt zijn door ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Financiën een bewijsmiddel voor het vaststellen van het bestaan van de belastingschuld. De processen-verbaal hebben bewijskracht tot bewijs van het tegendeel.
Art.7. § 1. In afwijking van de bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 met betrekking tot de termijnen inzake bezwaar en ambtshalve ontheffing, wordt de ontheffing verleend van de belastingen die in tegenspraak met de bepalingen van het Avenant werden geheven of betaald, zelfs wanneer die belastingen op grond van het gemeen recht niet meer kunnen worden herzien. Die ontheffing wordt verleend, ofwel ambtshalve door de directeur der belastingen indien de overbelasting door de Administratie werd vastgesteld of door de belastingschuldige aan de Administratie werd bekendgemaakt binnen een termijn van zes maanden met ingang van de publicatie van deze wet in het Belgisch Staatsblad, ofwel naar aanleiding van een schriftelijk en met redenen omkleed bezwaarschrift dat binnen dezelfde termijn bij de voornoemde ambtenaar werd ingediend.
§ 2. In afwijking van de bepalingen van artikel 4, paragraaf 2 en van artikel 5 kan, voor de toepassing van artikel 2, paragraaf 4, a) van het Avenant, het recht op het voordeel van de grensarbeidersregeling met alle rechtsmiddelen, met uitzondering van de eed, worden aangetoond. De werkgever bezorgt aan de werknemer die aanspraak maakt op de toepassing van artikel 2, paragraaf 4, a) van het Avenant, de telling van de dagen waarop die werknemer in de loop van het betrokken jaar of de betrokken jaren de Belgische grensstreek heeft verlaten.
Art.8. In afwijking van de bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, mogen de belastingen of de aanvullende belastingen die voortvloeien uit de toepassing van het Avenant nog geldig worden gevestigd na het vervallen van de aanslagtermijnen waarin het gemeen recht voorziet tot het verstrijken van een termijn van één jaar met ingang van de bekendmaking van deze wet in het Belgisch Staatsblad.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 7 mei 2009.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Buitenlandse Zaken,
K. DE GUCHT
De Minister van Financiën,
D. REYNDERS
Met 's Lands zegel gezegeld :
De Minister van Justitie,
S. DE CLERCK
BIJLAGE.
Art. N. Avenant bij de Overeenkomst tussen België en Frankrijk tot voorkoming van dubbele belasting en tot regeling van wederzijdse administratieve en juridische bijstand inzake inkomstenbelastingen, ondertekend te Brussel op 10 maart 1964 en gewijzigd door de Avenanten van 15 februari 1971 en 8 februari 1999
(Voor het Avenant, zie : 2008-12-12/A4)