25 APRIL 2004. - Bijzondere wet tot wijziging van de artikelen 6, § 1, VIII, 4°, eerste lid, en 31, § 5, eerste lid, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen en van artikel 22, § 5, eerste en tweede lid, van de bijzonde wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, teneinde de controlebevoegdheid van de Raden inzake verkiezingsuitgaven en inzake de voor het publiek bestemde mededelingen en voorlichtingscampagnes te verduidelijken.
HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Wijzigingen van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen.
Art. 2-3
HOOFDSTUK III. - Wijziging van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen.
Art. 4
HOOFDSTUK IV. - Inwerkingtreding.
Art. 5
HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling.
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.
HOOFDSTUK II. - Wijzigingen van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen.
Art.2. De aanhef van artikel 6, § 1, VIII, 4°, eerste lid, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, ingevoegd bij de bijzondere wet van 13 juli 2001, wordt aangevuld met de woorden " en de herkomst van de geldmiddelen die daaraan zijn besteed ".
Art.3. Artikel 31, § 5, eerste lid, van dezelfde bijzondere wet, ingevoegd bij de bijzondere wet van 13 juli 2001, wordt vervangen als volgt :
" Elke Raad of het door hem aangewezen orgaan controleert volgens de bij decreet bepaalde regels :
- de verkiezingsuitgaven en de herkomst van de geldmiddelen die daaraan zijn besteed, met betrekking tot de verkiezing van de Raad. De federale overheid is evenwel bevoegd voor het vaststellen van de procedures en de formaliteiten betreffende de aangifte;
- alle voor het publiek bestemde mededelingen en voorlichtingscampagnes van zijn regering of één of meer van haar leden, alsook die van de voorzitter van de Raad. "
HOOFDSTUK III. - Wijziging van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen.
Art.4. Artikel 22, § 5, eerste en tweede lid, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, ingevoegd bij de bijzondere wet van 13 juli 2001, wordt vervangen als volgt :
" De Raad of het door hem aangewezen orgaan controleert volgens de bij ordonnantie bepaalde regels :
- de verkiezingsuitgaven en de herkomst van de geldmiddelen die daaraan zijn besteed, met betrekking tot de verkiezing van de Raad. De federale overheid is evenwel bevoegd voor het vaststellen van de procedures en de formaliteiten betreffende de aangifte;
- alle voor het publiek bestemde mededelingen en voorlichtingscampagnes van de regering of één of meer van haar leden en de gewestelijke staatssecretarissen bedoeld in artikel 41, alsook die van de voorzitter van de Raad.
De vergadering van de Franse Gemeenschapscommissie of het door haar aangewezen orgaan controleert alle voor het publiek bestemde mededelingen en voorlichtingscampagnes van haar college of één of meer van zijn leden, alsook die van de assembleevoorzitter. "
HOOFDSTUK IV. - Inwerkingtreding.
Art. 5. Deze bijzondere wet treedt in werking de dag waarop ze in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 25 april 2004.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
P. DEWAEL
Met 's Lands zegel gezegeld :
De Minister van Justitie,
Mevr. L. ONKELINX.