Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

8 DECEMBER 2005. - Ordonnantie tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992.



Inhoudstafel:


Art. 1-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.

Art.2. Artikel 255 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, gewijzigd bij de wet van 6 juli 1994, wordt aangevuld met de volgende leden :
  " Zij bedraagt voor materieel en outillage als bedoeld in artikel 471, § 3, 1,25 % vermenigvuldigd met een coëfficiënt zoals hierna bepaald.
  De coëfficiënt wordt verkregen door het gemiddelde van de indexcijfers van het jaar 2004 te delen door het gemiddelde van de indexcijfers van het jaar dat het aanslagjaar voorafgaat.
  Bij de berekening van de coëfficiënt worden de volgende afrondingen toegepast :
  1° het gemiddelde van de indexcijfers wordt afgerond tot het hogere of lagere honderdste van een punt naargelang het cijfer van de duizendsten van een punt al of niet 5 bereikt;
  2° de coëfficiënt wordt afgerond tot het hogere of lagere tienduizendste naargelang het cijfer van de honderdduizendsten al of niet 5 bereikt;
  3° na toepassing van de coëfficiënt wordt het bekomen tariefbedrag afgerond tot het hogere of lagere honderdste van een punt naargelang het cijfer van de duizendsten van een punt al of niet 5 bereikt. ".

Art.3. In hetzelfde Wetboek wordt een artikel 260bis, ingevoegd, dat luidt als volgt :
  " Artikel 260bis. Aan de natuurlijke persoon of rechtspersoon die onroerende voorheffing is verschuldigd voor materieel en outillage als bedoeld in artikel 471, § 3, wordt een belastingkrediet toegekend.
  Dit belastingkrediet is gelijk aan het bedrag van de onroerende voorheffing dat verschuldigd is voor het materieel en outillage, zoals bepaald in artikel 255.
  Dit belastingkrediet kom volledig ten laste van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. ".

Art. 4. Deze ordonnantie treedt in werking op 1 januari 2006.
  Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
  Brussel, 8 december 2005.
  De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing, Huisvesting, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking,
  Ch. PICQUE
  De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt en Externe Betrekkingen,
  G. VANHENGEL
  De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Tewerkstelling, Economie, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp,
  B. CEREXHE
  De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit en Openbare Werken,
  P. SMET
  De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Leefmilieu, Energie en Waterbeleid,
  Mevr. E. HUYTEBROECK.