30 SEPTEMBER 1994. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het aantal contractuele personeelsleden dat de nationale wetenschappelijke en culturele instellingen mogen aanwerven voor uitzonderlijke en tijdelijke opdrachten.
Art. 1-4
Artikel 1. § 1. De volgende nationale wetenschappelijke en culturele instellingen zijn gemachtigd, tot overschrijding van hun personeelsformatie, een totaal van 30 gesubsidieerde contractuelen aan te werven, verdeeld als volgt :
1° Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen :
rang 40 : 8 N + 8 F.
2° Koninklijk Museum voor Midden-Afrika :
rang A : 2 N + 2 F.
rang 20 of 22 : 1 N + 1 F.
3° Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis :
rang A : 2 N + 1 F.
rang 20 : 1 N + 2 F.
rang 30 : 1 N + 1 F.
§ 2. Het bedrag van de premie wordt op jaarbasis en voor iedere voltijds aangeworven contractueel vastgesteld op 375 000 frank.
§ 3. De premies zullen worden aangerekend op artikel 42.08 van de begroting van het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid.
Art.2. De volgende nationale wetenschappelijke en culturele instellingen zijn gemachtigd, tot overschrijding van hun personeelsformatie, een totaal van 12 contractuelen aan te werven, verdeeld als volgt :
1° Algemeen Rijksarchief :
rang 20 : 2 N + 2 F.
rang 40 : 1 N + 1 F.
2° Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium :
rang 20 : 1 F.
rang 30 : 2 N + 1 F.
3° Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België :
rang 20 : 1 N + 1 F.
Art.3. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1994 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 1994.
Art. 4. Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid en Onze Minister van Wetenschapsbeleid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 30 september 1994.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
Mevr. M. SMET
De Minister van Wetenschapsbeleid,
J.-M. DEHOUSSE