Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

13 FEBRUARI 1996. - Koninklijk besluit betreffende de geconsolideerde jaarrekening van verzekeringsondernemingen en herverzekeringsondernemingen en tot wijziging van de koninklijke besluiten van 8 oktober 1976 met betrekking tot de jaarrekening van de ondernemingen en van 6 maart 1990 op de geconsolideerde jaarrekening van de ondernemingen. - (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 09-03-1996 en tekstbijwerking tot 23-03-2011)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Bepalingen met betrekking tot de geconsolideerde jaarrekening van de verzekeringsondernemingen en de herverzekeringsondernemingen.
Art. 2-23, 23bis, 24
HOOFDSTUK III. - Overgangsbepalingen.
Art. 25-26
HOOFDSTUK IV. - Wijzigingsbepalingen.
Art. 27-29
HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art. 30, 30bis, 31
BIJLAGE.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1976100801  1990011069 



Uitvoeringsbesluit(en):

1998011375  2011003106 



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied.
Artikel 1. Zijn onderworpen aan de bepalingen van dit besluit, de verzekeringsondernemingen naar Belgisch recht en de herverzekeringsondernemingen naar Belgisch recht.

HOOFDSTUK II. - Bepalingen met betrekking tot de geconsolideerde jaarrekening van de verzekeringsondernemingen en de herverzekeringsondernemingen.
Art.2. De bepalingen van het koninklijk besluit van 6 maart 1990 op de geconsolideerde jaarrekening van de ondernemingen zijn van toepassing op de ondernemingen bedoeld in artikel 1 van dit besluit voorzover de bepalingen van dit besluit er niet van afwijken.
  De latere wijzigingen aan het voormelde koninklijk besluit van 6 maart 1990 zijn slechts van toepassing op de ondernemingen bedoeld in het eerste lid in de mate door Ons vastgesteld.

Art.3. Voor de toepassing van artikel 4, § 2, van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990, kan de centrale leiding ook tot uiting komen in het bestaan van omvangrijke en duurzame herverzekeringsbetrekkingen.

Art.4. Voor de toepassing van dit besluit moet het artikel 7, lid 1, van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "Onverminderd artikel 8 moet elke verzekeringsonderneming of herverzekeringsonderneming, naar Belgisch recht, die een moederonderneming is, een geconsolideerde jaarrekening en een geconsolideerd jaarverslag opstellen indien zij, alleen of gezamenlijk, één of meer dochterondernemingen naar Belgisch of buitenlands recht controleert".

Art.5. Artikel 9 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 is niet van toepassing.

Art.6. Artikel 14, § 2 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 is niet van toepassing op dochterondernemingen die het statuut van verzekeringsonderneming niet hebben maar van wie de activiteit rechtstreeks in het verlengde ligt van de verzekeringsactiviteit of behoort tot de aanverwante dienstverlening.

Art.7. Voor de toepassing van dit besluit moet het artikel 25, lid 2, laatste zin, van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "Tussen beide data of de beschouwde periodes mag evenwel onder geen enkel beding meer dan zes maanden liggen".

Art.8. Voor de toepassing van dit besluit moet het artikel 29,§§ 1 en 2, van het voornoemde besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "De geconsolideerde balans en resultatenrekening worden opgesteld overeenkomstig de schema's opgenomen in hoofdstuk I, afdelingen I en II, van de bijlage bij het besluit van 17 november 1994 betreffende de jaarrekening van verzekeringsondernemingen, overminderd de als bijlage bij dit besluit samengevatte bepalingen van dit besluit en met inachtneming van de aanpassingen die noodzakelijk zijn wegens de eigen kenmerken van de geconsolideerde jaarrekening.
  De ondernemingen mogen alle opbrengsten en lasten uit beleggingen van de ondernemingen die in de consolidatie zijn opgenomen, in de niet-technische rekening vermelden, ook wanneer de opbrengsten en lasten verband houden met het levensverzekeringsbedrijf.
  In dit geval :
  a) voor wat betreft de netto-opbrengsten uit beleggingen, die op het vlak van de consolidatie verband houden met het niet-levensverzekeringsbedrijf, wordt een overboeking van deze opbrengsten van de niet-technische rekening vermeld onder de post 6.a) van deze rekening en toegevoegd aan de post 2. van de technische rekening "niet-levensverzekering";
  b) voor wat betreft de netto-opbrengsten uit beleggingen, die op het vlak van de consolidatie verband houden met het levensverzekeringsbedrijf, wordt een overboeking van deze opbrengsten van de niet-technische rekening vermeld onder de post 6.b) van deze rekening en toegevoegd aan de post 2. van de technische rekening "levensverzekering". De benaming van deze post wordt "Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgeboekt van de niet-technische rekening (post 6.b))";
  c) De posten 2bis en 7bis van de technische rekening "niet-levensverzekering", de posten 2.a), 2.b), 2.c), 2.d), 9 en 12 van de technische rekening "levensverzekering, evenals de post 4. van de niet-technische rekening zijn zonder voorwerp.
  De omschrijving van de in de schema's aangegeven posten moet, wanneer de naleving van het voorschrift van artikel 20 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 dit vereist, worden aangepast aan de bijzondere aard van het bedrijf, het vermogen en de opbrengsten en kosten van het geconsolideerde geheel.
  De omschrijving van de posten in de voorziene schema's voor wat betreft de jaarrekening van de verzekeringsondernemingen door het koninklijk besluit van 17 november 1994, zijn, onverminderd de omschrijvingen vermeld in punt C. van de bijlage bij het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990, van toepassing op de overeenstemmende posten in de schema's van de geconsolideerde jaarrekening".

Art.9. Voor de toepassing van dit besluit, moet artikel 36 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "De in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen actief- en passiefbestanddelen en rechten en verplichtingen worden gewaardeerd overeenkomstig de artikelen 15 tot 36sexies van het koninklijk besluit van 17 november 1994 betreffende de jaarrekening van de verzekeringsondernemingen.
  Zij worden gewaardeerd volgens uniforme regels. Indien in de financiële staten van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen actief- of passiefbestanddelen niet zijn gewaardeerd volgens de regels die voor de consolideerde jaarrekening zijn gehanteerd, moeten zij ten behoeve van de consolidatie opnieuw worden gewaardeerd, tenzij de uitkomst van deze nieuwe waardering slechts van een te verwaarlozen betekenis zou zijn, gelet op artikel 20.
  Het tweede lid is niet van toepassing op passiva waarvan de waardering door de in de consolidatie opgenomen ondernemingen berust op de toepassing van specifieke voorschriften voor verzekeringen, noch op de activa waarvan de waardeveranderingen bovendien van invloed zijn op rechten van verzekerden of zulke rechten doen ontstaan, noch inzover principieel of qua toepassing afwijkende regels verantwoord zijn in het licht van de economische en juridische context waarin deze bestanddelen voorkomen.
  In uitzonderingsgevallen mag van het tweede lid worden afgeweken.
  De toelichting vermeldt in welke gevallen met toepassing van het derde en vierde lid verschillende waarderingsregels werden gehandhaafd en waarom."

Art.10. Voor de toepassing van dit besluit moet lid 3 van § 1 van het artikel 52 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "Deze afschrijvingen worden opgenomen in de geconsolideerde resultatenrekening in de post 8. "Overige kosten" in de gevallen bedoeld in lid 1 en in de post 12. "Uitzonderlijke kosten" in de gevallen bedoeld in lid 2."

Art.11. Voor de toepassing van dit besluit, moet lid 1 van artikel 54 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "De aandelen in het kapitaal van de consoliderende onderneming, aangehouden door een onderneming behorende tot de consolidatie, worden opgenomen in de geconsolideerde balans onder de actiefpost F.III."

Art.12. Voor de toepassing van dit besluit, moet het laatste lid van artikel 57 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt gelezen worden :
  "In afwijking van het eerste lid, 2° kunnen de winsten en verliezen in de consolidatie worden behouden, indien bij de verrichting de normale marktvoorwaarden in acht zijn genomen en ze rechten in het voordeel van de verzekerden heeft voortgebracht. Deze afwijkingen worden vermeld in de toelichting; indien de invloed daarvan op het vermogen, de financiële positie of het resultaat van het geconsolideerde geheel niet onaanzienlijk is, dient zulks in de toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening te worden vermeld".

Art.13. Voor de toepassing van dit besluit moet artikel 62 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "De participaties in ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast worden opgenomen in de geconsolideerde balans onder de actiefpost "Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast."

Art.14. Voor de toepassing van dit besluit moet punt VII van artikel 69 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "Een staat met betrekking tot de actiefposten B., C.I., C.II.1., C.II.2., C.II.3., C.II.4., C.II.5., C.II.6., C.III.1. en C.III.2., en met vermelding van, voor het geconsolideerde geheel, de bepalingen voorzien in de toelichting nr. 1 van de afdeling III van hoofdstuk I van de bijlage bij het koninklijk besluit van 17 november 1994 betreffende de jaarrekening van verzekeringsondernemingen, met dien verstande evenwel dat de gegevens over verbonden ondernemingen slaan op de verbonden ondernemingen die niet in de consolidatie zijn opgenomen en dat de gegevens over ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat slaan op de ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat die niet in de consolidatie zijn opgenomen."

Art.15. Voor de toepassing van dit besluit moet punt VIII van artikel 69 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "Een staat met betrekking tot de technische voorzieningen en de schulden en met vermelding van, voor het geconsolideerde geheel, de bepalingen voorzien in de toelichting nr. 7a) en b) van de afdeling III van hoofdstuk I van de bijlage bij het koninklijk besluit van 17 november 1994 betreffende de jaarrekening van verzekeringsondernemingen."

Art.16. Voor de toepassing van dit besluit moet punt IX van artikel 69 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "Een staat met betrekking tot de inlichtingen over de technische rekeningen en met vermelding van, voor het geconsolideerde geheel, de bepalingen voorzien in de toelichting nr. 10 van de afdeling III van hoofdstuk I van de bijlage bij het koninklijk besluit van 17 november 1994 betreffende de jaarrekening van verzekeringsondernemingen."

Art.17. Voor de toepassing van dit besluit moet punt X van artikel 69 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "Een staat met vermelding van, volgens de voorstelling voorzien in de toelichting nr. 11 van de afdeling III van hoofdstuk I van de bijlage bij het koninklijk besluit van 17 november 1994 betreffende de jaarrekening van verzekeringsondernemingen :
  1. het gemiddeld personeelsbestand bij de volledig geconsolideerde ondernemingen, uitgesplitst naar categorie, alsook de personeelskosten die betrekking hebben op het boekjaar, indien niet afzonderlijk vermeld in de geconsolideerde resultatenrekening;
  2. verhoudingsgewijs dezelfde gegevens voor het personeelsbestand bij de ondernemingen waarop een evenredige consolidatie is toegepast."

Art.18. Voor de toepassing van dit besluit moet punt XI van artikel 69 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "Een staat met betrekking tot de reserves (post IV) en het overgedragen resultaat (post V) en met vermelding van de oorzaak van de schommelingen van het bedrag van deze reserves en van dit overgedragen resultaat van het ene boekjaar tot het andere."

Art.19. Voor de toepassing van dit besluit moet punt XIII van artikel 69 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "Een staat met vermelding van, voor het geconsolideerde geheel, de bepalingen voorzien in de toelichting nr. 14 van de afdeling III van hoofdstuk I van de bijlage bij het koninklijk besluit van 17 november 1994 betreffende de jaarrekening van verzekeringsondernemingen."

Art.20. Voor de toepassing van dit besluit moet punt XIV van artikel 69 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "Een staat met vermelding van, voor het geconsolideerde geheel, de volgende bepalingen betreffende de belastingen op het resultaat van het boekjaar en van het vorige boekjaar :
  1. het verschil tussen de aan de geconsolideerde resultatenrekening van het boekjaar en de vorige boekjaren toegerekende belastingen en de voor die boekjaren reeds betaalde of nog te betalen belastingen, voor zover dit verschil van belang is met het oog op de in de toekomst te betalen belastingen;
  2. gegevens omtrent de invloed van de uitzonderlijke resultaten op de belastingen op het resultaat van het boekjaar."

Art.21.Voor de toepassing van dit besluit moet punt XV van artikel 69 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "Een staat met vermelding van de volgende gegevens met betrekking tot de niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen :
  A. 1. Het bedrag van de persoonlijke zekerheden die door de in de consolidatie opgenomen ondernemingen werden gesteld of onherroepelijk beloofd als waarborg voor schulden of verplichtingen van derden;
  2. het bedrag van de zakelijke zekerheden die door de in de consolidatie opgenomen ondernemingen werden gesteld of onherroepelijk beloofd op hun eigen activa als waarborg voor schulden en verplichtingen van in de consolidatie opgenomen ondernemingen, enerzijds, en van derden anderzijds;
  3. de rechten en verplichtingen uit verrichtingen op rentestanden, wisselkoersen en andere gelijkaardige verrichtingen.
  B. Inlichtingen betreffende belangrijke hangende geschillen en andere belangrijke verplichtingen die hierboven niet zijn bedoeld.
  C. Rust- en overlevingspensioenverplichtingen ten gunste van personeelsleden of ondernemingsleiders, ten laste van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen."
  [1 D. De aard en het zakelijke doel van de regelingen die niet in de balans zijn opgenomen, alsook de financiële gevolgen ervan, mits de risico's of voordelen die uit dergelijke regelingen voortvloeien van enige betekenis zijn en voor zover de bekendmaking van deze risico's of voordelen noodzakelijk is voor de beoordeling van de financiële positie van de onderneming.]1
  ----------
  (1)<KB 2011-03-13/02, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 23-03-2011>

Art.22. Voor de toepassing van dit besluit moet punt XVI van artikel 69 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "Een staat met vermelding van, voor het geconsolideerd geheel, de bepalingen voorzien in de toelichting nr. 18 van de afdeling III van hoofdstuk I van de bijlage bij het koninklijk besluit van 17 november 1994 betreffende de jaarrekening van verzekeringsondernemingen, met dien verstande evenwel dat de gegevens over verbonden ondernemingen slaan op de verbonden ondernemingen die niet in de consolidatie zijn opgenomen en dat de gegevens over ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat slaan op de ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat die niet in de consolidatie zijn opgenomen."

Art.23. Voor de toepassing van dit besluit moet punt XVII van artikel 69 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 als volgt worden gelezen :
  "Een staat met vermelding van de bepalingen voorzien in de toelichting nr. 19 van de afdeling III van hoofdstuk I van de bijlage bij het besluit van 17 november 1994 betreffende de jaarrekening van verzekeringsondernemingen, aangaande de bestuurders of zaakvoerders van de consoliderende onderneming, met dien verstande dat de bedragen opgenomen in 4. ten laste van het geconsolideerd resultaat worden genomen uit hoofde van hun werkzaamheden in de consoliderende onderneming, haar dochterondernemingen en geassocieerde ondernemingen, en dat de bedragen opgenomen in 1, 2 en 3 worden toegekend, hetzij door de consoliderende onderneming, hetzij door een dochteronderneming of een geassocieerde onderneming."

Art.23bis. [1 In de toelichting bij hun geconsolideerde jaarrekening die is opgemaakt conform het onderhavige besluit, vermelden de ondernemingen de transacties die zij zijn aangegaan met verbonden partijen, of die zijn uitgevoerd door enige andere vennootschap die is opgenomen in de consolidatiekring, indien het om transacties van enige betekenis gaat die niet werden verricht onder de normale marktvoorwaarden.
   In deze staat worden de betrokken transacties vermeld, alsook het bedrag van elke transactie, de aard van de relatie met de verbonden partijen, en alle andere informatie over de transacties die nodig is om een beter inzicht te krijgen in de financiële positie van de onderneming.
   De voormelde informatiegegevens kunnen overeenkomstig hun aard worden samengevoegd, behalve wanneer gescheiden informatie nodig is om inzicht te krijgen in de gevolgen van de transacties met verbonden partijen voor de financiële positie van de onderneming.
   Deze informatie hoeft niet te worden verstrekt voor de transacties die zijn aangegaan tussen twee of meer leden van een groep, mits de dochterondernemingen die partij zijn bij de transactie, geheel eigendom zijn van een dergelijk lid.
   Voor de toepassing van deze bepaling wordt onder 'verbonden partij' hetzelfde verstaan als in de internationale standaarden voor jaarrekeningen die zijn goedgekeurd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1606/2002.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij KB 2011-03-13/02, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 23-03-2011>

Art.24. De consoliderende ondernemingen die aan de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen onderworpen zijn zenden ten minste vijftien dagen vóór hun algemene vergadering aan de Controledienst voor de Verzekeringen de geconsolideerde jaarrekening en het geconsolideerd jaarverslag bedoeld in artikel 7 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990; de mededeling van deze geconsolideerde jaarrekening aan de Controledienst voor de Verzekeringen gebeurt op de drager die hij bepaalt.

HOOFDSTUK III. - Overgangsbepalingen.
Art.25. De verplichting om cijfers over het voorgaande boekjaar te vermelden, geldt niet voor de geconsolideerde jaarrekening over het eerste boekjaar waarin de bepalingen van dit besluit van toepassing zijn op een onderneming bedoeld in artikel 7 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990.

Art.26. Indien een onderneming bedoeld in artikel 7 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990, vóór de inwerkingtreding van dit besluit een geconsolideerde jaarrekening opstelde en openbaar maakte met toepassing van regels en methodes die niet geheel overeenstemmen met de bepalingen van dit besluit, heeft zij de mogelijkheid om deze bepalingen niet met terugwerkende kracht, via aanpassing van de betrokken posten uit de geconsolideerde balans, toe te passen.
  Indien een onderneming de bepalingen van dit besluit met terugwerkende kracht toepast via aanpassing van de betrokken posten uit de geconsolideerde balans, wordt de invloed van deze aanpassing op de belangrijkste betrokken posten uit de geconsolideerde balans aangeduid onder de waarderingsregels in de toelichting bij de eerste geconsolideerde jaarrekening die wordt opgesteld en openbaar gemaakt overeenkomstig dit besluit.
  In de ondernemingen, waar de praktijk van de mededeling van een geconsolideerde jaarrekening aan de ondernemingsraad bestaat, wordt een vergelijking opgemaakt met het vorig boekjaar, wat de belangrijkste posten evenals de verzekeringstakken uit de geconsolideerde jaarrekening betreft. Deze vergelijking wordt aan de ondernemingsraad meegedeeld en door de bedrijfsrevisor toegelicht in het raam van de opdrachten, die in artikel 15bis van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven worden omschreven.

HOOFDSTUK IV. - Wijzigingsbepalingen.
Art.27. In artikel 41 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1976 met betrekking tot de jaarrekening van de ondernemingen, vervangen door artikel 37 van het koninklijk besluit van 12 september 1983 worden de woorden "koninklijk besluit van 12 november 1979 betreffende de jaarrekening van de verzekeringsondernemingen die zijn toegelaten bij toepassing van de wetgeving betreffende de controle der verzekeringsondernemingen" vervangen door de woorden "koninklijk besluit van 17 november 1994 betreffende de jaarrekening van de verzekeringsondernemingen".

Art.28. Artikel 1 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 wordt aangevuld met de volgende woorden : "en met uitzondering van de verzekeringsondernemingen naar Belgisch recht en de herverzekeringsondernemingen naar Belgisch recht".

Art.29. De § 3 van artikel 29 van het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990 wordt vervangen als volgt :
  "§ 3. Indien het bedrijf van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen, als geheel beschouwd, voornamelijk bestaat uit een bankbedrijf, wordt de geconsolideerde jaarrekening opgesteld volgens de schema's en waarderingsregels die naar gelang van het geval, van toepassing zijn op de jaarrekening van de kredietinstellingen. De staten XIII en XV van artikel 69 zijn niet van toepassing.
  Indien het bedrijf van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen, als geheel beschouwd, voornamelijk bestaat uit een verzekerings- of herverzekeringsbedrijf, is de consoliderende onderneming onderworpen aan de bepalingen van het koninklijk besluit van 13 februari 1996 betreffende de geconsolideerde jaarrekening van verzekeringsondernemingen en herverzekeringsondernemingen."

HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art.30. Dit besluit wordt voor het eerst toegepast op de geconsolideerde jaarrekening over het boekjaar dat ingaat na 31 december 1994.

Art. 30bis. <Ingevoegd bij KB 1998-12-07/38, art. 1; Inwerkingtreding : 04-01-1999> De wijzigingen aangebracht aan het voornoemde koninklijk besluit van 6 maart 1990, zoals gewijzigd door het koninklijk besluit van 15 december 1998 betreffende de overschakeling op de euro in het boekhoudrecht, alsook artikel 14 van laatstgenoemd besluit zijn van toepassing op de ondernemingen waarvan sprake in artikel 1 van dit besluit.

Art.31. Onze Minister tot wiens bevoegheid de Economische Zaken behoren, is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 13 februari 1996.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Vice-Eerste Minister en Minister van Economie en Telecommunicatie,
  E. DI RUPO

BIJLAGE.
Art. N. Schema van de geconsolideerde jaarrekening van de verzekeringsondernemingen en van de herverzekeringsondernemingen.
  (Bijlage niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. 09-03-1996, p. 5195 - 5202).
  Gewijzigd bij :
  <KB 1998-12-07/38, art. 2, Inwerkingtreding : 04-01-1999; zie B.St. 25-12-1998, p. 41208>