4 DECEMBER 1997. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot oprichting van een gegevensbank betreffende het personeel van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de instellingen van openbaar nut die onder het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ressorteren.
Art. 1-7
Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op :
1° het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
2° de instellingen van openbaar nut die ressorteren onder het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bedoeld in artikel 11, § 3 van de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut.
Art.2. Er wordt een gegevensbank opgericht in het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
De gegevensbank heeft tot doel :
1° de Regering meer inzicht te verschaffen van de in de gewestelijke instellingen beschikbare human resources en haar beleid inzake Ambtenarenzaken te ondersteunen;
2° de representatieve vakorganisaties voor te lichten over de werkgelegenheid in de openbare sector van het Gewest.
Alleen anonieme statistieken mogen voor het bereiken van deze doeleinden met de gegevensbank worden opgesteld.
De gegevensbank wordt beheerd door de dienst Ambtenarenzaken van het Ministerie.
Art.3. Iedere instelling bedoeld in artikel 1 deelt per 31 maart, 30 juni, 30 september en 31 december de volgende gegevens betreffende haar personeelsbestand mee :
1° de rechtstoestand (statutair, contractueel, ter beschikking gesteld, vervangingscontract);
2° het niveau (niveau 1, 2+, 2, 3 en 4);
3° de rang en de graad;
4° de werkregeling (voltijds, halftijds, deeltijds);
5° de taalrol;
6° het geslacht;
7° het geboortejaar;
8° de woongemeente;
9° de loonkost.
De Minister bevoegd voor Ambtenarenzaken kan de instellingen om aanvullende of specifieke gegevens verzoeken in zoverre deze dienstig zijn voor het bereiken van de doeleinden van de gegevensbank, ze alleen betrekking hebben op de administratieve of geldelijke positie van de personeelsleden en daaruit geen persoonsgegevens kunnen worden afgeleid.
Art.4. De gegevens bedoeld in artikel 3 worden aan de dienst Ambtenarenzaken doorgezonden op magnetische drager, uiterlijk acht dagen na het verstrijken van ieder trimester.
Alvorens ze over te zenden, maakt iedere instelling de persoonsgegevens anoniem en kent er een code-nummer aan toe om de gegevens van elk personeelslid met de computer te kunnen verwerken. De identiteit van het betrokken personeelslid wordt nooit onthuld.
Art.5. De Minister bevoegd voor Ambtenarenzaken deelt de statistisch verwerkte gegevens mede in de vorm van een driemaandelijks verslag aan de leden van de Regering en van een halfjaarlijks verslag aan de representatieve vakorganisaties, vertegenwoordigd in Sectorcomité XV.
Hij publiceert jaarlijks een algemeen verslag over de werkgelegenheid in de overheidssector van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, en over de toepassing van de artikelen 3, lid 2 en 6.
De verslagen moeten zodanig worden voorgesteld dat er geen persoonsgegevens kunnen worden uit afgeleid.
Art.6. Iedere Minister, functioneel bevoegd voor een van de instellingen bedoeld in artikel 1, kan bij de Minister van Ambtenarenzaken vergelijkende en aanvullende statistische gegevens opvragen in zoverre dat uit deze laatste geen persoonsgegevens kunnen worden afgeleid.
Art. 7. De Minister van Ambtenarenzaken wordt belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 4 december 1997.
De Minister-Voorzitter,
Ch. PICQUE
De Minister van Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp,
R. GRIJP