16 MAART 2004. - Bijzondere wet tot wijziging van diverse bijzondere wetten.
HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Wijziging van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen.
Art. 2
HOOFDSTUK III. - Wijziging van de bijzondere wet van 22 januari 2002 tot wijziging van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen en de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, tot beperking met de helft van de devolutieve kracht van de lijststemmen en tot afschaffing van het onderscheid
Art. 3
HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling.
Artikel 1. Deze bijzondere wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.
HOOFDSTUK II. - Wijziging van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen.
Art.2. In artikel 92bis, § 2, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, ingevoegd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988 en gewijzigd bij de bijzondere wetten van 16 juli 1993 en 13 juli 2001, wordt de littera f), ingevoegd bij de bijzondere wet van 13 juli 2001 houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en gemeenschappen, een littera h).
HOOFDSTUK III. - Wijziging van de bijzondere wet van 22 januari 2002 tot wijziging van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen en de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, tot beperking met de helft van de devolutieve kracht van de lijststemmen en tot afschaffing van het onderscheid tussen kandidaat-titularissen en kandidaat-opvolgers voor de verkiezing van de Vlaamse Raad, de Waalse Gewestraad en de Brusselse Hoofdstedelijke Raad.
Art. 3. De artikelen 10 tot 15 van de bijzondere wet van 22 januari 2002 tot wijziging van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen en de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, tot beperking met de helft van de devolutieve kracht van de lijststemmen en tot afschaffing van het onderscheid tussen kandidaat-titularissen en kandidaat-opvolgers voor de verkiezing van de Vlaamse Raad, de Waalse Gewestraad en de Brusselse Hoofdstedelijke Raad, worden ingetrokken. Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 16 maart 2004.
ALBERT
Van Koningswege :
De Eerste Minister,
G. VERHOFSTADT
De Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken,
L. MICHEL
De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting en Overheidsbedrijven,
J. VANDE LANOTTE
De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken,
P. DEWAEL
Met 's Lands zegel gezegeld :
De Minister van Justitie,
Mevr. L. ONKELINX.