28 FEBRUARI 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers.
Art. 1-3
Artikel 1. Artikel 23, § 3, van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 december 1992, wordt vervangen door de volgende bepaling :
" § 3. Onverminderd de bijzondere regelen waarin kan worden voorzien door de organieke besluiten der bijzondere vakantiefondsen, wordt het vakantiegeld aan de werknemer, op diens verzoek, via overschrijving op een bankrekening of een postchequerekening uitbetaald. Bij gebrek hieraan gebeurt de betaling per circulaire cheque of door middel van een ander beschikbaar betaalmiddel.
Enkel de uitgiftekosten voor de gebruikte betalingswijze worden door de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie of de Bijzondere Vakantiefondsen gedragen. ".
Art.2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2002.
Art. 3. Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 28 februari 2002.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Sociale Zaken,
F. VANDENBROUCKE.