Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

1 JULI 1999. - Ministerieel besluit houdende aanwijzing van de woonvernieuwings- of woningbouwgebieden in de provincie Vlaams-Brabant in uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 mei 1999 houdende de voorwaarden voor het toestaan van leningen aan particulieren door de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij ter uitvoering van de Vlaamse Wooncode en van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 mei 1999 betreffende de aanwending van de kapitalen van het Fonds B2 door het Vlaams Woningfonds van de Grote Gezinnen, ter uitvoering van de Vlaamse Wooncode.



Inhoudstafel:


Art. 1-2



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1999035206 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. De woonvernieuwings- of woningbouwgebieden, bedoeld in artikel 5, § 3, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 mei 1999 houdende de voorwaarden voor het toestaan van leningen aan particulieren door de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij ter uitvoering van de Vlaamse Wooncode en bedoeld in artikel 6, § 2, derde lid, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 mei 1999 betreffende de aanwending, van de kapitalen van het Fonds B2 door het Vlaams Woningfonds van de Grote Gezinnen, ter uitvoering van de Vlaamse Wooncode, zijn de woonvernieuwings- of woningbouwgebieden gelegen in de volgende gemeenten van de provincie Vlaams-Brabant : Drogenbos, Hoeilaart, Kraainem, Linkebeek, Overijse, Sint-Genesius-Rode, Tervuren, Wemmel en Wezembeek-Oppem.

Art. 2. Het ministerieel besluit van 19 januari 1999 houdende aanwijzing van de woonvernieuwings- of woningbouwgebieden in de provincie Vlaams-Brabant in uitvoering van besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 1994 houdende de voorwaarden betreffende het toestaan van leningen aan particulieren door de Vlaamse Huisvestingsmaatschappij en van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 1994 betreffende de aanwending, door het Vlaams Woningfonds van de Grote Gezinnen, van de kapitalen die voortkomen van het Fonds, wordt opgeheven.
  Brussel, 1 juli 1999.
  L. PEETERS