9 JULI 2000. - Koninklijk besluit betreffende de uitgifte van Staatsbons. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-08-2000 en tekstbijwerking tot 03-05-2017)
Art. 1-5, 5bis, 6, 6/1, 7, 7bis, 8-17
2000003298 2000003529 2000003708 2000003724 2001003009 2001003110 2001003130 2001003249 2001003250 2001003289 2001003406 2001003415 2001003429 2001003541 2001003581 2001003588 2002003008 2002003097 2002003100 2002003253 2002003258 2002003271 2002003272 2002003386 2002003389 2002003498 2002003501 2003003002 2003003087 2003003110 2003003122 2003003301 2003003320 2003003338 2003003448 2003003455 2003003522 2003003537 2003003578 2004003094 2004003095 2004003196 2004003221 2004003222 2004003340 2004003344 2004003440 2005003002 2005003065 2005003502 2005003648 2005003795 2006003095 2006003137 2006003274 2006003397 2006003542 2007003018 2007003083 2007003280 2007003281 2007003287 2007003411 2007003507 2008003039 2008003065 2008003197 2008003289 2008003352 2008003481 2009003042 2009003080 2009003192 2009003234 2009003309 2009003436 2010003045 2010003093 2010003346 2010003481 2010003620 2011003030 2011003072 2011003207 2011003310 2011003396 2012003025 2012003071 2012003170 2012003269 2012003354 2013003004 2013003048 2013003178 2013003292 2013003389 2014003005 2014003073 2014003269 2014003349 2014004023 2014004025 2015003001 2015003069 2015003198 2015003215 2015003320 2015003445 2016003029 2016003095 2016003194 2016003424 2017010255 2017011175 2017012593 2017013102 2017040931 2018010233 2018011242 2018012460 2018031873 2019011248 2019040169 2020010064 2020044694 2022020935 2022033253 2022043110 2022043153 2023043083 2023043193 2023045010 2023047782 2024000056 2024001811 2024008822 2024010793
Artikel 1. Onze Minister van Financiën wordt gemachtigd om, onder de door hem vast te stellen voorwaarden, leningen genaamd "Staatsbons" uit te geven.
Hij legt de kenmerken van elk type van Staatsbon vast. De bepalingen van dit besluit zijn nochtans gemeen aan alle Staatsbons.
Art.2. De Staatsbons worden uitgedrukt (...) in euro. <KB 2007-05-23/30, art. 1, 005; Inwerkingtreding : 17-06-2007>
Art.3. <KB 2004-07-31/43, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 15-09-2004> De Staatsbons zijn vastrentende effecten met jaarlijkse coupons of gekapitaliseerde interesten uitsluitend bestemd voor particulieren.
Met " particulieren " bedoelt men :
a) de natuurlijke personen die hetzij de Belgische nationaliteit bezitten, hun woonplaats of verblijfplaats hebben in België, hetzij op grond van de Europese regelgeving over dezelfde rechten op inschrijving beschikken;
b) de stichtingen;
c) de verenigingen zonder winstoogmerk;
d) de kerkfabrieken of instellingen die in het nationaal register van de rechtspersonen geklasseerd worden onder de rubriek " eredienst ";
e) de entiteiten, gevestigd in de Europese Economische Ruimte, die gelijkaardig zijn aan de hiervoor opgesomde entiteiten, en die op grond van de Europese regelgeving over dezelfde rechten op inschrijving beschikken.
Het voornaamste maatschappelijk doel van de personen bedoeld in b) tot e) hiervoor, mag niet bestaan uit een activiteit als financiële instelling opgenomen in Sectie J in de nomenclatuur NACE (Rev. 1) in de zin van de Verordening (EEG) nr. 3037/90 van de Raad van 9 oktober 1990 betreffende de statistische nomenclatuur van de economische activiteiten in de Europese Gemeenschap, zoals gewijzigd.
Art.4.[1 [2 De Minister van Financiën kan op vaste data, in maart, juni, september en december, Staatsbons uitgeven.]2
Hij wordt eveneens gemachtigd om Staatsbons uit te geven :
1° op andere data dan deze bedoeld in het eerste lid;
2° bij de eindvervaldag van publieke Staatsleningen, onder de bijzondere voorwaarden die hij bepaalt.
De keuze van de Staatsbons die uitgegeven worden gebeurt in principe ten laatste twee weken vóór de opening van de inschrijvingsperiode. ]1
[3 Na de uitgifte kunnen ten behoeve van de instellingen die onderworpen zijn aan een noteringsverplichting op staatsbons bijkomende staatsbons gecreëerd worden.]3
----------
(1)<KB 2012-02-23/01, art. 1, 006; Inwerkingtreding : 23-02-2012>
(2)<KB 2015-04-28/19, art. 1, 009; Inwerkingtreding : 01-06-2015>
(3)<KB 2017-04-07/09, art. 1, 010; Inwerkingtreding : 01-03-2017>
Art.5. De Minister van Financiën duidt de financiële instellingen aan die de Staatsbons plaatsen op de primaire markt en hierna vermeld worden als "plaatsende instellingen".
De plaatsende instellingen mogen de plaatsing van de Staatsbons in onderaanneming geven aan andere financiële instellingen onder de door de Minister van Financiën vast te stellen voorwaarden.
Art. 5bis.
<Opgeheven bij KB 2017-04-07/09, art. 2, 010; Inwerkingtreding : 01-03-2017>
Art.6.De Minister van Financiën bepaalt het type van uitgegeven Staatsbon, de datum van de opening en de datum van afsluiting van de inschrijvingsperiode, alsook de datum van de storting der gelden.
In geval een gebeurtenis een plotse en aanzienlijke wijziging teweegbrengt in de marktrendementen, kan de Minister van Financiën bij wijze van uitzondering afzien van een uitgifte, de inschrijvingsperiode inkorten [1 ,de interestvoet wijzigen]1 of de uitgifteprijs wijzigen.
----------
(1)<KB 2012-02-23/01, art. 2, 006; Inwerkingtreding : 23-02-2012>
Art. 6/1. [1 De Staatsbons uitgegeven vanaf 1 januari 2013 zijn onderworpen aan de collectieve actieclausules waarvan de tekst in bijlage bij dit besluit is gevoegd.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij KB 2013-02-17/01, art. 1, 008; Inwerkingtreding : 01-01-2013>
Art.7. De betaling van de coupons en de terugbetaling van de obligaties geschieden aan de loketten van de Rijkskassier, bij de Nationale Bank van België, te Brussel en buiten de hoofdstad.
Art. 7bis. <Ingevoegd bij KB 2003-02-18/34, art. 1; Inwerkingtreding : 21-02-2003> De Staatsbons uitgegeven vanaf 21 februari 2003, door de Staat op de secundaire markten aangekocht in het kader van de financiële beheersverrichtingen, kunnen afgelost worden.
Art.8. [1 De Staatsbons zijn vertegenwoordigd door op naam gestelde inschrijvingen in een grootboek van de Staatsschuld of gedematerialiseerde effecten die uitsluitend op rekening zijn geboekt voor bedragen van 100 euro of een veelvoud van dat bedrag.
De op naam gestelde inschrijvingen in een grootboek van de Staatsschuld kunnen omgezet worden in gedematerialiseerde effecten die uitsluitend op rekening zijn geboekt en omgekeerd.]1
----------
(1)<KB 2012-03-29/37, art. 2, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2014>
Art.9.
<Opgeheven bij KB 2012-02-23/01, art. 5, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2014>
Art.10. De Minister van Financiën bepaalt de interestvoet en de uitgifteprijs van de uitgegeven Staatsbons ten laatste op de laatste bankwerkdag voorafgaand aan de opening van de inschrijvingsperiode.
Onder bankwerkdagen verstaat men de bankwerkdagen in Brussel.
Art.11. De jaarlijkse interesten verjaren na verloop van vijf jaar te rekenen van hun vervaldag.
Het kapitaal verjaart na dertig jaar te rekenen vanaf de datum van de eindvervaldag, onverminderd de bijzondere bepalingen vastgelegd door de Minister van Financiën met betrekking tot bepaalde types van Staatsbons.
Art.12. <KB 2004-07-31/43, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 15-09-2004> De plaatsende instellingen mogen de Staatsbons enkel bij particulieren plaatsen alsook bij een aan de Belgische vennootschapsbelasting of een gelijkaardige buitenlandse belasting onderworpen rechtspersoon wanneer deze optreedt in de hoedanigheid van lasthebber of van commissionair van een particulier.
Art.13. De Minister van Financiën mag aan de plaatsende instellingen een plaatsingscommissie toekennen onder de door hem vast te stellen voorwaarden.
Art.14.
<Opgeheven bij KB 2012-02-23/01, art. 6, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2014>
Art.15. Het koninklijk besluit van 10 juni 1996 betreffende de uitgifte van Staatsbons, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 2 juni 1997, 15 februari en 31 augustus 1999, wordt opgeheven.
Art.16. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 17. Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.