7 APRIL 1995. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 april 1978 betreffende aërosols.
Art. 1-5
Artikel 1. De volgende wijzigingen worden aan het koninklijk besluit van 14 april 1978 betreffende aërosols aangebracht :
1° artikel 1, 9° wordt door de volgende bepaling vervangen :
"9° Ontvlambare bestanddelen :
stoffen en preparaten die voldoen aan de criteria voor de categorieën "zeer licht ontvlambaar", "licht ontvlambaar" en "ontvlambaar" voorkomend in titel III, hoofdstuk III, sectie I, B van het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming, goedgekeurd door de besluiten van de Regent van 11 februari 1946 en 27 september 1947.
De eigenschappen voor het brandgedrag van de bestanddelen in de houder worden bepaald overeenkomstig de specifieke methoden vastgesteld in titel III, hoofdstuk III, sectie II van het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming, goedgekeurd door de besluiten van de Regent van 11 februari en 27 september 1947.";
2° artikel 3, § 1, e), wordt door de volgende bepaling vervangen :
" e) de aanvullende gebruiksaanwijzingen die de gebruiker waarschuwen voor de specifieke gevaren van het produkt;";
3° artikel 3, § 1, f) wordt opgeheven;
4° artikel 3, § 2 wordt opgeheven;
5° in artikel 7, § 1 worden de woorden "van de artikelen 2, 3 en 4" door de woorden "van de artikelen 2, 3, 3bis, 3ter en 4" vervangen.
Art.2. Twee artikelen 3bis en 3ter, luidend als volgt, worden na artikel 3 in hetzelfde besluit ingevoegd :
" Artikel 3bis. § 1. Het is verboden aërosols, die ontvlambare bestanddelen bevatten, in de handel te brengen die niet de volgende aanwijzingen dragen :
a) "Niet spuiten in de richting van een vlam of een gloeiend voorwerp";
b) "Verwijderd houden van ontstekingsbronnen - Niet roken";
c) "Buiten bereik van kinderen bewaren";
d) de aanduiding van het ontvlambaarheidsgevaar - dat verbonden is aan de stoffen en/of preparaten in de aërosols (drijfgas inbegrepen) en in voorkomend geval het symbool, alsmede de bijhorende waarschuwingszinnen, overeenkomstig bijlage I, § B en C van hoofdstuk III van titel III van het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming, goedgekeurd door de besluiten van de Regent van 11 februari 1946 en 27 september 1947.
§ 2. Wanneer degene die verantwoordelijk is voor het in de handel brengen van aërosols, die ontvlambare bestanddelen bevat, beschikt over bewijsstukken die gebaseerd zijn op proeven of passende onderzoeken waaruit blijkt dat deze aërosols, alhoewel zij ontvlambare bestanddelen bevatten, geen gevaar voor ontbranding opleveren in normale of redelijk te verwachten gebruiksomstandigheden, mag hij op eigen verantwoordelijkheid afzien van toepassing van de bepalingen van § 1.
In dat geval moet de hoeveelheid ontvlambare stoffen in de aërosol als volgt in de etikettering vermeld worden : "Bevat x gewichtsprocent (of %) ontvlambare bestanddelen".
De in het eerste lid bedoelde bewijsstukken moeten - ter beschikking van de bevoegde inspectieautoriteiten gehouden worden.
Art. 3ter. § 1. De in de artikelen 3 en 3bis voorziene aanwijzingen moeten op zichtbare, duidelijk leesbare en onuitwisbare wijze op de aërosols worden aangebracht.
§ 2. Indien de in § 1 voorziene aanwijzingen te uitgebreid zijn om alle op de aërosol aangebracht te worden wegens de kleine afmetingen van de .
aërosol (wanneer de totale capaciteit gelijk is aan of minder dan 150 milliliter), behoeven deze aanwijzingen slechts op een etiket te worden aangebracht, dat aan de aërosol moet gehecht zijn.".
Art.3. (niet gepubliceerd).
Art.4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 april 1995.
Art. 5. Onze Minister van Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 7 april 1995.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Volksgezondheid,
J. SANTKIN