17 MAART 1997. - Ministerieel besluit tot uitvoering van het koninklijk besluit van 14 maart 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 19-04-1997 en tekstbijwerking tot 19-06-2002)
Art. 1-4
Artikel 1. De betrekkingen opgenomen in artikel 1 van het koninklijk besluit van 14 maart 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau worden onderverdeeld als volgt :
A. Administratief personeel :
1 van de 3 betrekkingen van ingenieur-directeur kan bezoldigd worden in de weddeschaal 13 E;
1 van de 4 betrekkingen van adviseur wordt bezoldigd in de weddeschaal 13 B;
8 van de 15 betrekkingen van ingenieur worden bezoldigd in de weddeschaal 10 E;
4 van de 15 betrekkingen van ingenieur worden bezoldigd in de weddeschaal 10 F;
7 van de 19 betrekkingen van adjunct-adviseur worden bezoldigd in de weddeschaal 10 C;
1 van de 2 betrekkingen van vertaler-revisor wordt bezoldigd in de weddeschaal 10 C;
de betrekking van programmeringsanalist kan bezoldigd worden in de weddeschaal 28 L;
(1 van de 2 betrekkingen van e.a. boekhouder wordt bezoldigd worden in de weddenschaal 28 D); <MB 2002-05-13/32, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-09-1999>
de betrekking van e.a. directiesecretaris kan bezoldigd worden in de weddeschaal 28 B;
7 van de 26 betrekkingen van bestuurschef worden bezoldigd in de weddeschaal 22 B;
(11 van de 52 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de weddenschaal 30 F); <MB 2002-05-13/32, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-09-1999>
(15 van de 52 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de weddenschaal 30 H); <MB 2002-05-13/32, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-09-1999>
(5 van de 52 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de weddenschaal 30 I); <MB 2002-05-13/32, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-09-1999>
(2 van de 5 betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de weddenschaal 42 C); <MB 2002-05-13/32, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-09-1999>
(1 van de 5 betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de weddenschaal 42 D); <MB 2002-05-13/32, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-09-1999>
(1 van de 5 betrekkingen van beambte kan bezoldigd worden in de weddenschaal 42 E); <MB 2002-05-13/32, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-09-1999>
(de betrekking van geschoold arbeider wordt bezoldigd in de weddenschaal 42 E.) <MB 2002-05-13/32, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-09-1999>
In de hiernavermelde betrekkingen, opgericht ter vervanging van arbeidsposten van contractuelen en opgenomen in artikel 2§ l en § 2 van het koninklijk besluit van 14 maart 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van het BIRB. kan slechts worden voorzien bij de afvloeiing van de betrokken contractuelen :
5 betrekkingen van ingenieur bezoldigd volgens de weddeschaal 10 E;
2 betrekkingen van ingenieur bezoldigd volgens de weddeschaal 10 F;
1 betrekking van bestuurschef bezoldigd volgens de weddeschaal 22 B;
B. Meesters-, vak- en dienstpersoneel.
1 betrekking van geschoold arbeider wordt bezoldigd in de weddeschaal 42 E.
Art.2. In voorkomend geval beletten de ambtenaren die, met toepassing van de verordeningsbepalingen houdende het statuut van het personeel, in overtal zijn opgenomen in de betrekkingen van een weddeschaal, elke bevordering door verhoging in weddeschaal die afhankelijk is van het vacant zijn van een betrekking, zolang de overtallige personeelsbezetting blijft bestaan in vergelijking met het aantal in artikel 1 vastgestelde betrekkingen.
Art.3. Het ministerieel besluit van 4 oktober 1995 tot uitvoering van het koninklijk besluit van 3 oktober 1995 houdende oprichting van de onthaalpersoneelsformatie van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau wordt opgeheven.
Art. 4. Dit besluit treedt in werking op dezelfde dag als het koninklijk besluit van 14 maart 1997 houdende vaststelling van de personeelsformatie van het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau.
Brussel, 17 maart 1997.
K PINXTEN