Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

20 DECEMBER 2007. - Koninklijk besluit betreffende de rechtspositie van de personeelsleden van de voormalige luchtvaartpolitie overgeplaatst naar de voormalige rijkswacht.



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK 1. - Definities.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Statutaire keuze.
Art. 2-4
HOOFDSTUK III. - Overplaatsing naar de personeelscategorie met algemene politiebevoegdheid.
Art. 5-8
HOOFDSTUK IV. - Gemeenschappelijke bepaling.
Art. 9
HOOFDSTUK V. - Bezoldiging.
Art. 10
HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen.
Art. 11-12
BIJLAGEN.
Art. N1-N2



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK 1. - Definities.
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit, dient te worden verstaan onder :
  1° " overgeplaatste personeelsleden " : de personeelsleden van de naamloze vennootschap van publiek recht Brussels International Airport Company (BIAC), voormalige personeelsleden van de luchtvaartpolitie bij de Regie der Luchtwegen, die overgeplaatst werden, op datum van 1 maart 1999, in de categorie bijzonder politiepersoneel van de rijkswacht;
  2° " categorie bijzonder politiepersoneel " : de categorie bijzonder politiepersoneel, dienst luchtvaartpolitie, bedoeld in artikel 11, § 4, van de wet van 2 december 1957 op de rijkswacht;
  3° " personeelscategorie met algemene politiebevoegdheid " : de personeelscategorie met algemene politiebevoegdheid van het operationeel korps van de voormalige rijkswacht, bedoeld in de artikelen 11, § 2, zesde lid, en 11, § 4, vijfde lid, van de wet van 2 december 1957 op de rijkswacht;
  4° " oorspronkelijk statuut " : de statutaire wettelijke en reglementaire bepalingen waarvan sprake in artikel 11, § 4, derde lid, van de wet van 2 december 1957 op de rijkswacht, die van toepassing zijn op de personeelsleden van de luchtvaartpolitie op datum van hun overplaatsing naar de voormalige rijkswacht, onverminderd de toepassing van artikel 11, § 4, vierde lid.

HOOFDSTUK II. - Statutaire keuze.
Art.2. De overgeplaatste personeelsleden kunnen een verzoek indienen om overgeplaatst te worden naar de personeelscategorie met algemene politiebevoegdheid.

Art.3. De overgeplaatste personeelsleden beschikken over een termijn van drie maanden vanaf de bekendmaking van dit besluit om hun verzoek tot overplaatsing naar de personeelscategorie met algemene politiebevoegdheid, bij aangetekend schrijven of tegen ontvangstbewijs, te bezorgen aan de directeur-generaal van de algemene directie van de ondersteuning en het beheer van de federale politie, overeenkomstig het model vastgesteld in bijlage 1.
  Dit verzoek dient uitdrukkelijk de door de in het eerste lid bedoelde personeelsleden gekozen datum van overplaatsing te vermelden. Deze datum moet steeds de eerste dag van een maand zijn en ten vroegste 1 maart 1999.
  De aanvraag is, éénmaal ingediend, definitief en onherroepelijk.

Art.4. De overgeplaatste personeelsleden die geen aanvraag indienen, behouden hun oorspronkelijk statuut tot 31 maart 2001.

HOOFDSTUK III. - Overplaatsing naar de personeelscategorie met algemene politiebevoegdheid.
Art.5. De overgeplaatste personeelsleden die opteren voor de overplaatsing naar de personeelscategorie met algemene politiebevoegdheid, worden, op datum van hun overplaatsing, benoemd in de gelijkwaardige graad zoals bepaald in bijlage 2.

Art.6. Om hun rangschikking in het operationeel korps van de rijkswacht vast te stellen, bekomen de overgeplaatste personeelsleden, benoemd overeenkomstig artikel 5, op de dag van hun benoeming, een kader- en graadanciënniteit die gelijk is aan de som van de anciënniteiten die ze hebben verworven in de graad of graden van de oorspronkelijke dienst die in aanmerking genomen werden voor het bepalen van de gelijkwaardige graad.
  Voor het bepalen van de betrekkelijke anciënniteit in hun nieuwe graad, worden de in artikel 5 bedoelde personeelsleden gerangschikt na de personeelsleden van het operationeel korps van de rijkswacht wiens graadanciënniteit dezelfde is als degene die zij in de gelijkwaardige graad bekomen.
  Voor het bepalen van de betrekkelijke anciënniteit in hun nieuwe graad, worden de overgeplaatste personeelsleden bedoeld in artikel 5 onderling gerangschikt volgens hun leeftijd.

Art.7. De overgeplaatste personeelsleden, benoemd overeenkomstig artikel 5, worden bevorderd naar anciënniteit in de graad van eerste opperwachtmeester na een anciënniteit van 10 jaren in de graad van opperwachtmeester, te rekenen vanaf 1 maart 1999.

Art.8. Voor de bevordering tot de graad van eerste opperwachtmeester bij de rijkswacht gelden, voor de overgeplaatste personeelsleden benoemd overeenkomstig artikel 5, dezelfde regels als die voor de bevordering tot de graad van onderluchthavenmeester eerste klasse.

HOOFDSTUK IV. - Gemeenschappelijke bepaling.
Art.9. Voor de bevordering tot de graad van onderluchthavenmeester eerste klasse en voor de toepassing van artikel 8, bepaalt de Minister van Binnenlandse Zaken jaarlijks een gemeenschappelijk quotum dat 16 % van het aantal overgeplaatste personeelsleden niet kan overschrijden.

HOOFDSTUK V. - Bezoldiging.
Art.10. Het overgeplaatste personeelslid, benoemd overeenkomstig artikel 5, behoudt, met inbegrip van de tussentijdse verhogingen, het recht op de loonschaal, verbonden aan de graad of aan de functie waarmee het vóór zijn overplaatsing bekleed was, tot zolang die loonschaal voor het personeelslid voordeliger is dan die waarop het aanspraak kan maken als personeelslid van het operationeel korps van de voormalige rijkswacht, de tussentijdse verhogingen inbegrepen.
  Het ontvangt ook een bijkomende toelage die overeenstemt met het verschil tussen de vaste bezoldiging bekomen met toepassing van het eerste lid, en de meest gunstige vaste bezoldiging waarop het aanspraak kan maken, afhankelijk van het feit of het personeelslid het voordeel van de vaste bezoldiging verkrijgt verbonden aan zijn oorspronkelijk statuut van de luchtvaartpolitie dan wel verbonden aan het statuut van het operationeel korps van de voormalige rijkswacht.
  Onder vaste bezoldiging verbonden aan het statuut van het operationeel korps van de voormalige rijkswacht, moet worden verstaan de wedde vermeerderd met de huisvestingstoelage of de toelage voor bijzondere functies, en in voorkomend geval, de haard- en standplaatstoelage.
  Onder vaste bezoldiging verbonden aan het oorspronkelijk statuut, moet worden verstaan de wedde vermeerderd met de haard- en standplaatstoelage.

HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen.
Art.11. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 maart 1999.

Art.12. Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 20 december 2007.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken,
  P. DEWAEL

BIJLAGEN.
Art. N1. Bijlage 1. AANVRAAGFORMULIER BETREFFENDE DE OVERPLAATSING NAAR DE PERSONEELSCATEGORIE MET ALGEMENE POLITIEBEVOEGDHEID.
  (Formulier niet opgenomen om technische redenen. Zie B.S. 01-02-2008, p. 5535).
  Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 20 december 2007 betreffende de rechtspositie van de personeelsleden van de voormalige luchtvaartpolitie overgeplaatst naar de voormalige rijkswacht.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken,
  P. DEWAEL

Art. N2. Bijlage 2. GELIJKWAARDIGHEID VAN DE NIVEAUS EN DE GRADEN.         NIVEAU                  GRADEN VAN HET             GRADEN VAN HET                                 OORSPRONKELIJK           OPERATIONEEL KORPS                                    STATUUT            -                           -                          -  Onderofficier :        Graad :                Graad :  A. Onderofficier       - /                    - /  B. Keuronderofficier   - onderluchthaven-     - opperwachtmeester                           meester                         - eerste onderlucht-                           havenmeester                         - eerstaanwezend                           onderluchthaven-                           meester                         - onderluchthaven-     - eerste                           meester eerste         opperwachtmeester                           klasse  C. Hoofdonderofficier  - eerste onderlucht-   - adjudant                           haven meester                           eerste klasse                         - eerstaanwezend       - adjudant-chef                           onderluchthaven-                           meester eerste                           klasse
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 20 december 2007 betreffende de rechtspositie van de personeelsleden van de voormalige luchtvaartpolitie overgeplaatst naar de voormalige rijkswacht.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken,
  P. DEWAEL.