Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

13 MEI 2003. - Wet inzake de tenuitvoerlegging van de beperkende maatregelen die genomen worden door de Raad van de Europese Unie ten aanzien van Staten, sommige personen en entiteiten(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 13-06-2003 en tekstbijwerking tot 21-05-2019)



Inhoudstafel:


Art. 1-7



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2006011443  2011011245  2023047928  2023048084 



Artikels:

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art.2.De Koning kan, bij een in Ministerraad overlegd besluit, de maatregelen nemen die noodzakelijk zijn voor de tenuitvoerlegging :
  - van gemeenschappelijke optredens of standpunten aangenomen krachtens de artikelen [1 25, 28 en 29]1 van het Verdrag betreffende de Europese Unie en voor gevallen als bedoeld in de artikelen [1 75, 215 et 352 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie]1;
  - van verordeningen aangenomen krachtens artikel [1 288 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie]1 of van beschikkingen genomen in toepassing van deze verordeningen en voor gevallen als bedoeld in de artikelen [1 75, 215 et 352 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie]1.
  ----------
  (1)<W 2019-05-02/25, art. 232, 002; Inwerkingtreding : 31-05-2019>

Art.3. De gevolgen van de besluiten genomen in toepassing van artikel 2 worden geschorst of houden op te bestaan van zodra de in hetzelfde artikel bedoelde maatregelen, genomen door de Raad van de Europese Unie, worden geschorst of opgeheven.

Art.4. Deze wet laat de bevoegdheden onverlet die de Koning krachtens andere wetten kan uitoefenen, waaronder onder andere de wet van 11 september 1962 betreffende de in-, uit- en doorvoer van goederen, de wet van 5 augustus 1991 betreffende de in-, uit- en doorvoer van wapens, munitie en speciaal voor militair gebruik dienstig materieel en daaraan verbonden technologie, gewijzigd bij de wetten van 25 en 26 maart 2003 alsook de besluitwet van 6 oktober 1944 ter inrichting van de controle op alle mogelijke overdrachten van goederen en waarden tussen België en het buitenland.

Art.5. De Wetgevende Kamers worden onverwijld in kennis gesteld van de besluiten genomen krachtens deze wet.

Art.6.Onverminderd de toemeting van strengere straffen worden inbreuken op de maatregelen vervat in [1 verordeningen genomen door de Europese Unie]1 of in beschikkingen genomen in toepassing van deze verordeningen in het kader van de artikelen [1 75, 215 et 352 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie]1, bestraft met een gevangenisstraf van acht dagen tot vijf jaar en met een boete van 25 tot 25.000 euro.
  [1 Inbreuken op de maatregelen vervat in verordeningen genomen door de Europese Unie of in beschikkingen genomen in toepassing van deze verordeningen in het kader van de artikelen 75, 215 en 352 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie kunnen door de bevoegde minister worden bestraft met een administratieve boete van 250 tot 2500000 euro.]1
  De bepalingen van het Eerste Boek van het Strafwetboek, zonder uitzondering van hoofdstuk VII en het artikel 85, zijn van toepassing op deze inbreuken.
  ----------
  (1)<W 2019-05-02/25, art. 233, 002; Inwerkingtreding : 31-05-2019>

Art. 7.Onverminderd de bevoegdheden van de officieren van de gerechtelijke politie en van de ambtenaren van de Administratie der Douane en Accijnzen, zijn de [1 de ambtenaren van de Algemene Administratie van de Thesaurie van de Federale Overheidsdienst Financiën]1 bevoegd om, zelfs alleen, inbreuken [1 bedoeld in artikel 6]1 op te sporen en vast te stellen.
  ----------
  (1)<W 2019-05-02/25, art. 234, 002; Inwerkingtreding : 31-05-2019>