21 OKTOBER 2004. - Koninklijk besluit betreffende de arbeidsduur van sommige werklieden die onder het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren ressorteren (P.C. 119).
Art. 1-5
Artikel 1. § 1. Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders tewerkgesteld aan werken van vervoer, laden en lossen, die onder het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren ressorteren, met uitsluiting van de slagerijen, spekslagerijen en penserijen.
§ 2. Wordt verstaan onder arbeiders : de mannelijke en vrouwelijke arbeiders.
Art.2. Worden voor de vaststelling van de arbeidsduur niet als tijd beschouwd gedurende welke de arbeider ter beschikking is van de werkgever, de rusttijden die door de arbeiders, tewerkgesteld aan werken van vervoer, genomen worden inzonderheid met het oog op de verkeersveiligheid. Deze rusttijden, die niet beschouwd worden als tijd gedurende welke de arbeider ter beschikking is van de werkgever, mogen evenwel in geen geval 15 % van de aanwezigheidstijd overschrijden.
Art.3. De grenzen van de arbeidsduur vastgesteld bij de artikelen 19 en 20 van de arbeidswet van 16 maart 1971 of bij collectieve arbeidsovereenkomst kunnen worden overschreden op voorwaarde dat de wekelijkse arbeidsduur, berekend over een periode van maximum een trimester, gemiddeld de arbeidsduur zoals vastgesteld bij de collectieve arbeidsovereenkomst niet overschrijdt.
Art.4. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt en treedt buiten werking op 1 april 2005.
Art. 5. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 21 oktober 2004.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Werk,
Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE.