Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

22 FEBRUARI 1995. - Decreet tot wijziging van het decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten en stads- en dorpsgezichten.



Inhoudstafel:


Art. 1-12



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1976030301 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Dit decreet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.

Art.2. Artikel 2, 3°, van het decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten en stads- en dorpsgezichten wordt vervangen door de volgende tekst :
  "3° stads- of dorpsgezicht :
  - een groepering van één of meer monumenten en/of onroerende goederen met omgevende bestanddelen, zoals onder meer beplantingen, omheiningen waterlopen, bruggen, wegen, straten en pleinen, die vanwege haar artistieke, wetenschappelijke, historische, volkskundige, industrieel-archeologische of andere sociaal-culturele waarde van algemeen belang is;
  - de directe, er onmiddellijk mee verbonden visuele omgeving van een monument, bepaald in 2° van dit artikel, die door haar beeldbepalend karakter de intrinsieke waarde van het monument tot zijn recht doet komen dan wel door haar fysische eigenschappen de instandhouding en het onderhoud van het monument kan waarborgen; ".

Art.3. Het opschrift van afdeling 1 van hoofdstuk IV van het decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten en stads- en dorpsgezichten wordt vervangen door de volgende tekst :
  "Afdeling 1. - De ontwerpen van lijst van de voor bescherming vatbare monumenten en stads- en dorpsgezichten.

Art.4. Artikel 5 van hetzelfde decreet wordt vervangen als volgt :
  "Artikel 5. § 1. De regering stelt de ontwerpen van lijst van voor bescherming vatbare monumenten en stads- en dorpsgezichten vast. Deze ontwerpen van lijst vermelden de erfdienstbaarheden die met het oog op de bescherming, worden opgelegd.
  § 2. De ontwerpen van lijst worden :
  1° bij ter post aangetekende brief ter advies voorgelegd aan de bestuurlijke entiteit bevoegd voor ruimtelijke ordening en stedebouw en aan de betrokken gemeente(n) en provincie(s). Deze adviezen worden binnen zestig dagen te rekenen vanaf de datum van de afgifte ter post uitgebracht, zoniet worden ze geacht gunstig te zijn;
  2° bij de betrokken gemeentebesturen neergelegd voor het openen van een openbaar onderzoek en het opstellen van een proces-verbaal waarin de opmerkingen en bezwaren worden opgenomen. Bij voor bescherming vatbare stads- of dorpsgezichten wordt een bericht omtrent het openbaar onderzoek aangeplakt zoals aangeduid op het plan bij het ontwerp van lijst. Het openbaar onderzoek gaat in uiterlijk veertien dagen te rekenen vanaf de datum van de afgifte ter post van de betekening en duurt dertig dagen. Tijdens het openbaar onderzoek ligt het ontwerp van lijst en het dossier dat een inhoudelijke beschrijving en evaluatie bevat, ter inzage bij de betrokken gemeente(n). Bij het verstrijken van de termijn wordt het openbaar onderzoek door de gemeente(n) afgesloten. Binnen vijftien dagen na het afsluiten zenden zij hun proces-verbaal over aan de betrokken buitendienst van de administratie.
  Bij ontstentenis van een binnen de voorgeschreven termijn geopend openbaar onderzoek kan de gouverneur van de betrokken provincie dit onderzoek organiseren. In dit geval gaat de termijn van het openbaar onderzoek in uiterlijk vijftien dagen te rekenen vanaf de datum van afgifte ter post van het bericht dienaangaande vanwege de administratie en duurt dertig dagen;
  3° bij ter post aangetekende brief betekend aan de eigenaars, erfpachthouders, opstalhouders en vruchtgebruikers zoals bekend bij de Administratie van de BTW, Registratie en Domeinen op de datum van het ontwerp van lijst. Zij kunnen hun opmerkingen en bezwaren indienen bij de respectieve buitendiensten van het Bestuur Monumenten en Landschappen binnen een termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van de afgifte ter post van de betekening. Gedurende deze termijn ligt het dossier ter inzage op de betrokken buitendienst van het Bestuur Monumenten en Landschappen;
  4° bij uittreksel gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.
  § 3. De personen die overeenkomstig § 2, 3°, in kennis werden gesteld van het ontwerp van lijst, geven bij ter post aangetekende brief kennis aan de huurders of de bewoners van het ontwerp van lijst dat hun betekend werd, binnen tien dagen te rekenen vanaf de datum van de afgifte ter post van de betekening op straffe van hoofdelijke aansprakelijkheid voor het herstel en de schadeloosstelling zoals bepaald in artikel 15 van dit decreet. In de betekening aan de in § 2, 3° bedoelde personen wordt deze verplichting vermeld.
  § 4. De personen die overeenkomstig § 2, 3°, in kennis werden gesteld van het ontwerp van lijst, geven bij ter post aangetekende brief kennis van de eventuele gewijzigde eigendomstoestand aan de bevoegde buitendienst van het Bestuur Monumenten en Landschappen, binnen tien dagen te rekenen vanaf de datum van de afgifte ter post van de betekening, op straffe van hoofdelijke aansprakelijkheid voor het herstel en de schadeloosstelling zoals bepaald in artikel 15 van dit decreet. In de betekening aan de in § 2, 3°, bedoelde personen wordt deze verplichting vermeld. De nieuwe eigenaars, erfpachthouders, opstalhouders en vruchtgebruikers worden op hun beurt betekend overeenkomstig § 2.
  § 5. De vergunningverlenende instanties en de gemachtigde ambtenaar van stedebouw zijn ertoe gehouden, binnen dertig dagen na ontvangst van de vergunningsaanvraag, advies in te winnen bij de regering of haar gemachtigde voor alle vergunningen die verleend worden overeenkomstig de wet- en decreetgeving inzake ruimtelijke ordening en stedebouw. Zij zijn daartoe gehouden, onverminderd de algemene voorschriften inzake instandhouding en onderhoud die door een besluit van de Vlaamse regering bepaald werden. De regering of haar gemachtigde brengt binnen dertig dagen advies uit. Dit advies is bindend voor zover het negatief is of voorwaarden oplegt. Bij ontstentenis van een binnen de voorgeschreven termijn overgezonden advies, wordt dit als gunstig beschouwd.
  § 6. Bij overdracht van een zakelijk recht van een op een ontwerp van lijst opgenomen monument of van een in een stads- of dorpsgezicht gelegen onroerend goed, moet de instrumenterende ambtenaar verplicht vooraf een stedebouwkundig attest aanvragen en in de overdrachtsakte vermelden dat bedoeld onroerend goed opgenomen is op een ontwerp van lijst en deze overdracht meedelen aan de betrokken buitendienst van het Bestuur Monumenten en Landschappen. Bij het afgeven van bedoeld stedebouwkundig attest moet de in § 5 bedoelde procedure nageleefd worden.
  § 7. Vanaf de betekening van het ontwerp van lijst zijn op de in het besluit vermelde onroerende goederen gedurende een termijn van maximaal twaalf maanden al de uitwerkselen van de bescherming voorlopig van toepassing. De termijn gaat in te rekenen vanaf de datum van de afgifte ter post van de in § 2, 1°, vermelde voorlegging. Voor de personen bedoeld in § 2, 3°, zijn al de uitwerkselen van de bescherming voorlopig van toepassing vanaf hun betekening tot de datum waarop de eerder vermelde termijn afloopt. De rechtsgevolgen gelden voor elke andere natuurlijke of rechtspersoon vanaf de publikatie in het Belgisch Staatsblad tot de datum waarop de eerder vermelde termijn afloopt. Die termijn kan, bij gemotiveerde beslissing van de regering, eenmaal met ten hoogste zes maanden worden verlengd.
  § 8. De regering kan, de Koninklijke Commissie gehoord, monumenten en stads- en dorpsgezichten van de ontwerpen van lijst schrappen. " .

Art.5. Artikel 6 van hetzelfde decreet wordt opgehe
  en.

Art.6. Artikel 7 van hetzelfde decreet wordt vervangen als volgt : "Artikel 7. De regering, de Koninklijke Commissie gehoord, stelt het besluit tot definitieve bescherming van de op de ontwerp van lijst voorkomende monumenten en stads- en dorpsgezichten vast. Het besluit wordt bij uittreksel bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. Het besluit vermeldt de algemene en eventueel specifieke voorschriften inzake instandhouding en onderhoud. De inschrijving op de ontwerpen van lijst vervalt van rechtswege indien de besluiten niet zijn genomen binnen de in artikel 5, § 7, bepaalde termijn. "

Art.7. Artikel 8 van hetzelfde decreet wordt vervangen als volgt : "Artikel 8. § 1. Het besluit houdende bescherming als monument en/of stads- of dorpsgezicht wordt betekend aan de eigenaars, erfpachthouders, opstalhouders en vruchtgebruikers zoals bekend bij de Administratie van de BTW, Registratie en Domeinen op de datum van het besluit.
  § 2. Het besluit tot bescherming van een stads- of dorpsgezicht bevat als bijlage een plan met de nauwkeurige aflijning van het beschermde gebied. Het vermeldt de bijzondere beperkingen die met het oog op de vrijwaring van de wezenlijke kenmerken van het beschermde monument, stads- of dorpsgezicht aan het eigendomsrecht worden gesteld.
  § 3. De personen die conform § 1 van dit artikel, in kennis werden gesteld van het besluit, geven bij ter post aangetekende brief kennis aan de huurders of de bewoners van het besluit dat hun betekend werd, binnen tien dagen te rekenen vanaf de datum van de afgifte ter post van de betekening op straffe van hoofdelijke aansprakelijkheid voor het herstel en de schadeloosstelling zoals bepaald in artikel 15.
  § 4. De personen, die conform § 1 van dit artikel, in kennis werden gesteld van het besluit, geven bij ter post aangetekende brief kennis van de eventuele gewijzigde eigendomstoestand aan de betrokken buitendienst van het Bestuur Monumenten en Landschappen, binnen tien dagen te rekenen vanaf de datum van de afgifte ter post van de betekening, op straffe van hoofdelijke aansprakelijkheid voor het herstel en de schadeloosstelling zoals bepaald in artikel 15. "

Art.8. In artikel 10, § 2, van hetzelfde decreet worden de woorden "het kadaster en de bewaarder der hypotheken" geschrapt.

Art.9. In artikel 11 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2 eerste lid van hetzelfde decreet worden de woorden "het koninklijk besluit" vervangen door de woorden "een besluit van de Vlaamse regering";
  2° in § 5 worden tussen de woorden "voor bescherming vatbare" en "onroerende goederen" de woorden "en beschermde" ingevoegd en § 5 wordt aangevuld als volgt :
  " De Vlaamse regering wijst de gemachtigden aan die voor de toepassing van dit decreet de hoedanigheid van agent of officier van gerechtelijke politie hebben als haar beëdigde ambtenaren. ";
  3° paragraaf 6 wordt aangevuld als volgt :
  " De instrumenterende ambtenaar deelt deze overdracht mee aan de betrokken buitendienst van het Bestuur Monumenten en Landschappen. ";
  4° paragraaf 7 wordt opgeheven".

Art.10. In artikel 13 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in 1° worden de woorden "overeenkomstig artikel 5, § 4," vervangen door "overeenkomstig artikel 5, § 5";
  2° er wordt een 1°bis ingevoegd, luidend als volgt :
  " 1°bis. De eigenaars, erfpachthouders, opstalhouders en vruchtgebruikers die verzuimen de overeenkomstig artikel 11, § 1, bepaalde voorschriften na te leven; ";
  3° in 3° worden de woorden "overeenkomstig artikel 5, § 5", vervangen door "overeenkomstig artikel 5, § 6".

Art.11. De onder het stelsel van het decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten en stads- en dorpsgezichten begonnen procedures tot bescherming als monument, stads- of dorpsgezicht worden voortgezet overeenkomstig bedoeld decreet.

Art. 12. Dit decreet treedt in werking de dag dat het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
  Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
  Brussel, 22 februari 1995.
  De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Verkeer, Buitenlandse Handel en Staatshervorming, J. SAUWENS