20 OKTOBER 1998. - Besluit van de Vlaamse regering tot herverdeling van basisallocaties van de begroting van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden voor het begrotingsjaar 1998.
Art. 1-2
Artikel 1. Het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden (VIPA) wordt ertoe gemachtigd om in zijn begroting voor het jaar 1998 volgende herverdeling van de vastleggingsmachtigingen en vereffeningskredieten door te voeren :
1° herverdeling van de vastleggingsmachtigingen :
a) de vastleggingsmachtiging ten laste van artikel 01.07 van hoofdstuk 5 voor de preventie en ambulante gezondheidszorg van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden wordt verminderd met 6 000 000 frank ;
b) de vastleggingsmachtiging ten laste van artikel 01.02B voor de ouderenvoorzieningen wordt verminderd met 370 000 000 frank;
c) de vastleggingsmachtiging ten laste van artikel 01.05 voor het centrum voor opleiding en vorming voor kaderleden te Overijse wordt verhoogd met 22 000 000 frank;
d) de vastleggingsmachtiging ten laste van artikel 00.01 van hoofdstuk 4 voor de werkingskredieten wordt verhoogd met 2 000 000 frank;
e) de vastleggingsmachtiging ten laste van artikel 00.01 van hoofdstuk 6 voor betalingen bij uitwinning van de waarborg wordt verhoogd met 52 000 000 frank;
f) de vastleggingsmachtiging ten laste van artikel 01.02B voor de verzorgingsvoorzieningen wordt verhoogd met 300 000 000 frank;
2° herverdeling van de ordonnanceringskredieten :
a) het vereffeningskrediet ten laste van artikel 01.07 van hoofdstuk 5 voor de preventie en ambulante gezondheidszorg van het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden wordt verminderd met 6 000 000 frank;
b) het vereffeningskrediet ten laste van artikel 01.02B voor de rustoorden wordt verminderd met 70 000 000 frank;
c) het vereffeningskrediet ten laste van artikel 01.05 voor het centrum voor opleiding en vorming voor kaderleden te Overijse wordt verhoogd met 22 000 000 frank;
d) het vereffeningskrediet ten laste van artikel 00.01 van hoofdstuk 4 voor de werkingskredieten wordt verhoogd met 2 000 000 frank;
e) het vereffeningskrediet ten laste van artikel 00.01 van hoofdstuk 6 voor betalingen bij uitwinning van de waarborg wordt verhoogd met 52 000 000 frank.
Art. 2. De Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid en de investeringen voor de verzorgingsinstellingen, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 20 oktober 1998.
De minister-president van de Vlaamse regering,
L. VAN DEN BRANDE
De Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid,
Mevr. W. DEMEESTER-DE MEYER