14 SEPTEMBER 1994. - Koninklijk besluit tot uitbreiding, wat de inning en invordering van de opbrengst van een inhouding op het vakantiegeld betreft, van de opdrachten van de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten.
Art. 1-4
Artikel 1. De Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten wordt, wat de door zijn aangeslotenen aan hun personeel betaald vakantiegeld betreft, belast met het innen en het invorderen van de inhouding die wordt verricht op het forfaitair en het wijzigbaar gedeelte van het vakantiegeld, op de wijze en volgens de regels bepaald in artikel 10, § 1, van de wet van 6 augustus 1993 betreffende de pensioenen van het benoemd personeel van de plaatselijke besturen.
Art.2. Dit besluit is van toepassing op het vakantiegeld uitbetaald met betrekking tot het vakantiedienstjaar 1993, alsmede op de vakantiegelden uitbetaald met betrekking tot de volgende vakantiedienstjaren.
Art.3. Het koninklijk besluit van 1 juni 1992 tot uitbreiding, wat de inning en invordering van de opbrengst van een inhouding op het vakantiegeld betreft, van de opdrachten van de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 2 juli 1993, wordt opgeheven.
Art. 4. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Ambtenarenzaken en Onze Minister van Sociale Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 14 september 1994.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
L. TOBBACK
De Minister van Sociale Zaken,
Mevr. M. DE GALAN