21 DECEMBER 1998. - Ordonnantie houdende de middelenbegroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 1999.
Art. 1-9
BIJLAGE.
Art. N1
Artikel 1. Deze ordonnantie regelt de aangelegenheden bedoeld bij artikel 39 van de Grondwet.
Art.2. Voor het begrotingsjaar 1999 :
§ 1. worden de niet-toegewezen ontvangsten geraamd op : (in miljoen frank)
voor de lopende ontvangsten : 48 913,9
voor de kapitaalontvangsten : 6 352,7
overeenkomstig Titels I en II van bijgevoegde tabel.
§ 2. worden de aan de organieke fondsen toegewezen ontvangsten geraamd op : 8 711,1
overeenkomstig Titel III van bijgevoegde tabel.
Hetzij samen : 63 977,7
Art.3. De op 31 december 1998 bestaande belastingen ten behoeve van het Gewest worden tijdens het jaar 1999 ingevorderd volgens de wetten, ordonnanties, besluiten en tarieven die er de zetting en invordering van regelen.
Art.4. De Regering wordt ertoe gemachtigd het excedent van de uitgaven op de ontvangsten van de begroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de begrotingsjaren 1989 tot en met 1999 door leningen te dekken.
Art.5. De Regering wordt gemachtigd elke verrichting inzake financieel beheer in het algemeen belang van de gewestelijke thesaurie en elke verrichting van beheer van de gewestschuld te doen.
Art.6. De Regering wordt gemachtigd de vervroegde terugbetaling van leningen overeenkomstig de bepalingen van de leningsovereenkomsten, de verrichtingen inzake financieel beheer in het algemeen belang van de gewestelijke thesaurie en de uitgaven die voortvloeien uit verrichtingen inzake beheer van de gewestschuld via leningen te dekken.
Art.7. De Regering wordt gemachtigd rentedragende financieringsmiddelen te creëren met inbegrip van de thesauriebewijzen zoals bedoeld door de wet van 22 juli 1991 betreffende de thesauriebewijzen en de depositobewijzen.
Art.8. In afwijking van artikel 45, § 2, van de wetten op de Rijkscomptabiliteit gecoördineerd op 17 juli 1991, en van artikel 2, 11°, van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende oprichting van begrotingsfondsen. wordt een voorafname gedaan op de lopende ontvangsten van het Fonds voor het beheer van afval- en regenwater ten belope vam een bedrag van 54 600 000 F dat gevoegd wordt bij de algemene middelen van de Schatkist, art. 08.05.
Art.9. Deze ordonnantie treedt in werking op 1 januari 1999.
Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 21 december 1998.
De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met Plaatselijke Besturen, Werkgelegenheid, Huisvesting en Monumenten en Landschappen,
Ch. PICQUE
De Minister belast met Economie, Financiën, Begroting, Energie en Externe Betrekkingen,
J. CHABERT
De Minister belast met Ruimtelijke Ordening, Openbare Werken
en Vervoer,
H. HASQUIN
De Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp,
R. GRIJP
De Minister belast met Leefmilieu en Waterbeleid, Renovatie, Natuurbehoud en Openbare Netheid,
D. GOSUIN
BIJLAGE.
Art. N1. Aanwijzing der ontvangsten.
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. 27-05-1999, p. 18888-18893).