Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

23 DECEMBER 1994. - Koninklijk besluit tot wijziging van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde.



Inhoudstafel:


Art. 1-10



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1969070305 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 8bis, § 2, eerste lid, 2°, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, ingevoegd bij de wet van 28 december 1992, wordt vervangen door de volgende bepaling :
  " 2° worden als nieuwe vervoermiddelen aangemerkt de vervoermiddelen bedoeld in 1° wanneer :
  - indien het landvoertuigen betreft, hun levering plaatsvindt binnen de zes maanden na de datum van hun eerste ingebruikneming of die niet meer dan 6 000 kilometer hebben afgelegd;
  - indien het boten betreft, hun levering plaatsvindt binnen de drie maanden na de datum van hun eerste ingebruikneming of die niet meer dan 100 uren hebben gevaren;
  - indien het luchtvaartuigen betreft, hun levering plaatsvindt binnen de drie maanden na de datum van hun eerste ingebruikneming of die niet meer dan 40 uren hebben gevlogen. "

Art.2. In artikel 15 van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992 en bij het koninklijk besluit van 29 december 1992, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in § 4, eerste lid, worden de woorden " In afwijking van § 2, tweede lid, 1°, en van § 3, " vervangen door de woorden " In afwijking van § 2, tweede lid, 1°, van § 3 en van de uitsluiting van de leveringen van goederen onderworpen aan de bijzondere regeling van belastingheffing bedoeld in titel B of in titel C van de Richtlijn 94/5/EG, ";
  2° in § 5, eerste lid, worden de woorden " In afwijking van § 2, tweede lid, 1°, en van § 3, " vervangen door de woorden " In afwijking van § 2, tweede lid, 1°, van § 3 en van de uitsluiting van de leveringen van goederen onderworpen aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge ingesteld bij artikel 58, § 4, ".

Art.3. In artikel 25ter, § 1, van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 december 1992, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  A) op het einde van § 1, 3°, wordt het punt vervangen door een puntkomma;
  B) § 1 wordt aangevuld als volgt :
  " 4° de intracommunautaire verwervingen van gebruikte goederen, kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten, indien de verkoper een belastingplichtige wederverkoper is die als zodanig optreedt en het verworven goed in de Lid-Staat van vertrek van de verzending of het vervoer aan de belasting werd onderworpen overeenkomstig de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge bedoeld in titel B van de Richtlijn 94/5/EG, of wanneer de verkoper een organisator is van openbare veilingen die als zodanig optreedt en het verworven goed in de Lid-Staat van vertrek van de verzending of het vervoer aan de belasting werd onderworpen overeenkomstig de bijzondere regeling bedoeld in titel C van dezelfde Richtlijn. "

Art.4. In artikel 39bis van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 december 1992, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  A) het eerste lid, 1°, wordt aangevuld als volgt :
  " , voor zover die leveringen van goederen niet onderworpen zijn aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge ingesteld bij artikel 58, § 4; "
  B) het eerste lid, 3°, wordt aangevuld als volgt :
  " en die leveringen van goederen niet onderworpen zijn aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge ingesteld bij artikel 58, § 4; "
  C) in het eerste lid, 4°, worden tussen de woorden " leveringen van goederen " en de woorden " waarvoor de vrijstelling als bedoeld " de woorden " andere dan die onderworpen aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge ingesteld bij artikel 58, § 4, " ingevoegd.

Art.5. Artikel 45 van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992, wordt aangevuld met de volgende paragraaf :
  " § 5. De belastingplichtigen kunnen niet in aftrek brengen de verschuldigde of betaalde belasting in de situaties bedoeld in artikel 58, § 4, 5°.
  In de mate dat hij leveringen verricht onderworpen aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge, mag de belastingplichtige wederverkoper de verschuldigde of betaalde belasting niet in aftrek brengen in de situaties bedoeld in artikel 58, § 4, 6°. "

Art.6. Artikel 58, § 4, van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wetten van 28 december 1992 en 25 mei 1993, wordt vervangen door de volgende bepaling :
  " § 4. Een bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge gerealiseerd door belastingplichtige wederverkopers is van toepassing op door hen verrichte leveringen van gebruikte goederen, kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten, overeenkomstig de volgende bepalingen :
  1° als belastingplichtige wederverkoper wordt aangemerkt de belastingplichtige die in het kader van zijn economische activiteit gebruikte goederen, kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen of antiquiteiten koopt, voor bedrijfsdoeleinden bestemd of invoert met het oog op wederverkoop, ongeacht of die belastingplichtige optreedt voor eigen rekening dan wel, ingevolge een overeenkomst tot aan- of verkoop in commissie, voor rekening van een derde;
  2° de bedoelde leveringen van goederen zijn de door een belastingplichtige wederverkoper verrichte leveringen van gebruikte goederen, kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten die hem binnen de Gemeenschap zijn geleverd :
  - door een niet-belastingplichtige;
  of
  - door een andere belastingplichtige, voor zover de levering van het goed door deze andere belastingplichtige krachtens artikel 44, § 2, 13°, is vrijgesteld;
  of
  - door een andere belastingplichtige, voor zover de levering van het goed door deze andere belastingplichtige is vrijgesteld krachtens artikel 56, § 2, en het een bedrijfsmiddel betreft;
  of
  - door een andere belastingplichtige wederverkoper, voor zover de levering van het goed door deze andere belastingplichtige wederverkoper overeenkomstig onderhavige bijzondere regeling onderworpen is geweest aan de belasting;
  3° de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge is niet van toepassing op de door een belastingplichtige wederverkoper verrichte leveringen van goederen die hem binnen de Gemeenschap zijn geleverd door personen die bij de aankoop, de intracommunautaire verwerving of de invoer van de goederen, de vrijstelling van de belasting hebben genoten krachtens artikel 42, of die hebben genoten van de teruggaaf van de belasting krachtens artikel 77, § 2;
  4° de belastingplichtige wederverkopers kunnen kiezen voor de toepassing van de bijzondere regeling op leveringen :
  a) van kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten die zij zelf hebben ingevoerd;
  b) van kunstvoorwerpen die aan hen geleverd zijn door de maker of diens rechthebbenden;
  c) van kunstvoorwerpen die aan hen geleverd zijn door een andere belastingplichtige dan een belastingplichtige wederverkoper wanneer de levering door deze andere belastingplichtige onderworpen is aan het verlaagd tarief.
  De Koning bepaalt de regelen voor het uitoefenen van die keuze, welke geldt voor een periode gelijk aan ten minste twee kalenderjaren;
  5° belastingplichtigen mogen de belasting die verschuldigd of voldaan is voor aan hen door een belastingplichtige wederverkoper geleverde of te leveren goederen niet aftrekken van de belasting die zij verschuldigd zijn, voor zover de levering van die goederen door de belastingplichtige wederverkoper onderworpen is aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge;
  6° voor zover de goederen gebruikt worden ten behoeve van zijn leveringen die onderworpen zijn aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge, mag de belastingplichtige wederverkoper van de belasting die hij verschuldigd is niet aftrekken :
  a) de belasting die verschuldigd of voldaan is voor kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen of antiquiteiten die hij zelf heeft ingevoerd;
  b) de belasting die verschuldigd of voldaan is voor aan hem geleverde of te leveren kunstvoorwerpen door de maker of diens rechthebbenden;
  c) de belasting die verschuldigd of voldaan is voor aan hem geleverde of te leveren kunstvoorwerpen door een andere belastingplichtige dan een belastingplichtige wederverkoper;
  7° voor elke levering die onder de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge valt, kan de belastingplichtige wederverkoper de normale regeling van de belasting toepassen.
  Indien de belastingplichtige wederverkoper de normale regeling van de belasting toepast :
  a) op de levering van een kunstvoorwerp, een voorwerp voor verzamelingen of een antiquiteit dat hij zelf heeft ingevoerd, mag hij van de belasting die hij verschuldigd is, de bij invoer van dat goed verschuldigde of voldane belasting aftrekken;
  b) op de levering van een kunstvoorwerp dat hem door de maker of diens rechthebbenden werd geleverd, mag hij van de belasting die hij verschuldigd is de met betrekking tot het hem geleverde kunstvoorwerp verschuldigde of voldane belasting aftrekken;
  c) op de levering van een kunstvoorwerp dat hem door een andere belastingplichtige dan een belastingplichtige wederverkoper werd geleverd, mag hij van de belasting die hij verschuldigd is de met betrekking tot het hem geleverde kunstvoorwerp verschuldigde of voldane belasting aftrekken.
  Dat recht op aftrek ontstaat op het tijdstip waarop de belasting opeisbaar wordt voor de levering waarvoor de belastingplichtige wederverkoper voor de normale regeling van de belasting kiest.
  De stukken die dat recht op aftrek staven moeten worden bewaard gedurende tien jaar te rekenen vanaf de eerste januari van het jaar volgend op het jaar waarin dat recht op aftrek is ontstaan;
  8° de belastingplichtige wederverkoper mag de belasting over de leveringen van goederen waarop hij de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge toepast niet afzonderlijk vermelden op de factuur die hij uitreikt, op ieder als zodanig geldend stuk of op ieder verbeterend stuk;
  9° de leveringen van nieuwe vervoermiddelen in de zin van artikel 8bis, § 2, verricht onder de in artikel 39bis bedoelde voorwaarden, zijn uitgesloten van de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge;
  10° de belastingplichtige wederverkoper moet een register houden van de goederen onderworpen aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge, die hij heeft verzonden of vervoerd, of die voor zijn rekening werden verzonden of vervoerd, naar een andere Lid-Staat met het oog op eventuele verkoop in de Lid-Staat van aankomst van de verzending of van het vervoer van de goederen;
  11° indien de toepassing van de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge een negatieve marge tot resultaat heeft, doet dat geen recht op terugbetaling van de belasting ontstaan;
  12° de leveringen van in deze paragraaf bedoelde goederen, voor dewelke de voorwaarden en modaliteiten die voor de toepassing van de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge zijn gesteld, niet worden nageleefd, worden, behoudens tegenbewijs, geacht te zijn verricht onder de normale regeling van de belasting;
  13° de Koning bepaalt de andere regelen en toepassingsmodaliteiten van de door deze paragraaf ingestelde regeling; inzonderheid definieert Hij de beoogde goederen en bepaalt Hij de maatstaf van heffing en de winstmarge. "

Art.7. Artikel 60, § 1, eerste lid, van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992, wordt vervangen door het volgende lid :
  " De boeken en stukken, waarvan dit wetboek of de ter uitvoering ervan gegeven regelen het houden, het opmaken of het uitreiken voorschrijven, dienen te worden bewaard door hen die ze hebben gehouden, opgemaakt of ontvangen gedurende tien jaar te rekenen vanaf de eerste januari van het jaar volgend op hun sluiting wat boeken betreft, op hun datum wat andere stukken betreft of op het jaar waarin het recht op aftrek is ontstaan in de gevallen bedoeld in artikel 58, § 4, 7°, tweede lid, indien het gaat om stukken bedoeld in artikel 58, § 4, 7°, vierde lid. "

Art.8. In artikel 77, § 2, eerste lid, gewijzigd bij de wet van 28 december 1992, worden tussen de woorden " mits die automobiel " en de woorden " wordt gekocht " de woorden " niet het voorwerp heeft uitgemaakt van een levering onderworpen aan de bijzondere regeling van belastingheffing over de winstmarge ingesteld bij artikel 58, § 4, en " ingevoegd.

Art.9. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1995.

Art. 10. Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 23 december 1994.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Financiën,
  Ph. MAYSTADT