25 APRIL 2004. - Wet houdende instemming met het Verdrag inzake de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot het Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst, ter ondertekening opengesteld te Rome op 19 juni 1980, en tot het Eerste en Tweede Protocol betreffende de uitlegging ervan door het Hof van Justitie, en met de Gemeenschappelijke Verklaring, gedaan te Brussel op 29 november 1996.
Art. 1-2
BIJLAGE.
Art. N
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.
Art.2. Het Verdrag inzake de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot het Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst, ter ondertekening opengesteld te Rome op 19 juni 1980, en tot het Eerste en Tweede Protocol betreffende de uitlegging ervan door het Hof van Justitie, en de Gemeenschappelijke Verklaring, gedaan te Brussel op 29 november 1996, zullen volkomen gevolg hebben.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 25 april 2004.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Buitenlandse Zaken,
L. MICHEL
De Minister van Justitie,
Mevr. L. ONKELINX
De Staatssecretaris voor Europese Zaken,
Mevr. F. RIESE
Met 's Lands zegel gezegeld :
De Minister van Justitie,
Mevr. L. ONKELINX
BIJLAGE.
Art. N. Verdrag inzake de toetreding van de Republiek Oostenrijk, de Republiek Finland en het Koninkrijk Zweden tot het Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst, ter ondertekening opengesteld te Rome op 19 juni 1980, en tot het Eerste en het Tweede Protocol betreffende de uitlegging ervan door het Hof van Justitie.
(Voor het Verdrag, zie %%1980-06-19/35%%).