13 FEBRUARI 1996. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap d.d. 14 september 1989 tot vaststelling van de wijze waarop de examens worden afgenomen, van de organisatie en de werking van de examencommissie van de Franse Gemeenschap voor het secundair onderwijs (eerste afdeling : lager secundair algemeen, technisch, kunst- en beroepsonderwijs) (VERTALING).
Art. 1-10
Artikel 1. Aan artikel 15 van voormeld besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap d.d. 14 september 1989 houdende inrichting van de examencommissie van de Franse Gemeenschap voor het secundair onderwijs wordt onderstaand 7° toegevoegd:
" 7° het bekwaamheidsbewijs dat recht geeft op vrijstelling, voor de kandidaat die van ondervraging over bepaalde vakken vrijgesteld kan worden."
Art.2. Artikel 16 van hetzelfde besluit wordt door volgende bepaling vervangen:
" Artikel 16. § 1. Het examen voor het getuigschrift bedoeld in artikel 9, 1°, omvat 2 examenreeksen:
A. Eerste reeks: 4 verplichte vakken . Frans, wiskunde, geschiedenis, aardrijkskunde.
B. Tweede reeks:
- 2 verplichte vakken: wetenschappen (natuurkunde, scheikunde en biologie) en één moderne taal (Nederlands, Duits of Engels);
- een keuzevak (Latijn of economie) of 2 vakken gekozen onder de volgende: moderne taal (Nederlands, Engels, Duits, Spaans of Italiaans), Oudgrieks, aanvulling van wetenschappen of sociale wetenschappen.
De gekozen moderne taal I kan niet als moderne taal II gekozen worden.
§ 2. De kandidaat kan de 2 reeksen in één, twee of drie zittijden afleggen."
Art.3. In artikel 17, § 1, A, van hetzelfde besluit wordt "Die examens zijn schriftelijk, behalve een mondeling examen Frans" geschrapt.
Art.4. In artikel 18, § 1, A, van hetzelfde besluit wordt "Die examens zijn schriftelijk, behalve een mondeling examen Frans" geschrapt.
Art.5. Artikel 21 van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt:
" § 3. Voor elk examen bepaalt de voorzitter over welke leerstof het examen schriftelijk wordt afgenomen, alsook de onderwerpen en de vragen. "
Art.6. Artikel 32 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
§ 1. De examencommissie beraadslaagt na elke examenreeks.
§ 2. De minimumvoorwaarden om te slagen voor elke examenreeks zijn de volgende:
a) voor de eerste examenreeks moet de kandidaat 50 % van het totaal aantal punten toegekend op het geheel der vakken en 40 % voor elk vak behalen;
b) voor de tweede examenreeks moet de kandidaat 50 % van het totaal aantal punten toegekend op het geheel der vakken en 40 % voor elk vak behalen;
c) voor de derde examenreeks bedoeld in de artikelen 17 en 18 moet de kandidaat 50 % van de punten in elk vak behalen.
§ 3. Wanneer het examen over een leerstof een schriftelijk en een mondeling gedeelte omvat, wordt het percentage berekend op het geheel van de twee proeven.
§ 4. Wordt ipso facto verdaagd, de kandidaat die niet alle voorwaarden bepaald in § 2 vervult.
§ 5. De kandidaat die geslaagd is voor een examenreeks, ontvangt een deelattest.
§ 6. Om het getuigschrift van lager secundair onderwijs te behalen, moet de kandidaat slagen voor de 2 examenreeksen bedoeld in artikel 16 of voor de 3 examenreeksen over hetzelfde voorgelegde programma, bedoeld in de artikelen 17 en 18, mits de deelattesten in ten hoogste 5 jaar, te rekenen van het slagen voor de 1e examenreeks, behaald zijn.
Mocht die termijn verstreken zijn, dan kan de Minister, bevoegd voor het secundair onderwijs, op met redenen omklede aanvraag van de kandidaat, een uitzonderlijke afwijking van de tijdsgrens toestaan. Hij deelt de betrokkene mee over welke nieuwe termijn deze beschikt en welke voorwaarden voor die afwijking gelden.
§ 7. De kandidaat die verdaagd werd, kan vrijstelling van ondervraging bekomen voor de vakken waar hij 60 % van de punten heeft behaald, indien hij zich opnieuw inschrijft voor bedoelde examenreeks op basis van hetzelfde voorgelegde programma.
Vrijstellingen worden alleen toegekend aan de kandidaat die deelgenomen heeft aan alle examens van bedoelde examenreeks. De vrijstellingen toegekend na beraadslaging van de examencommissie blijven gelden voor de vier volgende zittijden."
Art.7. Als overgangsmaatregel worden de kandidaten die vóór 1 januari 1996 een deelattest bekomen hebben voor de 2e reeks, overeenkomstig artikel 16, § 1, B, van hetzelfde besluit, geacht een vrijstelling van ondervraging te hebben voor de 2e moderne taal (Nederlands, Engels of Duits) en voor de wetenschappen (natuur- en scheikunde, biologie).
Die vrijstellingen van ondervraging gelden voor 8 zittijden, te rekenen van 1 januari 1996.
Art.8. Als overgangsmaatregel kan de optie " aanvullingen van wiskunde ", nog gekozen worden gedurende de 4 zittijden volgend op de inwerkingtreding van dit besluit. (ERR B.St. 11-06-1996, bl. 15918)
Art.9. Dit besluit treedt in werking op 15 februari 1996.
Art. 10. De Minister van Onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 13 februari 1996.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap :
De Minister-Voorzitster,
Mevr. L. ONKELINX