24 FEBRUARI 1995. - Koninklijk besluit betreffende de uitgifte van de 8 pct. lening 1995-2002.
Art. 1-14
Artikel 1. Onze Minister van Financiën wordt gemachtigd, om onder de door hem vast te stellen voorwaarden, een binnenlandse lening genaamd " 8 pct. lening 1995-2002 " uit te geven.
Art.2. De lening is vertegenwoordigd door :
1° toonderobligaties van 10 000 frank, 20 000 frank, 50 000 frank, 100 000 frank en 500 000 frank;
2° op naam gestelde inschrijvingen in een grootboek van de Staatsschuld;
3° gedematerialiseerde effecten die uitsluitend op rekening zijn geboekt.
Elk van de drie voornoemde effectvormen kan omgezet worden in elk van de twee andere vormen.
Art.3. De lening rent 8 pct. 's jaars vanaf 14 maart 1995. De rente is betaalbaar op 14 maart van de jaren 1996 tot 2002.
Art.4. De lening is aflosbaar vanaf het tweede jaar, overeen- komstig onderstaande modaliteiten.
Een jaarlijkse dotatie van 5 pct. van het uitgegeven kapitaal, ieder jaar vermeerderd met de rente van de afgeloste kapitalen, wordt op grond van een normale jaarspreiding, zo nodig aangepast aan de markttoestand, aangewend tot terugkoop van het kapitaal. De terugkoop zal gebeuren tegen koersen in overeenstemming met het belang van de Schatkist.
De voor de jaarlijkse aflossingen bestemde fondsen worden ter beschikking van de Amortisatiekas gesteld vanaf 14 maart van elk der jaren 1996 tot 2001 naargelang van de door haar aan de dienst van de Staatsschuld genotificeerde behoeften.
Het niet gebruikte gedeelte van de aflossingsdotaties wordt niet overgebracht.
Het op 14 maart 2002 niet afgeloste kapitaal is op die datum terugbetaalbaar tegen pari van de nominale waarde.
De aflossingsdotaties van deze lening mogen samengevoegd worden met deze van andere leningen, uitgegeven tegen dezelfde rentevoet en op dezelfde vervaldag terugbetaalbaar tegen pari en volgens dezelfde aflossingsmodaliteiten.
Art.5. De openbare inschrijving op de lening wordt opengesteld op 7 maart 1995; zij wordt afgesloten op 13 maart 1995. Aan de inschrijving kan echter vóór laatstvermelde datum een einde worden gesteld.
Het bedrag van de inschrijving dient een veelvoud van 10 000 frank te Zijn.
De op de sluitingsdag ontvangen inschrijvingen mogen eventueel verhoudingsgewijze verdeeld worden; in dit geval worden de door de inschrijvers te veel gestorte sommen hun zonder rentevergoeding terugbetaald.
De inschrijvingen worden aanvaard bij de Nationale Bank van België te Brussel en buiten de hoofdstad, bij de in België gevestigde banken, spaarbanken en beursvennootschappen, alsmede bij de in België gevestigde financiële instellingen van de openbare sector die gemachtigd zijn om aan de plaatsing van de lening deel te nemen.
Art.6. De openbare inschrijving op de lening kan het voorwerp uitmaken van heropeningen waarvan de perioden, de looptijden en de uitgifteprijzen door Onze Minister van Financiën worden vastgesteld.
Art.7. De uitgifteprijs wordt door Onze Minister van Financiën ten laatste op 6 maart 1995 vastgesteld. Hij is volledig in speciën te betalen.
Art.8. De toonderobligaties bepaald in artikel 2, 1e alinea, 1°, zijn voorzien van zes jaarlijkse rentecoupons voor de vervaldagen van 14 maart 1996 tot 2001 de interest voor het laatste jaar betaalbaar zijnde tegen aanbieding van de obligatie ; zij zullen ten laatste op 14 juli 1995 afgeleverd worden.
Deze obligaties dragen de naamstempel van de Minister van Financiën, alsmede die van de administrateur-generaal van de thesaurie en van de ambtenaar belast met de dienst van de Staatsschuld. Zij worden voorzien van het zegel van het Ministerie van Financiën en van het visum van het Rekenhof. De coupons dragen de afdruk van de speciale controlestempel van de schuld aan toonder.
Art.9. De betaling van de coupons en de terugbetaling van de obli- gaties geschieden aan de loketten van de Rijkskassier, bij de Nationale Bank van België, te Brussel en buiten de hoofdstad.
Art.10. Aan de in artikel 5 bedoelde banken, spaarbanken en beursvennootschappen, alsmede aan de financiële instellingen van de openbare sector kan naargelang de categorie waartoe zij behoren, een commissieloon toegekend worden dat door de Minister van Financiën wordt vastgesteld.
Wat betreft de toonderobligaties, wordt er bovendien, voor loketdienst van deze lening, aan de financiële tussenpersonen een commissieloon verleend van 0,6 pct. op het bruto bedrag der coupons betaald door hun tussenkomst; dit geldt niet voor de interest van het laatste jaar. Daarenboven wordt er voor dezelfde toonderobligaties een commissieloon van 0,3 pct. toegekend op de terugbetaling van het kapitaal die ze verwezenlijken voor rekening van de ontlener.
Art.11. De jaarlijkse interesten verjaren na verloop van vijf jaar te rekenen van hun vervaldag.
Het kapitaal verjaart na dertig jaar te rekenen vanaf de datum van de eindvervaldag op 14 maart 2002.
Art.12. Onze Minister van Financiën bepaalt de modaliteiten van de coördinatie van de inschrijvingen, de plaatsing en de betaling van de lening en vereffent de aan deze coördinatie verbonden kosten.
Art.13. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 14. Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 24 februari 1995.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Financiën,
Ph. MAYSTADT