8 JUNI 2008. - Wet houdende opheffing van het verval van sommige wetsontwerpen die een aangelegenheid regelen als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art. 1-3
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art.2. Krachtens artikel 2, tweede lid, van de wet van 5 mei 1999 betreffende de gevolgen van de ontbinding van de Wetgevende Kamers ten aanzien van de aanhangige wetsontwerpen en wetsvoorstellen, blijven bij de Kamers de hieronder opgesomde ontwerpen van wet aanhangig :
1° wetsontwerp tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek met het oog op het instellen van een immuniteit van tenuitvoerlegging ten overstaan van tegoeden van buitenlandse centrale banken en internationale monetaire autoriteiten (ontwerp overgezonden door de Kamer van volksvertegenwoordigers op 19 april 2007 - Senaat, Doc. nr. 3-2418/1);
2° wetsontwerp tot wijziging van artikel 8bis van de wet van 27 februari 1987 betreffende de tegemoetkomingen aan personen met een handicap, om de wachttijd voor de vaststelling van een handicap in te korten (ontwerp overgezonden door de Senaat op 24 april 2007 - Kamer, Doc. 51 3087/001);
3° wetsontwerp tot wijziging van het Wetboek van vennootschappen met het oog op de invoering van de deelname op afstand aan de algemene vergadering (ontwerp overgezonden door de Senaat op 26 april 2007 - Kamer, Doc. 51 3114/001).
Art. 3. Deze wet treedt in werking de dag waarop zij in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 8 juni 2008.
ALBERT
Van Koningswege :
De Eerste Minister,
Y. LETERME
Met 's Lands zegel gezegeld :
De Minister van Justitie,
J. VANDEURZEN.