Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

24 JANUARI 2006. - Ministerieel besluit tot regeling van de nadere regels inzake de informatie-uitwisseling zoals bepaald in de wet betreffende de elektronische communicatie van 13 juni 2005.



Inhoudstafel:


Art. 1-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Het Instituut richt naar gelang van het geval zijn verzoeken om inlichting aan de betrokken personen via :
  - gewone post;
  - aangetekende post;
  - e-mail;
  - fax.
  Iedere betrokken persoon bevestigt de ontvangst van het verzoek zodra het ontvangen wordt.
  Het bewijs van het bestaan van het verzoek moet worden geleverd door het Instituut.

Art.2. De door het Instituut gevraagde informatie wordt in het verzoek duidelijk aangegeven. Daarenboven moet daarin een precieze antwoorddatum worden vermeld. De termijn die wordt gelaten om te antwoorden moet redelijk zijn en mag in geen geval korter zijn dan twee weken of langer dan acht weken.

Art.3. Wanneer een betrokken persoon vindt dat het verzoek dat aan hem wordt gericht niet duidelijk genoeg is, mag die met alle in artikel 1 bedoelde middelen en binnen de hem opgelegde antwoordtermijn, aan het Instituut vragen om het doel van zijn verzoek toe te lichten. Het Instituut verstuurt dan een nieuw verzoek dat voldoet aan artikel 2.
  Daarna mag geen gebruik meer worden gemaakt van de uitzondering waarin dit artikel voorziet.

Art. 4. De betrokken persoon mag de informatie verstrekken via elk gepast middel, met inbegrip van de in artikel 1 bedoelde middelen.
  Het Instituut bevestigt de ontvangst van de gevraagde informatie zodra die geleverd wordt.
  Het bewijs van het bestaan van de informatieoverdracht moet worden geleverd door de betrokken persoon.
  De betrokken persoon heeft het recht om te vragen dat hij gehoord wordt door het Instituut omtrent de informatie die door hem verstrekt werd. Tijdens deze hoorzitting kan de betrokken persoon enkel bijkomende toelichting verschaffen omtrent de informatie die door hem verstrekt werd.
  Brussel, 24 januari 2006.
  M. VERWILGHEN
  Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE.