5 MAART 1999. - Wet houdende afwijkende bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen wat betreft de uitvoering van het Zetelakkoord tussen het Koninkrijk van België en de Groep van de Staten in Afrika, het Caraïbisch gebied en de Stille Zuidzee, ondertekend te Brussel op 26 april 1993.
Art. 1-4
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art.2. In afwijking van het Wetboek van inkomstenbelastingen 1992, en ongeacht of de belastingen die in strijd met de bepalingen van het Zetelakkoord tussen het Koninkrijk België en de Groep van Staten in Afrika, het Caraïbisch Gebied en de Stille Zuidzee, ondertekend te Brussel op 26 april 1993, geheven of betaald werden volgens dat wetboek al dan niet in aanmerking komen voor herziening, wordt de ontheffing van die belasting toegestaan :
- hetzij ambtshalve door de directeur van directe belastingen, indien de overbelastingen werden vastgesteld door de administratie of aan deze werden bekendgemaakt door de belastingplichtige binnen een termijn van een jaar te rekenen vanaf de publicatie van deze wet in het Belgisch Staatsblad;
- hetzij als gevolg van een gemotiveerd bezwaarschrift dat binnen dezelfde termijn aan de voormelde ambtenaar schriftelijk werd voorgelegd.
Enkel de werkelijk door het Secretariaat van de Groep van Staten in Afrika, het Caraïbisch Gebied en de Stille Zuidzee of door zijn personeel aan de Schatkist betaalde bedragen aan belastingen komen in aanmerking om te worden terugbetaald aan dit secretariaat of aan zijn personeel, naar gelang van het geval.
Tegen de beslissingen genomen door de directeurs van directe belastingen krachtens dit artikel, kan hoger beroep bij het hof van beroep en cassatieberoep worden ingesteld overeenkomstig de procedure voorgeschreven in het Wetboek van inkomstenbelastingen 1992.
Artikel 418 van het Wetboek van inkomstenbelastingen 1992 is niet van toepassing of de ontheffingen toegestaan voor de belastingen bedoeld in dit artikel.
Art.3. In afwijking van de bepalingen van het Wetboek van inkomstenbelastingen 1992 inzake de aanslagtermijnen, kunnen belastingen of belastingssupplementen verschuldigd inzake inkomsten die vallen onder de toepassing van het in artikel 2 bedoelde Zetelakkoord, overeenkomstig artikel 18 van dit Zetelakkoord, rechtsgeldig worden geheven tot het verstrijken van de termijn van een jaar te rekenen vanaf de publicatie van deze wet in het Belgisch Staatsblad.
Art. 4. Deze wet heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1977.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 5 maart 1999.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Buitenlandse Zaken,
E. DERYCKE
De Minister van Binnenlandse Zaken,
L. VAN DEN BOSSCHE
De Minister van Financiën,
J.-J. VISEUR
Met 's Lands zegel gezegeld :
De Minister van Justitie,
T. VAN PARYS