28 JANUARI 2002. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de rentevoet van de in 2002 uit te keren intresten voor de bij de Deposito- en Consignatiekas in bewaring gegeven consignaties, vrijwillige deposito's en borgtochten. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 12-02-2002 en tekstbijwerking tot 08-10-2002)
Art. 1-3
Artikel 1. De rentevoet van de bij de Deposito- en Consignatiekas in bewaring gegeven consignaties, de vrijwillige deposito's en de borgtochten van alle categorieën wordt op 2,25 percent vastgesteld.
De sommen ontvangen bij toepassing van artikel 1 van het koninklijk besluit van 14 december 1935 betreffende de organisatie en de controle van de boekhouding van notarissen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 8 november 1968, bekomen een rentevoet vastgesteld op 2,75 percent.
De sommen die geconsigneerd zijn of geconsigneerd blijven omwille van de minderjarigheid, de onbekwaamverklaring of de krankzinnigheid van de rechthebbenden, of wegens het bestaan van een vruchtgebruik en de borgtochten die door de hypotheekbewaarders in specie worden verstrekt tot zekerheid van hun verbintenissen tegenover derden (wet van 21 Ventôse, jaar VII, gewijzigd bij de wet van 24 december 1906, bekomen een rentevoet vastgesteld op (2,80) percent. <MB 2002-09-24/32, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-09-2002>
Art.2. <MB 2002-09-24/32, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 01-10-2002> De sommen die geconsigneerd worden of het blijven in toepassing van artikel 51 van de faillissementswet van 8 augustus 1997 genieten een rentevoet van 3,75 %.
Art. 3. Dit besluit heeft uitwerking op 1 januari 2002, met uitzondering van artikel 2 dat in werking treedt op 1 februari 2002.
Brussel, 28 januari 2002.
D. REYNDERS.