9 JUNI 1999. - Koninklijk besluit betreffende de etikettering van het rundvlees en van de rundvleesproducten. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 12-06-1999 en tekstbijwerking tot 02-12-2004).
Art. 1-7
Artikel 1. Dit besluit voert een verplichte etikettering in voor vlees van de GN-codes 0201, 0202, 0206 1095 en 0206 2991, afkomstig van runderen met inbegrip van de soorten bubalus bubalis en bison bison, die geboren, gehouden, vetgemest en geslacht zijn op het Belgisch grondgebied.
Art.2. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° karkas : het geslachte rund, uitgebloed, van ingewanden ontdaan en gevild aangeboden :
- zonder kop en zonder poten, de kop van de romp gescheiden ter hoogte van de bovenste halswervel (atlaswervel), de poten afgescheiden ter hoogte van de voorkniegewrichten of spronggewrichten;
- zonder de organen in de borst- en buikholte, met of zonder de nieren, het niervet en het slotvet;
- zonder de geslachtsorganen met de bijbehorende spieren, zonder de uier en het uiervet;
- in voorkomend geval in twee symmetrische delen gescheiden door splijting door het midden van de wervelkolom, van het borstbeen en van het bekken;
2° versneden vlees :
a) individueel versneden vlees : vlees voortkomend van het versnijden van delen van eenzelfde karkas;
b) niet-geïndividualiseerd versneden vlees : vlees voortkomend van het versnijden van delen van meerdere karkassen;
3° voorverpakt vlees : de verkoopeenheid, die bestaat uit vlees en de verpakking waarin dit, alvorens ten verkoop te worden aangeboden, is verpakt;
4° lot : de samenhang van niet-geïndividualiseerd vlees dat op dezelfde dag door één of meer personen die één of meer van de in de punten 3 tot en met 7 omschreven inrichtingen exploiteren is samengesteld;
5° slachthuis : elke als dusdanig erkende inrichting krachtens de wet van 5 september 1952 betreffende de vleeskeuring en de vleeshandel;
6° groothandel in vlees en vleeswaren : elke inrichting beoogd in de klassen 51170, 51190 en 51321 van de activiteitennomenclatuur Nace-Bel;
7° kleinhandel in vlees en vleeswaren : elke inrichting beoogd in de klassen 52111, 52112, 52113, 52114, 52115, 52116, 52121, 52122, 52220 en 52272 van de activiteitennomenclatuur Nace-Bel;
8° vervaardiging van voedings- en genotmiddelen, meer bepaald vlees en vleeswaren : elke inrichting beoogd in de klassen 15111, 15112, 15131, 15132, 15880 en 15890 van de activiteitennomenclatuur Nace-Bel;
9° identificatieregeling : de identificatie en registratieregeling bepaald in het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 betreffende de identificatie, de registratie en de toepassingsmodaliteiten voor de epidemiologische bewaking van runderen;
10° etikettering : het aanbrengen van een etiket op een stuk vlees of stukken vlees of op de verpakking ervan, met inbegrip van de in het verkooppunt aan de consument verstrekte informatie.
Art.3. § 1. De etikettering door het slachthuis omvat, onverminderd andere bepalingen, de volgende vermeldingen :
1° het officieel nummer van het rund vermeld op het oormerknummer van het dier, opgelegd krachtens de identificatieregeling;
2° het erkenningsnummer van het slachthuis;
3° de slachtdatum;
4° in voorkomend geval, de indeling van het karkas (categorie, bevleesdheid, vetheid);
5° in voorkomend geval, het erkenningsnummer van de classificeerder;
6° het weegnummer, voorafgegaan door het individualiseringsnummer van het weegtoestel indien in hetzelfde slachthuis verschillende weegtoestellen worden gebruikt;
7° het warm gewicht.
De etiketten zijn minstens 10 x 10 cm groot. De erop vermelde onuitwisbare cijfer- en lettergegevens zijn voor de gegevens genoemd onder de punten 1, 2, 3 en 4 minstens 12 mm groot en voor deze genoemd onder de punten 5, 6 en 7 minstens 8 mm.
De etiketten moeten worden gehecht aan het karkas of aan elk deel van het karkas en alzo zijn ontworpen dat ze niet opnieuw kunnen worden gebruikt. De etiketten moeten ongeschonden blijven tot bij het versnijden van het karkas of delen van het karkas.
De van het karkas gescheiden longhaasjes, omlopen en staarten dienen te worden geëtiketteerd conform de bepalingen voorzien in de §§ 2 en 3.
§ 2. De etikettering door de groothandel en door de vervaardigers van voedings- en genotmiddelen op het individueel versneden vlees omvat, onverminderd andere bepalingen, de vermelding van het officieel nummer van het rund vermeld op het oormerknummer met betrekking tot elk dier, dat wordt opgelegd krachtens de identificatieregeling, alsmede de naam of de benaming van de verantwoordelijke persoon van de inrichting die de etikettering heeft aangebracht.
§ 3. De etikettering door de groothandel en door de vervaardigers van voedings- en genotmiddelen op het niet-geïndividualiseerd versneden vlees omvat, onverminderd andere bepalingen, de vermelding van een volgnummer toegekend aan het lot van dit niet-geïndividualiseerd vlees en voorafgegaan door de ISO-code van België, alsmede de naam of benaming van de verantwoordelijke persoon van de inrichting die het volgnummer heeft toegekend.
§ 4. Het bepaalde in de §§ 2 en 3 is niet van toepassing wanneer de voorziene vermeldingen worden aangebracht op rechtstreekse verpakkingen van voorverpakt vlees. Deze verpakkingen moeten dan wel zo zijn ontworpen dat ze niet opnieuw kunnen worden gebruikt.
§ 5. Alle andere gewenste informatie die niet wordt opgelegd door andere bepalingen mag worden geëtiketteerd indien zij is opgenomen in een lastenboek, goedgekeurd door de interprofessionele Vereniging voor het Belgisch Vlees (I.V.B.), de bevoegde autoriteit, erkend door de Minister die de Landbouw onder zijn bevoegdheid heeft.
§ 6. Met het toekennen van een volgnummer, zoals voorzien in § 3, wordt verstaan een registratiesysteem bevattende de volgende inlichtingen :
1° het volgnummer;
2° de officiële nummers van de runderen vermeld op de oormerknummers van de oorspronkelijke dieren, zoals opgelegd door de identificatieregeling, en die tot de samenhang van dit lot behoren.
Ingeval van geheel of gedeeltelijke hersamenstelling van het lot moeten de officiële nummers van de runderen in voorkomend geval vermeld op de hierboven bedoelde oormerknummers vervangen worden door de volgnummers van de loten die worden aangewend bij de hersamenstelling.
++++++++++
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
==========================
Art. 3. (WAALSE GEWEST)
§ 1. De etikettering door het slachthuis omvat, onverminderd andere bepalingen, de volgende vermeldingen :
1° het officieel nummer van het rund vermeld op het oormerknummer van het dier, opgelegd krachtens de identificatieregeling;
2° het erkenningsnummer van het slachthuis;
3° de slachtdatum;
4° in voorkomend geval, de indeling van het karkas (categorie, bevleesdheid, vetheid);
5° in voorkomend geval, het erkenningsnummer van de classificeerder;
6° het weegnummer, voorafgegaan door het individualiseringsnummer van het weegtoestel indien in hetzelfde slachthuis verschillende weegtoestellen worden gebruikt;
7° het warm gewicht.
De etiketten zijn minstens 10 x 10 cm groot. De erop vermelde onuitwisbare cijfer- en lettergegevens zijn voor de gegevens genoemd onder de punten 1, 2, 3 en 4 minstens 12 mm groot en voor deze genoemd onder de punten 5, 6 en 7 minstens 8 mm.
De etiketten moeten worden gehecht aan het karkas of aan elk deel van het karkas en alzo zijn ontworpen dat ze niet opnieuw kunnen worden gebruikt. De etiketten moeten ongeschonden blijven tot bij het versnijden van het karkas of delen van het karkas.
De van het karkas gescheiden longhaasjes, omlopen en staarten dienen te worden geëtiketteerd conform de bepalingen voorzien in de §§ 2 en 3.
§ 2. De etikettering door de groothandel en door de vervaardigers van voedings- en genotmiddelen op het individueel versneden vlees omvat, onverminderd andere bepalingen, de vermelding van het officieel nummer van het rund vermeld op het oormerknummer met betrekking tot elk dier, dat wordt opgelegd krachtens de identificatieregeling, alsmede de naam of de benaming van de verantwoordelijke persoon van de inrichting die de etikettering heeft aangebracht.
§ 3. De etikettering door de groothandel en door de vervaardigers van voedings- en genotmiddelen op het niet-geïndividualiseerd versneden vlees omvat, onverminderd andere bepalingen, de vermelding van een volgnummer toegekend aan het lot van dit niet-geïndividualiseerd vlees en voorafgegaan door de ISO-code van België, alsmede de naam of benaming van de verantwoordelijke persoon van de inrichting die het volgnummer heeft toegekend.
§ 4. Het bepaalde in de §§ 2 en 3 is niet van toepassing wanneer de voorziene vermeldingen worden aangebracht op rechtstreekse verpakkingen van voorverpakt vlees. Deze verpakkingen moeten dan wel zo zijn ontworpen dat ze niet opnieuw kunnen worden gebruikt.
§ 5. (...) <BWG 2004-11-10/43, art. 14, 002; Inwerkingtreding : 12-12-2004>
§ 6. Met het toekennen van een volgnummer, zoals voorzien in § 3, wordt verstaan een registratiesysteem bevattende de volgende inlichtingen :
1° het volgnummer;
2° de officiële nummers van de runderen vermeld op de oormerknummers van de oorspronkelijke dieren, zoals opgelegd door de identificatieregeling, en die tot de samenhang van dit lot behoren.
Ingeval van geheel of gedeeltelijke hersamenstelling van het lot moeten de officiële nummers van de runderen in voorkomend geval vermeld op de hierboven bedoelde oormerknummers vervangen worden door de volgnummers van de loten die worden aangewend bij de hersamenstelling.
++++++++++
Art.4. Het is verboden om vlees te vervoeren, in de handel te brengen of tentoon te stellen indien de etikettering niet voldoet aan de bepalingen van dit besluit of onjuiste informatie bevat.
Art.5. Onverminderd de bevoegdheden van de officieren van gerechtelijke politie, zijn de volgende ambtenaren bevoegd om inbreuken op de bepalingen van dit besluit op te sporen en vast te stellen :
1° de inspecteurs en controleurs van de algemene Eetwareninspectie;
2° de inspecteurs en de controleurs van het Bestuur economische Inspectie;
3° de ambtenaren van de fiscale besturen;
4° de hiertoe aangestelde ambtenaren van het Ministerie van Middenstand en Landbouw;
5° de hiertoe aangestelde ambtenaren van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau;
6° de hiertoe aangestelde ambtenaren van het Instituut voor veterinaire Keuring;
7° de andere hiertoe door de bevoegde ministers aangestelde ambtenaren.
Art.6. Onverminderd de toepassing, in voorkomend geval, van de strengere straffen bepaald in het Strafwetboek :
- worden in de slachthuizen en de groothandel de inbreuken op dit besluit opgespoord, vastgesteld, vervolgd en bestraft overeenkomstig de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten;
- worden in de kleinhandel de inbreuken op dit besluit opgespoord, vastgesteld, vervolgd en bestraft overeenkomstig de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en de bescherming van de consument.
Art. 7. Onze Minister van Economie, Onze Minister van Volksgezondheid en Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, zijn ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 9 juni 1999.
ALBERT
Van Koningswege :
De Vice-Eerste Minister en Minister van Economie,
E. DI RUPO
De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, belast met Volksgezondheid,
L. VAN DEN BOSSCHE
De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, belast met Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen,
H. VAN ROMPUY