8 SEPTEMBER 2000. - Besluit van de Vlaamse regering houdende toekenning van een subsidie aan Jeugd en Stad V.Z.W. in het kader van het project 2Track.
Art. 1-5
Artikel 1. Ten laste van de organisatie-afdeling 52, programma 52.40, basisallocatie 01.06 van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2000 wordt een subsidie ten bedrage van maximaal 4.500.000, -BEF toegekend aan de Jeugd en Stad VZW, Werkhuizenstraat 3, 1080 Brussel, verder genoemd " Jeugd en Stad ".
Art.2. De subsidie wordt toegekend aan Jeugd en Stad, ter uitvoering van haar activiteiten zoals omschreven in de aan de Vlaamse minister, bevoegd voor Werkgelegenheid, voorgelegde " Projectplanning 2track-jongerenafdelingen ", met name de uitwerking, promotie en begeleiding van het concept jongerenafdelingen.
Art.3. De subsidie mag alleen aangewend worden voor de in artikel 2 bedoelde activiteiten, zoals die in detail inhoudelijk werden beschreven en gebudgetteerd in de bovengenoemde " Projectplanning 2track-jongerenafdelingen ". Deze activiteiten bestaan uit de inzet van 3 personeelsleden, voor een duurtijd ten belope van respectievelijk 12, 9 en 7 maanden, evenals hun begeleiding vanuit Jeugd en Stad ten belope van één derde voltijds equivalent. Naast deze personeelskosten komen ook de investerings- en werkingskosten voor subsidiering in aanmerking. Uitsluitend de kosten die gepaard gaan met activiteiten binnen de uitvoeringsperiode van dit besluit, namelijk van 1 april 2000 tot en met 31 maart 2001, komen in aanmerking als terugbetaalbare kost.
Art.4. § 1. De subsidie wordt gestort op bankrekening 733-1722192-84 van Jeugd en Stad overeenkomstig de volgende modaliteiten :
- een eerste voorschot ten belope van 40 % van de maximale subsidie of 1.800.000,-BEF wordt betaald na ondertekening en vastlegging van het subidiebesluit.
- een tweede voorschot ten belope van 40 % van de maximale subsidie of 1.800.000, -BEF wordt betaald uiterlijk op 15 januari 2001 onder voorwaarde dat Jeugd en Stad uiterlijk op 31 november 2000, onder vorm van een tussentijds rapport, aantoont dat de beoogde activiteiten, in functie van de verlopen uitvoeringsperiode, in voldoende mate uitgevoerd werden.
- het saldo dat niet hoger kan zijn dan het verschil tussen de uitgekeerde voorschotten en de maximale subsidie wordt vereffend nadat Jeugd en Stad zowel aan de hand van een activiteitsrapport heeft aangetoond dat de met het besluit beoogde activiteiten effectief werden uitgevoerd in de subsidieperiode, als aan de hand van afschriften van stavingsstukken opgave heeft gedaan van alle subsidieerbare uitgaven en heeft gemeld op welke plaats de originelen ter beschikking worden gehouden voor verificatie. Het inhoudelijk rapport wordt uiterlijk op 30 april 2001 ingediend, de financiële verantwoordingsstukken volgen uiterlijk op 30 juni 2001.
§ 2. Jeugd en Stad verbindt er zich toe een afzonderlijke boekhouding bij te houden van alle uitgaven verbonden aan de uitvoering van de gesubsidieerde acties en maakt de in § 1 voorgeschreven documenten over aan de administratie Werkgelegenheid van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Markiesstraat 1, 1000 Brussel. De hoogte van de definitief verschuldigde subsidie, met een maximum van 4.500.000, -BEF, zal worden bepaald op basis van het ingediende activiteitenrapport en in functie van de bewezen uitgaven.
Jeugd en Stad is verplicht de via voorschot eventueel te veel betaalde som, zonder ingebrekestelling, op eenvoudig verzoek van de administratie Werkgelegenheid terug te storten.
Art. 5. De Vlaamse minister van Werkgelegenheid en Toerisme is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 8 september 2000.
De minister-president van de Vlaamse regering,
P. DEWAEL
De Vlaamse minister van Werkgelegenheid en Toerisme,
R. LANDUYT.