22 JANUARI 1996. - Koninklijk besluit tot erkenning van de geïntegreerde produktiemethode voor pitfruit en van de producenten die volgens deze methode telen. (NOTA : Opgeheven voor de Vlaamse Gemeenschap bij BVR 2004-03-26/48, art. 10, Inwerkingtreding : 20-06-2004) (NOTA : Opgeheven voor het Waals Gewest bij BWG 2004-04-29/64, art. 8, Inwerkingtreding : 17-10-2004) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 15-02-1996 en tekstbijwerking tot 07-10-2004).
Art. 1-11
Artikel 1. (Zie NOTA'S onder opschrift) Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1. "Minister": de Minister die de landbouw onder zijn bevoegdheid heeft.
2. "Bestuur" : Directoraat-Generaal voor de Kwaliteit van de grondstoffen en de plantaardige sector van het Ministerie van Middenstand en Landbouw.
3. "Pitfruit": vruchten van appel- of perebomen bestemd voor menselijke consumptie.
4. "Produkten" : pitfruit voortgebracht volgens de geïntegreerde productiemethode en door een erkend producent.
5. "Producent": de natuurlijke of rechtspersoon of de groepering van natuurlijke of rechtspersonen die respectievelijk alleen of gezamenlijk een fruitteeltbedrijf uitbaten.
6. "Bedrijf" : het geheel van de door de producent uitgebate pitfruitproduktieeenheden.
7. "Controleorganisme": elk organisme dat door de Minister wordt erkend om de controle uit te voeren inzake de toepassing van de geïntegreerde produktiemethode, de produkten voortgebracht volgens die methode evenals de producenten die volgens deze methode telen.
8. "Lastenboek" : beschrijving van het geheel van algemene principes, minimumnormen, richtlijnen en teelttechnische maatregelen met betrekking tot de geïntegreerde produktiemethode, het voorstellen en de controle van de produkten alsmede van de controles welke noodzakelijk zijn om de correcte toepassing van de methode door de producent na te gaan.
9. "Veldboek" : document dat de noodzakelijke jaarlijkse gegevens groepeert die op de uitbating worden verzameld en bedoeld zijn om de naleving van het lastenboek na te gaan.
Art.2. (Zie NOTA'S onder opschrift) De Minister kan een geïntegreerde produktiemethode erkennen. Hij legt de voorwaarden vast in een lastenboek.
De Minister kan in uitzonderlijke gevallen afwijken van de voorwaarden die in dat lastenboek zijn vastgesteld.
Art.3. (Zie NOTA'S onder opschrift) § 1. De Minister kan particuliere instanties erkennen als controleorganisme om de controle uit te voeren over de nakoming van het lastenboek.
§ 2. (Na een door de Minister te bepalen termijn kunnen enkel de controleorganismen die het bewijs hebben geleverd dat zij geaccrediteerd zijn volgens de EN 45011-norm door het Belgisch accreditatiesysteem conform de wet van 20 juli 1990 betreffende de accreditatie van certificatie- en keuringsinstellingen, alsmede van beproevingslaboratoria of door een gelijkwaardige accreditatieinstelling opgericht binnen de Europese economische ruimte, erkend worden of hun erkenning behouden.) <KB 2001-12-19/52, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-03-2002>
§ 3. De erkende controleorganismen staan onder het toezicht van de bevoegde ambtenaren van het Bestuur. Deze kunnen alle nuttige gegevens opvragen zowel aan het controleorganisme als aan de producent.
Art.4. (Zie NOTA'S onder opschrift) Om erkend te worden door de Minister moeten de controleorganismen een aanvraag indienen bij het Bestuur voor de Kwaliteit van de grondstoffen en de plantaardige sector. De organismen moeten aan de volgende voorwaarden voldoen :
1° aan de hand van hun activiteiten bewijzen dat zij een nuttige ervaring of een voldoende bekwaamheid hebben met betrekking tot de controle op het gebied van de geïntegreerde produktie;
2° beschikken over de installaties, het materieel en het personeel die door de Minister noodzakelijk worden geacht;
3° een fysisch persoon aanduiden, verantwoordelijk voor de controles;
4° een lijst bijhouden van de geregistreerde en erkende producenten;
5° zich verbinden tot het dagelijks bijhouden van een register van de uitgevoerde controles waarin worden opgenomen :
- de aard, de datum en het resultaat van de controle,
- alle inlichtingen over de inachtneming van de produktievoorwaarden opgenomen in het lastenboek en het veldboek,
- de naam en de paraaf van de controleur;
6° de analyses laten uitvoeren in laboratoria die hiervoor erkend zijn door de Minister in toepassing van de wet van 11 juli 1969 betreffende de bestrijdingsmiddelen en grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt;
7° ervoor te zorgen dat een producent die de bepalingen van dit besluit naleeft en zijn bijdrage in de controlekosten betaalt, zeker is van toegang tot het controlestelsel.
Art.5. (Zie NOTA'S onder opschrift) § 1. Enkel op de verpakkingen van produkten voortgebracht volgens de geïntegreerde produktiemethode mag de aanduiding "Pitfruit van geïntegreerde produktie" voorkomen.
Ingeval deze aanduiding is aangebracht, moeten, onverminderd de aanduidingen voorgeschreven door de gemeenschappelijke kwaliteitsnormen, vastgesteld op basis van Verordening (EEG) Nr. 1035/72 van de Raad, tevens volgende gegevens vermeld zijn:
- het, overeenkomstig artikel 4 van het koninklijk besluit van 11 december 1992 betreffende de handel in verse groenten en fruit, aan de erkende producent toegekend registratienummer;
- de naam van het erkend controleorganisme waarbij de producent erkend is, gevolgd door de vermelding "Erkend door het Ministerie van Middenstand en Landbouw".
Bovenvermelde aanduidingen moeten, gegroepeerd met de aanduidingen voorgeschreven door de gemeenschappelijke kwaliteitsnormen, in duidelijk leesbare en onuitwisbare letters op één van de zijkanten van de verpakking, door directe opdruk of door middel van een stevig aan de verpakking bevestigd etiket, aangebracht worden.
§ 2. Ingeval produkten voorzien van de aanduiding "Pitfruit van geïntegreerde produktie" herverpakt worden, mag deze aanduiding op de nieuwe verpakking aangebracht worden op mits:
- alle gegevens voorgeschreven in § 1 van dit artikel aangebracht worden evenals het registratienummer van de herverpakker;
- de herverpakker een administratie bijhoudt van de in- en uitgaande loten die toelaat de herkomst van de onder deze benaming verhandelde produkten na te gaan.
De Minister kan afwijkingen verlenen op bepalingen voorzien in deze paragraaf en de voorwaarden bepalen waaronder dit kan gebeuren.
§ 3. Wanneer in het kleinhandel de produkten niet meer in hun verpakking aangeboden worden, mag de vermelding "Pitfruit van geïntegreerde produktie" enkel op een opschrift aangeduid worden indien de verpakking van de uitgestalde produkten al de in § 1 en § 2 van dit artikel voorgeschreven aanduidingen droeg.
Art.6. (Zie NOTA'S onder opschrift) § 1. Om erkend te worden moet de producent die volgens de geïntegreerde produktiemethode teelt :
- zich daartoe jaarlijks bij een controleorganisme voorafgaandelijk laten registreren;
- zich aan de controle van dit organisme onderwerpen om na te gaan of de door hem toegepaste produktiemethode beantwoordt aan de eisen vastgelegd in het lastenboek;
- er zich toe te verbinden zijn ganse bedrijf in een overgangsperiode van drie jaar volgens de geïntegreerde produktiemethode uit te baten.
In uitzonderlijke gevallen en na akkoord van het controleorganisme en dit volgens de procedure beschreven in het lastenboek, kan de producent zich verplicht zien één of meerdere percelen te ontrekken aan de geïntegreerde produktiemethode en de oogst hiervan te isoleren.
§ 2. Het controleorganisme registreert de producenten die de geïntegreerde produktiemethode wensen toe te passen. Het kontroleert of de produktiemethode beschreven in het lastenboek juist toegepast werd. Bij correcte toepassing wordt de erkenning afgeleverd voor de productie van één jaar.
Enkel de producenten die in het bezit zijn van die erkenning mogen de titel "Producent die volgens de geïntegreerde produktiemethode teelt", dragen en hun produkten "Pitfruit van geïntegreerde produktie" noemen.
Art.7. (Zie NOTA'S onder opschrift) § 1. De Minister kan, op basis van een met redenen omklede beslissing, de erkenning van een controleorganisme geheel of gedeeltelijk, tijdelijk of definitief, intrekken op het einde van het jaar zonder dat het controleorganisme uit dien hoofde enige schadevergoeding ten laste van de Staat kan eisen.
§ 2. De erkenning en de intrekking ervan worden in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt.
Art.8. (Zie NOTA'S onder opschrift) § 1. Het controleorganisme kan bij gemotiveerd advies de registratie of de erkenning van een producent weigeren of intrekken gedurende een bepaalde periode.
Het controleorganisme stelt hiervan de belanghebbende per aangetekende brief in kennis en zendt een afschrift van het dossier aan het Bestuur.
De belanghebbende kan niet meer verwijzen naar de geïntegreerde produktiemethode noch met de titel van producent die volgens de geïntegreerde produktiemethode teelt noch in de aanduidingen op de verpakkingen van de produkten.
De belanghebbende ondergaat de gevolgen van deze weigering of tijdelijke intrekking zonder recht op een vergoeding.
De belanghebbende mag zijn eventuele verweermiddelen bij aangetekend schrijven indienen op het erin vermelde adres van het Bestuur en dit binnen een termijn van dertig dagen vanaf de verzendingsdatum van het aangetekend schrijven van het controleorganisme.
§ 2. Na onderzoek van de verweermiddelen van de betrokkene kan het Bestuur deze bij aangetekende brief oproepen opdat hij bijkomende inlichtingen zou kunnen verstrekken of bijkomende bewijsstukken overhandigen.
In dat geval wordt ter plaatse een bondig verslag van het onderhoud opgemaakt en ondertekend door de ambtenaar van het Bestuur die het voor medeondertekening voorlegt aan de betrokkene.
Andere personen kunnen eveneens uitgenodigd worden om bij het onderhoud aanwezig te zijn of om nadien te worden gehoord. Het eventuele latere verhoor moet plaatshebben in het bijzijn van de betrokkene of op zijn minst nadat deze behoorlijk werd opgeroepen.
§ 3. Na het einde van voornoemde procedure neemt de Directeur-generaal van het Bestuur binnen de drie maanden vanaf de ontvangst van de verweermiddelen van de belanghebbende een met redenen omklede beslissing. Bij gebrek aan een beslissing binnen de voorziene termijn wordt het beroep van de producent geacht te zijn ingewilligd.
In geval van een negatieve beslissing wordt de registratie of de erkenning ingetrokken of geweigerd. Het is hem bijgevolg verboden om te verwijzen naar de geïntegreerde produktiemethode noch met de titel van producent die volgens de geïntegreerde produktiemethode teelt noch in de aanduidingen op de verpakking van de produkten. Pas voor het produktieseizoen volgend op de datum van de weigering kan de betrokkene opnieuw erkend worden indien uit een nieuwe controle blijkt dat hij het lastenboek respecteert.
§ 4. Indien, in geval van beroep, expertisekosten worden gemaakt en de beslissing van het controleorganisme wordt bevestigd, draagt de producent de kosten ervan. De bevoegde ambtenaar verzoekt de betrokkene bij aangetekende brief deze kosten te betalen binnen de termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de verzendingsdatum van deze brief.
In het tegenovergestelde geval vallen de expertisekosten ten laste van het controleorganisme.
Naargelang het geval moet de producent of het controleorganisme een bewijs van betaling bij aangetekende brief sturen naar het Bestuur binnen een termijn van vijftien dagen na de betaling.
Art.9. (Zie NOTA'S onder opschrift) Overtredingen van de bepalingen van dit besluit worden opgespoord, vastgesteld en gestraft overeenkomstig de bepalingen van de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijprodukten.
Art.10. (Zie NOTA'S onder opschrift) Tijdens het jaar van het van kracht worden van dit besluit delegeert de Minister aan het controleorganisme de bevoegheid om te oordelen of de geïntegreerde produktiemethode, toegepast tijdens de één of twee voorgaande jaren als gelijkwaardig kan beschouwd worden aan de erkende geïntegreerde produktiemethode. Deze beoordeling zal gebaseerd zijn op het onderzoek van veldboeken en het advies van bevoegde organismen. Bijgevolg kan het controleorganisme tijdens het jaar van het van kracht worden van dit besluit, producenten erkennen of de registratie van deze producenten a posteriori valideren voor een of twee voorgaande jaren.
Voor het jaar van het van kracht worden van dit besluit zal de datum waarop de aanvraag tot registratie en erkenning moet ingediend zijn bij het controleorganisme, bepaald worden door de Minister.
Art.11. (Zie NOTA'S onder opschrift) Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 22 januari 1996.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen,
K. PINXTEN