20 DECEMBER 2007. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 juni 1971 houdende het statuut van het personeel van het Federaal Planbureau.
Art. 1-6
Artikel 1. Artikel 7, tweede lid van het koninklijk besluit van 9 juni 1971 houdende statuut van het personeel van het Planbureau, wordt vervangen als volgt :
" Het lid dat uit hoofde van zijn graad een vlakke loopbaan heeft, bekomt achtereenvolgens de bevordering tot elk van de graden van die loopbaan zodra hij negen jaar graadanciënniteit heeft. "
Art.2. Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
" Art. 11. Voor de toepassing van artikel 8, dienen de graden waarvan de leden van het Federaal Planbureau titularis kunnen zijn, beschouwd als geklasseerd in niveau en klasse volgens de schaal die hun toebedeeld wordt in artikel 14 van dit besluit; de letter van de schaal duidt het niveau aan, het eerste cijfer de klasse en het tweede cijfer de plaats van de weddeschaal met betrekking tot de andere weddeschalen in de klasse. "
Art.3. Artikel 14 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 6 juni 1980 en vervangen bij het koninklijk besluit van 20 maart 2003 wordt vervangen als volgt :
" Art. 14. De weddeschalen van de leden van het Federaal Planbureau worden vastgesteld als volgt : Commissaris bij het Plan A53 Commissaris-adjunct bij het Plan A52 Adviseur bij het Plan, verantwoordelijke van een directie A51 Adviseur bij het Plan A42 Eerste Opdrachthouder A41 Opdrachthouder A32 Attache A23
In afwijking van het vorige lid, en in voorkomend geval, behouden de leden het voordeel van de weddeschaal die zij genoten vóór de inwerkingtreding van dit besluit, voor zover die gunstiger is. "
Art.4. Artikel 15 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.5. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 december 2005.
Art. 6. Onze Eerste Minister en Onze Minister van Economie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 20 december 2007.
ALBERT
Van Koningswege :
De Eerste Minister,
G. VERHOFSTADT
De Minister van Economie,
M. VERWILGHEN.