Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

14 SEPTEMBER 2004. - Ministerieel besluit houdende sommige machtigingen in het raam van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 06-10-2004 en tekstbijwerking tot 20-10-2011)



Inhoudstafel:


Art. 1-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2011011369 



Artikels:

Artikel 1.De volgende titularissen worden gemachtigd tot het uitoefenen van de bevoegdheden in het raam van de toepassing van [1 de artikelen 74, eerste lid, 75, § 7, eerste lid, 75bis, 76, eerste lid, 77, § 4, eerste lid, 79, 106, § 1, eerste en derde lid en § 2, eerste en tweede lid, 107, §§ 1 en 2, eerste lid, en 108]1, van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet :
  1° de Directeur-Generaal van de Algemene Directie Regulering en Organisatie van de Markt;
  2° de Adviseur, Hoofd van de dienst Krediet en Schuldenlast bij de Algemene Directie Regulering en Organisatie van de Markt;
  3° bij afwezigheid van de ambtenaar, bedoeld in 2°, de ambtenaar van niveau A van de dienst Krediet en Schuldenlast met de meeste dienstanciënniteit.
  ----------
  (1)<MB 2011-10-11/01, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 20-10-2011>

Art.2. De hierna vermelde ambtenaren worden aangesteld om de bewijzen van goed zedelijk gedrag of een gelijkwaardig document te vragen, bedoeld in de artikelen 75, § 1, tweede lid, en 77, § 2, tweede lid, van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet evenals de boekhoudkundige elementen bedoeld in artikel 75, § 5, van de wet.
  1° de ambtenaar bedoeld in artikel 1, 1°, van dit besluit;
  2° de ambtenaren van de dienst Krediet en Schuldenlast bij de Algemene Directie Regulering en Organisatie van de Markt;
  3° de ambtenaren van de Algemene Directie Controle en Bemiddeling.
  De ambtenaren, bedoeld in het eerste lid, worden ook aangewezen om kennis te nemen van de documenten en contracten bedoeld in artikel 75, § 3, 5°, van de wet en van de documenten bedoeld in artikel 77, § 2, derde lid, 1°, van de wet.

Art.3. Het ministerieel besluit van 30 juli 1997 houdende delegatie van bevoegdheid voor de toepassing van bepaalde artikelen van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet wordt opgeheven.

Art. 4. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
  Brussel, 14 september 2004.
  M. VERWILGHEN.