22 DECEMBER 2003. - Koninklijk besluit betreffende de bijdrage in de werkings-, personeels- en oprichtingskosten van de Kansspelcommissie verschuldigd door de houders van de vergunningen klasse A, B, C en E.
Art. 1-3
Artikel 1. Voor het burgerlijk jaar 2004, bedraagt de retributie voor een vergunning klasse A euro 15 453, de retributie voor een vergunning klasse B euro 7 727, de retributie voor een vergunning klasse C bedraagt euro 104, de retributie voor een vergunning klasse E bedraagt euro 2 576 voor de houders die enkel diensten leveren in het raam van het onderhoud, het herstel of de uitrusting van de kansspelen, voor al de andere houders van een vergunning klasse E bedraagt de retributie euro 1 288 per aangevatte schijf van 50 toestellen.
Daarenboven bedraagt de retributie voor de houders van een vergunning klasse A, die automatische toestellen exploiteren, euro 500 per toestel met een minimum van euro 15 000.
Art.2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2004.
Art. 3. Onze Minister bevoegd voor Justitie, Onze Minister bevoegd voor Begroting en ten dele bevoegd voor de Nationale Loterij, Onze Minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken, Onze Minister bevoegd voor Financiën, Onze Minister bevoegd voor Sociale Zaken en Volksgezondheid, en Onze Minister bevoegd voor Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 22 december 2003.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Justitie,
Mevr. L. ONKELINX
De Minister van Begroting, tot wiens bevoegdheid ten dele de Nationale Loterij behoort,
J. VANDE LANOTTE
De Minister van Binnenlandse Zaken,
P. DEWAEL
De Minister van Financiën,
D. REYNDERS
De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,
R. DEMOTTE
De Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid,
Mevr. F. MOERMAN