20 JULI 2000. - [Besluit van de Waalse Regering tot bepaling van de voorwaarden van de door het Gewest verleende "Tremplin"-lening] <BWG2008-11-13/39, art. 6,1°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2009> (VERTALING). (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 29-08-2000 en tekstbijwerking tot 30-12-2009)
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Art. 1-2
HOOFDSTUK II. - Leners.
Art. 3
HOOFDSTUK III. - Verantwoordelijkheid van de kredietinstelling.
Art. 4
HOOFDSTUK IV. - Tegemoetkoming van het Gewest in de maandelijkse kosten in verband met de lening.
Art. 5-6
HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art. 7-10
2000027391 2000027392 2001027222 2001027227 2001027770 2004027293 2008204365
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° Minister : de Minister van Huisvesting;
2° bestuur : de Afdeling Huisvesting van het Ministerie van het Waalse Gewest;
3° [1 Woning : de in het Waalse Gewest gelegen woning waarvan de verkoopwaarde niet hoger is dan euro 150.000 in geval van aankoop en in geval van aankoop samen met renovatie, of waarvan de bouwkosten of de kosten voor de aankoop van een nooit betrokken gebouw niet hoger zijn dan euro 150.000, exclusief grond en BTW.
De verkoopwaarde van de woning en de bouwkosten of de kosten voor de aankoop van een woning, exclusief grond en BTW, die nooit betrokken is, worden vastgelegd op de waarde van de gemiddelde prijs van de gewone woonhuizen van het arrondissement exclusief grond en BTW waarin de woning is gelegen, op grond van de statistieken van het jaar n-2 van het Nationaal Instituut voor de Statistiek als de waarde van die gemiddelde prijs hoger is dan euro 150.000;]1
4° kredietinstelling : iedere instelling bedoeld in de wet van 4 augustus 1992 op het hypothecair krediet en die in aanmerking kan komen voor de waarborg van honorering overeenkomstig artikel 23, § 1, 4°, van de Waalse Huisvestingscode;
5° type-overeenkomst : de tussen het Gewest en de kredietinstelling gesloten overeenkomst ter bepaling van de regels voor de behandeling van de aanvragen om hypothecaire leningen, voor de toekenning van deze leningen, de reclame, het toezicht van het bestuur op de handelingen;
6° leners : de personen die een hypothecaire lening in de eerste rang aangaan voor een eerste woning waarvan ze de volle eigendom krijgen;
7° verkoopwaarde : waarde van de woning in geval van onderhandse verkoop;
8° kind ten laste : persoon voor wie een kinderbijslag of een wezenrente aan de leners wordt toegekend op de datum van ondertekening van de leningsakte.
----------
(1)<BWG 2008-11-13/39, art. 6,2°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2009>
Art.2. Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten en onder de in dit besluit gestelde voorwaarden verleent het Gewest een subsidie aan de leners als bijdrage tot een rentevermindering in de maandelijkse kosten in verband met een bij een kredietinstelling aangegane hypothecaire lening voor de aankoop van een eerste woning. De lening wordt in maandelijkse afbetalingen terugbetaald [1 ...]1. [1 ...]1.
Het Gewest verleent zijn bijkomende waarborg aan de kredietinstelling voor de terugbetaling van de hoofdsom en de betaling van de rente en bijkomende kosten behalve iedere vergoeding voor wederbelegging van de in het eerste lid bedoelde hypothecaire lening, overeenkomstig artikel 23, 4°, van de Waalse Huisvestingscode.
De kredietinstelling verbindt zich ertoe de rentevoet niet te verhogen voor grote gedeelten.
De kandidaat-leners richten hun aanvraag om een tegemoetkoming van het Gewest via de kredietinstelling aan het bestuur. De Minister bevoegd voor Huisvesting kan de in artikel 26 van de Waalse Huisvestingscode bepaalde termijnen wijzigen.
----------
(1)<BWG 2008-11-13/39, art. 6,3°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2009>
HOOFDSTUK II. - Leners.
Art.3. § 1. [1 ...]1
§ 2. [1 ...]1
§ 3. De leners mogen tijdens de laatste twee jaar vóór de ondertekening van de leningsakte, samen of alleen, geen andere woning volledig in eigendom of in vruchtgebruik hebben of hebben gehad.
Van deze voorwaarde wordt afgeweken indien :
1° de woning onverbeterbaar of onbewoonbaar is en voor zover ze ten minste zes maanden binnen een periode van twee jaar voorafgaand aan de aanvraagdatum door de leners is betrokken, of voor zover het de laatste woning is die zij gedurende deze periode hebben betrokken;
2° de woning(en) onverbeterbaar is (zijn) en gelegen is (zijn) op de grond waarop de woning d.m.v. de lening zal worden gebouwd.
De woning wordt onverbeterbaar of onbewoonbaar verklaard door een afgevaardigde van de Minister of bij besluit van de burgemeester.
§ 4. Zolang de tegemoetkoming van het Gewest loopt, moet de woning waarvoor de lening wordt toegestaan door de leners, alleen of samen, als hoofdverblijfplaats bewoond worden en hoofdzakelijk voor bewoning dienen.
§ 5. (...) <BWG 2003-03-20/37, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2003>
----------
(1)<BWG 2008-11-13/39, art. 6,4°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2009>
HOOFDSTUK III. - Verantwoordelijkheid van de kredietinstelling.
Art.4. De kredietinstelling dient de leners en, in voorkomend geval de borgsteller, elk nuttig gegeven te verstrekken over de juridische en financiële draagwijdte van de verbintenissen die aangegaan moeten worden.
Alvorens de lening toe te staan moet de kredietinstelling haar voorzorgsmaatregelen nemen t.a.v. van de leners.
De kredietinstelling mag de lening slechts toestaan indien ze, op grond van de gegevens waarover ze beschikt of redelijkerwijs zou moeten beschikken, ervan overtuigd is dat de leners, en in voorkomend geval de borgsteller, in staat zijn hun verplichtingen na te komen.
Daarbij moet rekening worden gehouden met de huidige en de normaal voorzienbare inkomsten en lasten.
De kredietinstelling waarborgt de kwaliteit van de expertise van het te hypothekeren gebouw.
(Zesde lid geschrapt) <BWG 2004-12-16/41, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2005>
De kredietinstelling sluit met de Minister een type-overeenkomst ter bepaling van [1 de regels voor de behandeling van de dossiers voor de aanvraag van een "Tremplin-lening"]1.
De Minister bepaalt de termijnen en voorwaarden voor de uitvoering van de type-overeenkomst.
De lijst van de kredietinstellingen die de type-overeenkomst hebben getekend wordt in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt.
----------
(1)<BWG 2008-11-13/39, art. 6,5°, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2009>
HOOFDSTUK IV. - Tegemoetkoming van het Gewest in de maandelijkse kosten in verband met de lening.
Art.5. De lening die een lener bij een kredietinstelling aangaat bedraagt minimum (25 000 euro). <BWG 2001-12-06/43, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
Art.6. Het Gewest verleent een subsidie van (50 euro) per maand tijdens de eerste acht jaar van de lening. <BWG 2001-12-06/43, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
[1 Voor de in 2009 en 2010 aangegane leningen bestaat de in artikel 1 bedoelde tegemoetkoming van het Gewest in de verlening van een toelage gedurende de acht eerste jaren van de leningen :
- 100 euro per maand gedurende de twee eerste jaren van de lening;
- 50 euro per maand gedurende de zes volgende jaren.]1
----------
(1)<BWG 2008-11-13/39, art. 7, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2009>
HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art.7. De beschikkingen van dit besluit zijn van toepassing op iedere leningsaanvraag die vanaf 1 juni 2000 wordt ingediend onder bovenvermelde voorwaarden [1 voor zover het leningsaanbod van de kredietinstelling bedoeld in artikel 1, 4°, van vóór 28 februari 2010 dateert en dat de aanvraag bedoeld in artikel 2, vierde lid, vóór 5 maart 2010 in het bezit is van de administratie]1.
----------
(1)<BWG 2009-12-15/06, art. 1, 006; Inwerkingtreding : 30-12-2009>
Art.8. Indien de beschikkingen van dit besluit niet in acht worden genomen, komen de leners niet meer in aanmerking voor de tegemoetkoming van het Gewest. Indien de overtreding niet onmiddellijk wordt vastgesteld, moeten ze de door het Gewest onrechtmatig verleende bedragen aan de kredietinstelling terugbetalen vanaf de datum waarop de overtreding is begaan. De kredietinstelling maakt deze bedragen weer over aan het Gewest overeenkomstig de bij de beheersovereenkomst bepaalde modaliteiten.
Art.9. De Minister is belast met de uitvoering van dit besluit. Hij kan de toepassing ervan om budgettaire redenen opschorten, mits een schriftelijke opzegging van 14 kalenderdagen die aan de kredietinstelling wordt gericht met het oog op een nieuw leningsaanbod.
Art. 10. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. Voor de kredietinstellingen die niet in artikel 23, § 1, 4°, van de Waalse Huisvestingscode opgenomen zijn, treedt artikel 2, § 2, van dit besluit in werking op een door de Regering te bepalen datum.
(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 2, § 2 vastgesteld op 30-12-2000 door BWG 2001-03-27/35, art. 1)
Namen, 20 juli 2000.
De Minister-President,
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE
De Minister van Begroting, Huisvesting, Uitrusting en Openbare Werken,
M. DAERDEN.