Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

23 DECEMBER 1994. - Koninklijk besluit nr. 53 met betrekking tot de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge voor gebruikte goederen, kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 27-02-2004 en tekstbijwerking tot 08-05-2013)



Inhoudstafel:


Art. 1-12



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2004003110 



Artikels:

Artikel 1. Voor de toepassing van de bijzondere regeling van de winstmarge worden aangemerkt als :
  a) gebruikte goederen, de lichamelijke roerende goederen die in de staat waarin zij verkeren of na herstelling opnieuw kunnen worden gebruikt, andere dan kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten, en andere dan edele metalen, edelstenen en parels;
  b) kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten, de goederen bedoeld in rubriek XXI van tabel A van de bijlage bij het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven.

Art.2. § 1. De maatstaf van heffing voor de in artikel 58, § 4, 2°, van het Wetboek, bedoelde leveringen van goederen is de winstmarge van de belastingplichtige wederverkoper, verminderd met het bedrag van de belasting die in de winstmarge is begrepen. Die winstmarge is gelijk aan het verschil tussen de door de belastingplichtige wederverkoper voor het goed gevraagde verkoopprijs en de aankoopprijs.
  § 2. In de zin van § 1 wordt verstaan onder :
  - "verkoopprijs" : alles wat de belastingplichtige wederverkoper als tegenprestatie verkrijgt of moet verkrijgen van de koper of van een derde, met inbegrip van de subsidies die rechtstreeks met die handeling verband houden, de belastingen, rechten, heffingen en taksen en de bijkomende kosten die de belastingplichtige wederverkoper aan de koper vraagt zoals kosten van commissie, verpakking, verzekering en vervoer. Worden niet in aanmerking genomen de sommen die als disconto van de prijs mogen worden afgetrokken, de prijsverminderingen die door de belastingplichtige wederverkoper aan de afnemer worden toegekend en die door deze laatste zijn verkregen op het tijdstip waarop de belasting opeisbaar wordt en de sommen voorgeschoten door de belastingplichtige wederverkoper voor uitgaven die hij in naam en voor rekening van zijn medecontractant heeft gedaan;
  - "aankoopprijs" : alles wat de in het bovenstaande streepje gedefinieerde tegenprestatie uitmaakt die zijn leverancier van de belastingplichtige wederverkoper verkrijgt of moet verkrijgen.

Art.3. De belastingplichtige wederverkopers stellen, onder de door of vanwege de Minister van Financiën gestelde voorwaarden, de maatstaf van heffing voor leveringen van goederen die onderworpen zijn aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge vast voor elk aangiftetijdvak.
  De belastingplichtige wederverkoper dient jaarlijks een inventaris op te maken van de voorraad goederen onderworpen aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge.
  De maatstaf van heffing voor leveringen van goederen waarop hetzelfde tarief van de belasting van toepassing is, is de totale winstmarge van de belastingplichtige wederverkoper, verminderd met het bedrag van de belasting die in dezelfde winstmarge is begrepen.
  De totale winstmarge voor elk aangiftetijdvak, uitgezonderd voor het laatste aangiftetijdvak van het jaar, is gelijk aan het verschil tussen :
  - het totale bedrag van de leveringen van goederen die onderworpen zijn aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge en die tijdens het tijdvak door de belastingplichtige wederverkoper verricht zijn; dat bedrag is gelijk aan het totaal van de verkoopprijzen;
  - en het totale bedrag van de door de belastingplichtige wederverkoper tijdens het tijdvak verrichte aankopen van goederen bedoeld in artikel 58, § 4, 2°, van het Wetboek, waarvan de leveringen door personen of belastingplichtigen vermeld in die bepaling voldoen aan de voorwaarden gesteld in die bepaling en, indien van het keuzerecht bedoeld in artikel 58, § 4, 4°, van het Wetboek, gebruik wordt gemaakt, van goederen gekocht of ingevoerd in de omstandigheden bedoeld in die laatste bepaling; dat bedrag is gelijk aan het totaal van de aankoopprijzen.
  De totale winstmarge voor het laatste aangiftetijdvak van het jaar is gelijk aan het verschil tussen :
  - het totale bedrag van de verkoopprijzen van de leveringen van goederen die onderworpen zijn aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge en die tijdens het jaar door de belastingplichtige wederverkoper zijn verricht;
  - en het totale bedrag van de aankoopprijzen van de goederen die tijdens hetzelfde jaar door de belastingplichtige wederverkoper met toepassing van de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge zijn geleverd, verhoogd met het bedrag van de winstmarges die reeds werden aangegeven voor de vorige aangiftetijdvakken van hetzelfde jaar.
  Indien de totale winstmarge met betrekking tot het laatste aangiftetijdvak van het jaar een negatieve marge is, doet dit geen recht op overdracht van die marge naar een volgend jaar ontstaan.

Art.4. Voor de leveringen van goederen onderworpen aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge wordt de omzet gevormd door de totale winstmarge die de belastingplichtige wederverkoper realiseert in de loop van een jaar, verminderd met het bedrag van de belasting die in de winstmarge is begrepen.

Art.5. Indien van het keuzerecht, bedoeld in artikel 58, § 4, 4°, van het Wetboek, gebruik wordt gemaakt, wordt de maatstaf van heffing overeenkomstig artikel 2 vastgesteld. Evenwel, voor leveringen van kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten die de belastingplichtige wederverkoper zelf heeft ingevoerd, is de aankoopprijs die in aanmerking moet worden genomen voor de berekening van de winstmarge gelijk aan de overeenkomstig artikel 34 van het Wetboek vastgestelde maatstaf van heffing bij invoer, vermeerderd met de bij invoer verschuldigde of betaalde belasting over de toegevoegde waarde.

Art.6. De keuzeverklaring bedoeld in artikel 58, § 4, 4°, van het Wetboek, die moet worden gedaan voor alle in die bepaling beoogde leveringen moet bij ter post aangetekende brief worden gericht aan de hoofdcontroleur van het controlekantoor van de belasting over de toegevoegde waarde waaronder de indiener ressorteert.
  De overeenkomstig het eerste lid gemaakte keuze gaat in op de datum van de afgifte ter post van de brief en geldt tot 31 december van het tweede jaar dat op die datum volgt.

Art.7. Indien de belastingplichtige wederverkoper zowel de normale regeling van de belasting als de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge toepast, moet hij de handelingen verricht onder de normale regeling van de belasting en de handelingen verricht onder de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge afzonderlijk in zijn boekhouding bijhouden, volgens de door of vanwege de Minister van Financiën vastgestelde modaliteiten.

Art.8.[1 Op de facturen of op de als zodanig geldende stukken die de belastingplichtige wederverkoper uitreikt voor de leveringen van goederen die hij onderwerpt aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge dient de volgende vermelding te worden aangebracht : "Bijzondere regeling - gebruikte goederen", of "Bijzondere regeling - kunstvoorwerpen" of "Bijzondere regeling - voorwerpen voor verzamelingen of antiquiteiten".]1
  ----------
  (1)<KB 2013-04-30/08, art. 46, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2013>

Art.9. In afwijking van artikel 15, § 4, van het koninklijk besluit nr. 1 van 29 december 1992, is een afzonderlijke inschrijving in het dagboek van ontvangsten noodzakelijk, met vermelding van de aard van de verkochte goederen, van de ontvangsten die voortkomen van elke door de belastingplichtige wederverkoper aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge onderworpen levering (waarvoor hij niet verplicht is een factuur uit te reiken en waarvoor hij geen factuur heeft uitgereikt). <KB 2004-02-20/34, art. 31, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2004>

Art.10. Door of vanwege de Minister van Financiën worden de andere regelen en toepassingsmodaliteiten van de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge bepaald.

Art.11. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1995.

Art. 12. Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 23 december 1994.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Financiën,
  Ph. MAYSTADT