13 JULI 1995. - Decreet houdende organisatie van de vervanging van de Ministers door hun parlementaire plaatsvervangers. (VERTALING) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 21-07-1995 en tekstbijwerking tot 30-12-2000)
Art. 1-4, 4bis, 5
Artikel 1. Dit decreet regelt, overeenkomstig de artikelen 39, 118, § 2, en 123, § 2, van de Grondwet, een materie vermeld in de artikelen 24bis, § 3, en 49, § 2, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wetten van 8 augustus 1988 en 16 juli 1993.
Art.2. In de zin van dit decreet wordt verstaan onder :
1° "Gewest" : het Waalse Gewest;
2° "Regering" : de Waalse Gewestregering;
3° "Raad" : de Waalse Gewestraad;
4° "lid van de Regering" : Minister van de Waalse Regering;
5° "lid van de Raad" : lid van de Waalse Gewestraad.
Art.3. (§ 1. Het mandaat van Raadslid is onverenigbaar met de functie van Regeringslid.) <DWG 2000-12-14/47, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 30-12-2000>
§ 2. Het lid van de Raad dat tot lid van de Regering wordt gekozen, houdt onmiddellijk op zitting te hebben na zijn eedaflegging bedoeld in artikel 62 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. Hij neemt zijn ambt weer op na zijn vervanging als Gewestminister.
§ 3. In afwijking van § 2, kan het lid van de Regering in geval van vernieuwing van één of verschillende vergaderingen, zijn ambt verenigen met het mandaat van lid van de Raad of van een andere vergadering tot de van nieuwe Regering. Deze toestand mag echter niet langer dan zes maanden aanhouden.
Bij overschrijding van deze termijn wordt in zijn vervanging voorzien.
Art.4. § 1. Het lid van de Raad waarvan sprake in artikel 3, § 2, wordt onmiddellijk vervangen door de eerst in aanmerking komende plaatsvervanger op de lijst waarop hij gekozen is.
§ 2. De plaatsvervanger van het lid van de Regering heeft het statuut van lid van de Raad.
§ 3. In geval van vervanging door het ontslagnemende lid van de Regering in de loop van de legislatuur, wordt het lid van de Raad weer opgenomen als eerst in aanmerking komende plaatsvervanger op de lijst waarop hij gekozen is.
Art. 4bis. <Ingevoegd bij DWG 2000-12-14/47, art. 3; Inwerkingtreding : 30-12-2000> § 1. Het mandaat van Raadslid is onverenigbaar met de functies van lid van de Franse Gemeenschapsregering en van lid van de Duitstalige Gemeenschapsregering.
§ 2. Artikel 3, §§ 2 en 3, en artikel 4 van voorliggend decreet zijn mutatis mutandis toepasselijk op de leden van de in paragraaf 1 van dit artikel bedoelde Raad.
Art. 5. Dit decreet treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Namen, 13 juli 1995.
De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, K.M.O.'s, Toerisme en Patrimonium,
R. COLLIGNON
De Minister van Ruimtelijke Ordening, Uitrusting en Vervoer,
M. LEBRUN
De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken,
B. ANSELME
De Minister van Begroting en Financiën, Tewerkstelling en Vorming,
J.-C. VAN CAUWENBERGHE
De Minister van Onderzoek, Technologische Ontwikkeling, Sport en Internationale Betrekkingen,
J.-P. GRAFE
De Minister van Sociale Actie, Huisvesting en Gezondheid,
W. TAMINIAUX
De Minister van Leefmilieu, Natuurlijke Hulpbronnen en Landbouw,
G. LUTGEN