Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

25 JANUARI 1995. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 8 december 1993 betreffende de controle op de afwezigheid wegens ziekte.



Inhoudstafel:


Art. 1-12, 20bis, 20ter, 20quater, 13-17



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1993120800 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 2,2° van het besluit van de Vlaamse regering van 8 december 1993 betreffende de controle op de afwezigheid wegens ziekte worden de woorden "van 15 december 1993" vervangen door de woorden "van 8 december 1993".

Art.2. Het opschrift van HOOFDSTUK II van hetzelfde besluit wordt vervangen door het volgende opschrift: "Formaliteiten bij afwezigheid wegens ziekte."

Art.3. Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de volgende bepaling: "Indien het wegens ziekte afwezige personeelslid tijdens de ziekte niet in zijn woonplaats verblijft, dient zijn verblijfplaats aan de directeur meegedeeld te worden".

Art.4. Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling: "Art 5. Bij een afwezigheid wegens ziekte van meer dan één dag stuurt het personeelslid onmiddellijk een afwezigheidsattest naar de directeur en een medisch attest naar het controle-organisme. Op beide attesten moet vermeld worden waar men tijdens de afwezigheid verblijft." Dit geldt eveneens voor personeelsleden die ter beschikking gesteld zijn wegens ziekte.

Art.5. § 1. In artikel 6 van hetzelfde besluit waarvan de huidige tekst een § 2 vormt worden de woorden "zoals bedoeld in artikel 5" ingevoegd tussen de woorden "van het ziekteverlof" en de woorden "stuurt het personeelslid".
  § 2. Een § 1 wordt toegevoegd luidend als volgt :
  "§ 1. Bij verlenging van het in artikel 4 bedoelde ziekteverlof stuurt het personeelslid zo snel mogelijk een afwezigheidsattest naar de directeur en een medisch attest naar het controle-organisme."

Art.6. Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : "Art. 7. § 1. De woon- of verblijfplaats kan tijdens de eerste vierentwintig uur van de afwezigheid wegens ziekte enkel verlaten worden om gerechtvaardigde medische redenen, desgevraagd te bewijzen door het betrokken personeelslid.
  § 2. Elk personeelslid, afwezig wegens ziekte, is verplicht zich te onderwerpen aan de controle van het door de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, aangeduide controle-organisme."

Art.7. § 1. Artikel 8, § 3, van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : "§ 3. Een personeelslid, afwezig wegens ziekte, kan via de directie of via het departement Onderwijs een controle-onderzoek aanvragen. Het personeelslid is verplicht dat te doen als het tijdens zijn afwezigheid wegens ziekte voor méér dan één dag naar het buitenland wenst te gaan. Deze verplichting vervalt indien het verblijf in het buitenland volledig binnen de vakantieperiode valt." § 2. Hetzelfde artikel 8 wordt aangevuld met een § 4 luidend als volgt :
  "§ 4. Het door de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, aangeduide controle-organisme kan, binnen de door deze minister opgelegde beperkingen, een controlearts sturen naar een personeelslid met ziekteverlof."

Art.8. Artikel 13 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : "Art. 13. Een personeelslid bij wie de controlearts zich tevergeefs heeft aangeboden, kan door deze opgeroepen worden om zich voor een controle-onderzoek aan te bieden. Ten dien einde laat hij bij het betrokken personeelslid een bericht na."

Art.9. Artikel 15, § 1 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : "§ 1. Is de controlearts van oordeel dat de afwezigheid wegens ziekte niet gerechtvaardigd is, dan neemt hij vooraleer zijn definitief oordeel mee te delen aan het personeelslid, onmiddellijk contact op met de behandelende arts en deelt hem dit mee. Indien de behandelde arts akkoord gaat met de diagnose van de controlearts wordt dit onmiddellijk na contact met de behandelende arts meegedeeld aan het betrokken personeelslid dat dan de dienst moet hervatten de eerstvolgende werkdag. Dit akkoord wordt nadien bij aangetekend schrijven bevestigd".
  § 2. Aan hetzelfde artikel 15 wordt een § 4 toegevoegd luidend als volgt :
  "§ 4. Er is geen definitieve beslissing, zolang er geen overleg is geweest tussen de controlearts en de behandelende arts."

Art.10. In hetzelfde besluit wordt een artikel 15bis ingevoegd luidend als volgt : "Art. 15bis. Indien de controlearts op het ogenblik van zijn onderzoek vaststelt dat er nog geen medisch attest werd opgesteld, beslist hij alleen over de gegrondheid van de afwezigheid wegens ziekte. Indien hij oordeelt dat het ziekteverlof niet verder gerechtvaardigd is, dient het personeelslid zijn dienst onmiddellijk te hervatten."

Art.11. Artikel 20 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : "Art. 20. Indien het controle-organisme een wegens ziekte of gebrekkigheid afwezig personeelslid geschikt acht om zijn ambt weder op te nemen met halftijdse prestatie, dan geeft het daarvan kennis aan het betrokken personeelslid, het departement Onderwijs en de directeur."

Art.12. Aan hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk Vbis toegevoegd dat de artikelen 20bis tot 20quater omvat en luidt als volgt :
  "HOOFDSTUK Vbis.
  Profylactisch verlof, bevallingsverlof en afwezigheid na ongeval.

Art. 20bis. Personeelsleden waarvan een inwonend familielid een besmettelijke ziekte heeft, kunnen via hun directie of via het departement om profylactisch verlof vragen.
  Op basis van een medisch attest van de behandelende arts van het zieke familielid staat het controleorganisme dit verlof ambtshalve toe en dit zonder controle.

Art. 20ter. Personeelsleden die met bevallingsverlof gaan sturen eveneens een afwezigheidsattest naar de directeur en een medisch attest naar het controle-organisme.
  Deze personeelsleden zijn tijdens hun bevallingsverlof evenwel niet onderworpen aan de controle op de afwezigheid wegens ziekte.

Art. 20quater. Met ingang van de ontvangst van de beslissing van de Administratieve Gezondheidsdienst waarbij de afwezigheid niet of niet langer aanvaard wordt als een arbeidsongeval of een trajectongeval kunnen de personeelsleden gecontroleerd worden door het controle-organisme.
  Deze personeelsleden dienen dus, indien ze verder afwezig blijven, de formaliteiten bedoeld in hoofdstuk II van dit besluit na te leven en zich aan de controle op het ziekteverlof te onderwerpen."

Art.13. Artikel 21 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : "Art. 21. Onverminderd de toepassing van artikel 86 van het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het Gemeenschapsonderwijs of van artikel 60 van het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde psycho-medische-sociale centra en onverminderd een eventuele tuchtsanctie opgelegd door de bevoegde inrichtende macht heeft het niet naleven van de bepalingen van de artikelen 5, 6, 7, 15 § 1, 15bis en 18 van dit besluit tot gevolg dat het betrokken personeelslid onwettig afwezig is en het recht op wedde of weddetoelage voor de duur van de afwezigheid verliest."

Art.14. De artikelen 22 en 23 van hetzelfde besluit worden opgeheven.

Art.15. In artikel 24 van hetzelfde besluit worden de woorden "de artikelen 21, 22 en 23" vervangen door de woorden "het artikel 21".

Art.16. Dit besluit treedt in werking op 1 februari 1995.

Art. 17. De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 25 januari 1995.
  De minister-president van de Vlaamse regering,
  L. VAN DEN BRANDE
  De Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken,
  L. VAN DEN BOSSCHE