Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

30 MAART 1995. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot bepaling van de nadere regels voor de overdracht van de personeelsleden van het Fonds van de Franse Gemeenschap voor de sociale integratie van de gehandicapten en hun inschakeling in het arbeidsproces naar het Waalse Gewest en naar de Franse Gemeenschapscommissie. (VERTALING)



Inhoudstafel:


Art. 1-6



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit, dient te worden verstaan onder :
  1° het Fonds : het Fonds van de Franse Gemeenschap voor de sociale integratie van de gehandicapten en hun inschakeling in het arbeidsproces ingericht door het decreet van 3 juli 1991 betreffende de sociale integratie van de gehandicapten en hun inschakeling in het arbeidsproces;
  2° de personeelsleden : de ambtenaren van het Fonds die vast benoemd zijn en de stagiairs.
  De stagiairs worden geacht titularis te zijn, als stagiairs, van de graad waarvoor zij tot de stage werden toegelaten.

Art.2. § 1. Door middel van een dienstorder, worden de personeelsleden verzocht, bij een ter post aangetekend schrijven, schriftelijk te laten weten, binnen de tien werkdagen na de afgifte van dat schrijven, of zij wensen te worden overgedragen naar de Franse Gemeenschapscommissie, op een van de betrekkingen opgesomd in de dienstorder.
  Zij richten hun aanvraag rechtstreeks tot de Administrateur-generaal van het Fonds, die de ontvangst ervan bericht; zij laten een afschrift van hun aanvraag aan hun hiërarchische meerdere geworden.
  De Administrateur-generaal zendt de aanvraag naar de Minister belast met het toezicht over het Fonds door.
  De personeelsleden die de vereiste kwalificatie bezitten, worden per graad in de onderstaande volgorde gerangschikt en worden in die volgorde overgedragen :
  1° de vast benoemde personeelsleden;
  2° de stagiairs.
  In elk van de groepen vermeld in vorig lid, wordt voorrang verleend aan de personeelsleden van het Fonds die aangewezen zijn in het gewestelijk bureau Brussel.
  Binnen elk van de groepen worden de personeelsleden gerangschikt als volgt :
  1° het personeelslid met de grootste niveau-anciënniteit;
  2° bij gelijke niveau-anciënniteit, het personeelslid met de grootste graadanciënniteit;
  3° bij gelijke graadanciënniteit, het personeelslid met de grootste dienstanciënniteit;
  4° bij gelijke dienstanciënniteit, het oudste personeelslid.
  § 2. Indien er, nadat aan de aanvragen is voldaan, nog betrekkingen te begeven zijn, wordt het nodig aantal personeelsleden belast met de opdrachten die overeenstemmen met deze betrekkingen en aangewezen voor het hoofdbestuur en in de provinciale bureaus van het Fonds, van ambtswege overgedragen in de omgekeerde orde als deze bepaald door de leden 4 tot 6 van de eerste paragraaf van dit artikel.
  § 3. De personeelsleden worden bij een nominatief besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap overgedragen, op eensluidend advies van het College van de Franse Gemeenschapscommissie of van de Waalse Regering.

Art.3. De ambtenaren die, na de procedure bedoeld bij artikel 2, niet naar de Franse Gemeenschaps- commissie overgedragen worden, worden van ambtswege naar het Waalse Gewest overgedragen.

Art.4. § 1. De overdracht is noch een nieuwe benoeming, noch een overplaatsing in de zin van het statuut van het personeel zoals bedoeld bij het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel.
  § 2. De overgedragen personeelsleden behouden hun hoedanigheid, hun graad, hun administratieve en geldelijke anciënniteit.
  Onverminderd § 4 van dit artikel, behouden zij tevens de toelagen, vergoedingen of premies en andere voordelen die zij genoten voor hun overdracht overeenkomstig de reglementering waarbij al deze voordelen worden toegekend.
  Zij behoudende voordelen die gekoppeld zijn aan hun betrekking voor zover dat de toekenningsvoorwaarden nog blijven bestaan in de Diensten van de Waalse Gewestregering of van de Franse Gemeenschapscommissie.
  § 3. Wanneer een personeelslid belast is met de uitoefening van een hoger ambt bij het Fonds, wordt voor zijn aanwijzing alleen rekening gehouden met zijn statutaire graad. Indien hij bij de dienst waarnaar hij overgedragen wordt, vanaf de datum van zijn overdracht zonder onderbreking opnieuw belast wordt met de uitoefening van hetzelfde hoger ambt als het hoger ambt dat hij uitoefende, wordt hij voor de toepassing van het koninklijk besluit van 8 augustus 1983 betreffende de uitoefening van een hoger ambt in de Rijksbesturen geacht het hoger ambt verder uit te oefenen.
  § 4. De personeelsleden op wie het koninklijk besluit van 7 augustus 1939 betreffende de beoordeling en de loopbaan van het Rijkspersoneel van toepassing is, behouden bij het Waalse Gewest en bij de Franse Gemeenschapscommissie de laatste beoordeling die hun werd toegekend.
  De beoordeling blijft geldig tot de toekenning van een nieuwe beoordeling. Indien een ambtenaar, op de datum van zijn overdracht krachtens dit besluit, een aanvraag tot herziening van zijn beoordeling heeft ingediend, wordt de procedure voortgezet bij het Waalse Gewest of bij de Franse Gemeenschapscommissie, volgens de daar geldende regels.
  § 5. De personeelsleden behouden de aanspraken op bevordering die zij hebben verworven door het slagen voor een examen ingericht door het Fonds, een vergelijkend examen voor overgang naar het hogere niveau of voor een examen voor verhoging in graad georganiseerd door de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap waartoe zij voor hun overdracht behoorden.
  Voor hun rangschikking worden de geslaagden geacht het vergelijkend examen of het examen te hebben afgelegd bij het Waalse Gewest of bij de Franse Gemeenschapscommissie. Indien het om vergelijkende examens gaat waarvan het proces-verbaal op dezelfde datum is afgesloten, worden de geslaagden onderling gerangschikt alsof het om een zelfde vergelijkend examen ging.
  Indien het om vergelijkende examens gaat waarvan het proces-verbaal op verschillende data is afgesloten, wordt voorrang verleend aan de geslaagden voor het vergelijkend examen waarvan het proces-verbaal op de verst afgelegen datum werd afgesloten.

Art.5. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgema
  kt.

Art. 6. De Minister tot wiens bevoegdheid de Ambtenarenzaken behoren, is belast met de uitwerking van dit besluit.
  Brussel, 30 maart 1995.
  Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap :
  De Minister-Voorzitster van de Regering van de Franse Gemeenschap, belast met de Ambtenarenzaken, het Kind en de Gezondheidspromotie,
  Mevr. L. ONKELINX