9 JANUARI 2002. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 4 mei 1999 tot bepaling van de modaliteiten van de storting van de forfaitaire vermindering, bedoeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 5 februari 1997 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, aan de sectorale fondsen van de privé- non-profit sector.
Art. 1-3
Artikel 1. Artikel 2 van het ministerieel besluit van 4 mei 1999 tot bepaling van de modaliteiten van de storting van de forfaitaire vermindering, bedoeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 5 februari 1997 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, aan de sectorale fondsen van de privé-non-profit sector, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 6 juli 1999, 10 januari 2000, 8 juni 2000, 7 maart 2001, 16 oktober 2001 en van 14 november 2001 wordt vervangen als volgt :
" Art. 2. Voor het eerste semester van het jaar 2002, stort de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aan de sectorale fondsen de volgende bedragen :
- Fonds Sociale Maribel voor de privé-ziekenhuizen : 48.209.571 EUR;
- Fonds Sociale Maribel voor de erkende rusthuizen en de rust- en verzorgingstehuizen van de privé-sector : 21.624. 747 EUR;
- Fonds Sociale Maribel revalidatiecentra : 1.303.287 EUR;
- " Fonds Maribel social des centres de revalidation " : 501.631,90 EUR;
- Fonds Sociale Maribel voor de sector opvang van kinderen : 1.633.848 EUR;
- " Fonds Maribel social pour le secteur des milieux d'accueil d'enfants " : 1.182.374 EUR;
- Fonds Sociale Maribel voor de thuisverzorging sector : 3.869.534 EUR;
- Fonds Sociale Maribel voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten : 2.367.561 EUR;
- " Fonds Maribel social pour les établissements et les services de santé " : 1.650.545 EUR;
- " Fonds Maribel social pour les établissements et les services de santé bicommunautaires " : 1.483.169 EUR;
- Fonds Sociale Maribel voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp : 6.171.989 EUR;
- " Fonds Maribel social R.W. - R.B. - C.G. " : 3.037.341 EUR;
- Fonds Sociale Maribel voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap : 15.215.984 EUR;
- " Fonds sectoriel Mirabel " : 8.737.638 EUR;
- Sociaal Fonds Sociale Maribel van de sociaal-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap : 5.964.984 EUR;
- " Fonds social Maribel social du secteur socioculturel des Communautés française et germanophone " : 5.919.302 EUR;
- V.Z.W. Sociaal Maribel Fonds voor de " entreprises d'insertion " die de vorm van v.z.w. hebben en de sociale werkplaatsen van de privé- sector : 1.588.213 EUR;
- Fonds Sociale Maribel voor de instellingen en diensten behorend tot de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en die ressorteren onder het paritair comité van de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen : 97.349,80 EUR;
- " Fonds social bruxellois 'Maribel social'voor de bevordering van de tewerkstelling in de beschutte werkplaatsen " : 957.546,90 EUR;
- Vlaams Sociaal Fonds voor de bevordering van de tewerkstelling in de ondernemingen voor beschutte tewerkstelling : 8.733.999 EUR;
- Sociaal Fonds ter bevordering van de tewerkstelling in de beschutte werkplaatsen : 3.609.836 EUR. ".
Art.2. Artikel 2bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het ministerieel besluit van 20 december 2000 en gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 16 oktober 2001 en 14 november 2001 wordt vervangen als volgt :
" Art. 2bis. Voor het eerste semester van het jaar 2002, stort de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aan de sectorale fondsen bijkomend de volgende bedragen :
1° Fonds Sociale Maribel voor de thuisverpleging : 6.447.710,60 EUR;
2° Fonds Sociale Maribel voor de bicommunautaire gezondheidsinrichtingen en -diensten : 3.223.855,29 EUR.
De bedragen vermeld in dit artikel worden aangewend voor de harmonisering van de barema's en de baremaherziening. ".
Art. 3. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2002.
Brussel, 9 januari 2002.
De Minister van Werkgelegenheid,
Mevr. L. ONKELINX
De Minister van Sociale Zaken,
F. VANDENBROUCKE
De Minister van Volksgezondheid,
Mevr. M. AELVOET.