Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

17 DECEMBER 1998. - Ministerieel besluit tot vastlegging van de door de advocaten bij te houden boekhouddocumenten. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 30-12-1998 en tekstbijwerking tot 02-01-2014)



Inhoudstafel:


Art. 1
Ontvangstbewijsboekjes.
Art. 2-7, 7/1, 8
Dagboek.
Art. 9-11
Individuele rekeningen.
Art. 12-15
Afwijkingsmaatregelen.
Art. 16-17
(Aanduiding van de munt) <MB 2001-12-18/35, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
Art. 18
Opheffings- en uitvoeringsmaatregelen.
Art. 19-21
BIJLAGEN.
Art. N1-2N2



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1976110601 



Uitvoeringsbesluit(en):

2001003630  2013003450 



Artikels:

Artikel 1. De advocaten gebruiken de ontvangstbewijsboekjes en een dagboek waarvan het model bij dit besluit is gevoegd, en houden per cliënt of per zaak een individuele rekening.

Ontvangstbewijsboekjes.
Art.2.De advocaten schaffen zich op hun kosten ontvangstbewijsboekjes aan bij een door [1 de bevoegde diensten van de Federale Overheidsdienst Financiën]1 erkende drukker.
  ----------
  (1)<MB 2013-12-27/01, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>

Art.3. Elk boekje bevat 50 ontvangstbewijzen die zijn samengesteld uit evenveel afscheurbare bladen (originelen) en vastgehechte bladen (duplicaten).

Art.4. De drukker nummert :
  - de ontvangstbewijzen van 1 tot 50;
  - de boekjes in een doorlopende reeks, per leveringsjaar.
  Hij drukt, in volgorde :
  - op de omslag van het boekje : het jaartal van het leveringsjaar en het nummer van het boekje;
  - op elk ontvangstbewijs : de gegevens bedoeld in het vorige streepje en het nummer van het ontvangstbewijs.

Art.5. De boekjes worden gebruikt in de volgorde van hun nummering, te beginnen met het boekje dat het laagste nummer draagt van het oudste jaar.
  Verschillende boekjes mogen evenwel gelijktijdig worden gebruikt wanneer dit de organisatie van het werk vergemakkelijkt, op voorwaarde dat niet meer dan nodig is van de in het vorige lid bepaalde volgorde wordt afgeweken.

Art.6. De inschrijvingen op het origineel van het ontvangstbewijs worden op het duplicaat doorgeschreven door middel van carbonpapier of een doorschrijflaagje dat de keerzijde van het origineel bedekt.

Art.7. Al de in artikel 320 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 bedoelde beroepsontvangsten geven aanleiding tot het uitreiken van een ontvangstbewijs.
  Ontheffing van de verplichting tot het opstellen en het uitreiken van het ontvangstbewijs wordt nochtans toegestaan voor de betalingen die worden verricht door storting of overschrijving op een post- of bankrekening van de advocaat of van zijn kantoor.

Art.7/1. [1 De advocaten brengen op het duplicaat van het ontvangstbewijs het inschrijvingsnummer aan van de factuur in het boek van uitgaande facturen inzake belasting over de toegevoegde waarde.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij MB 2013-12-27/01, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>

Art.8.De advocaten zijn ertoe gehouden, op elk verzoek, aan de ambtenaren [1 van de bevoegde diensten van de Federale Overheidsdienst Financiën]1 hun niet gebruikte boekjes en ontvangstbewijzen te tonen.
  ----------
  (1)<MB 2013-12-27/01, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>

Dagboek.
Art.9.Voor elk gebruik wordt het dagboek [1 aan de bevoegde dienst van de Federale Overheidsdienst Financiën]1 voorgelegd om te worden genummerd en geparafeerd.
  ----------
  (1)<MB 2013-12-27/01, art. 4, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>

Art.10.In het dagboek, dat per kalenderjaar wordt gehouden, worden de volgende inschrijvingen verricht :
  1° dagelijks en per inning, post per post en per aard, volgens het opschrift van de kolommen, de inschrijving van het bedrag van alle ontvangen sommen;
  2° zodra alle voorwaarden die ze bepalen zijn vervuld, de inschrijving, in de vorm van tegenboekingen, van de overdrachten waartoe de wijzigingen in de aanwending van de ontvangen sommen nopen;
  3° bij ontvangst van de factuur of het bewijsstuk of op datum van betaling, de inschrijving, post per post, van het detail van de uitgaven.
  [1 Het gedeelte "uitgaven" van het dagboek is dusdanig opgevat dat het terzelfdertijd kan dienen als boek van inkomende facturen inzake de belasting over de toegevoegde waarde.]1
  ----------
  (1)<MB 2013-12-27/01, art. 5, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>

Art.11. Indien de organisatie van hun kantoor het verantwoordt, mogen de advocaten gelijktijdig één of meer hulpdagboeken gebruiken en één centraal dagboek, op voorwaarde dat het geheel alle voorgeschreven inschrijvingen bevat en dat de hulpdagboeken, zoals het centraal dagboek, worden onderworpen aan de formaliteit beschreven in artikel 9.

Individuele rekeningen.
Art.12. De advocaten leggen, per zaak of per cliënt, een individuele rekening aan waarop alle verrichtingen betreffende de zaak of de cliënt zijn samengebracht.

Art.13.Op de individuele rekeningen moeten tenminste de datum, de aard en het bedrag van elke verrichting of overdracht voorkomen.
  De inschrijvingen op de individuele rekeningen gebeuren volgens dezelfde periodiciteit als deze voorzien in artikel 10.
  Zo nodig mag de inschrijving van het bedrag van de verrichting worden vervangen door een verwijzing die het mogelijk maakt de overeenstemmende inschrijving in het dagboek terug te vinden.
  [1 Bij elke verrichting opgenomen in de individuele rekeningen zal het inschrijvingsnummer van de factuur in het boek van inkomende facturen of van de factuur in het boek van uitgaande facturen bij te houden inzake belasting over de toegevoegde waarde worden vermeld of, in voorkomend geval, het nummer voorkomend op het afgeleverde ontvangstbewijs.]1
  ----------
  (1)<MB 2013-12-27/01, art. 6, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>

Art.14. De individuele rekeningen worden systematisch, alfabetisch of volgens nummering gerangschikt.
  Wanneer het om een nummerrangschikking gaat, wordt het rangnummer ingeschreven op de individuele rekening en overgebracht naar de duplicaten van de ontvangstbewijzen alsook naar het dagboek.
  De individuele rekeningen mogen in de dossiers van de zaken worden ingevoegd op voorwaarde dat die dossiers op een logische wijze en gemakkelijk bereikbaar zijn gerangschikt.

Art.15.
  <Opgeheven bij MB 2013-12-27/01, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>

Afwijkingsmaatregelen.
Art.16. De advocaten die hun boekhouding voeren met behulp van een computer mogen de inschrijvingen in het dagboek beperken tot één samengevat maandelijks bedrag, dat voorkomt op een computerlisting, mits deze listing conform het model van het dagboek is en de voorgeschreven inschrijvingen er met dezelfde periodiciteit worden verricht.
  Zij mogen bovendien de individuele rekeningen vervangen door beter aan de gebruikte boekhoudmethode aangepaste documenten, op voorwaarde dat die documenten klaar, bevattelijk en ondubbelzinnig zijn en ten minste al de gegevens bevatten die op de individuele rekeningen moeten worden ingeschreven.

Art.17.De advocaten die hun werkzaamheden in associatie uitoefenen worden gemachtigd, voor die werkzaamheid, gebruik te maken van ontvangstbewijsboekjes waarop de naam van alle vennoten, hun beroep en het adres van de zetel van de associatie zijn vermeld, alsook op de naam van de associatie een dagboek te openen en individuele rekeningen te houden.
  De in het vorig lid beoogde ontvangstbewijzen, dagboek en individuele rekeningen worden respectievelijk [1 conform de artikels 5 tot 7/1 en 9 tot 14]1 gebruikt.
  Aan het einde van elk jaar, wordt de verdeling van de nettobaten die aan elk van de vennoten worden toegekend, ingeschreven in het op naam van de associatie geopende dagboek, en vermeldt elke vennoot in zijn dagboek zijn deel van de nettobaten.
  ----------
  (1)<MB 2013-12-27/01, art. 8, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>

(Aanduiding van de munt)
Art.18. <MB 2001-12-18/35, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002> Het ontvangen bedrag, dat aanleiding geeft tot het afleveren van het ontvangstbewijs, moet op dat bewijs worden aangeduid in euro, gevolgd door de vermelding "EUR".

Opheffings- en uitvoeringsmaatregelen.
Art.19. Het ministerieel besluit van 6 november 1976 tot vastlegging van de door de advocaten bij te houden boekhouddocumenten wordt opgeheven.

Art.20. De ontvangstbewijsboekjes, ingevoerd of behouden door het voormelde ministerieel besluit van 6 november 1976, die nog in het bezit zijn van de advocaten op datum van de inwerkingtreding van dit besluit, worden bij voorrang en tot uitputting gebruikt, mits rekening wordt gehouden met de aanpassingen vereist ingevolge artikel 18, eerste lid, van dit besluit.

Art.21. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1999.
  Brussel, 17 december 1998.
  J.-J. VISEUR

BIJLAGEN.
Art. N1.Bijlage 1. Modellen.

  GEWIJZIGD BIJ :
  <MB 2013-12-27/01, art. 9, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>

Art. 1N1. Model van het boekje (omslag).
  (Model niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 30-12-1998, p. 41595).

Art. 2N1. Model van het ontvangstbewijs (origineel en duplicaat).
  (Model niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 30-12-1998, p. 41595).
  Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 17 december 1998.
  De Minister van Financiën,
  J.-J. VISEUR

Art. N2.Bijlage 2. Dagboek.
  (Model niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 30-12-1998, p. 41596).

  GEWIJZIGD BIJ :
  <MB 2013-12-27/01, art. 9, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2014>


Art. 1N2. Individuele rekening.
  (Model niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 30-12-1998, p. 41597).

Art. 2N2. Uitgaven. (Model niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 30-12-1998, p. 41598).
  Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 17 december 1998.
  De Minister van Financiën,
  J.-J. VISEUR