20 JUNI 1994. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 7 van 29 december 1992 met betrekking tot de invoer van goederen voor de toepassing van de belasting over de toegevoegde waarde en van het koninklijk besluit nr. 49 van 29 december 1992 met betrekking tot de vrijstellingen ten aanzien van de leveringen van goederen door de taksvrije verkooppunten, op het stuk van de belasting over de toegevoegde waarde.
Art. 1-9
Artikel 1. Artikel 2 van het koninklijk besluit nr. 7 van 29 december 1992 met betrekking tot de invoer van goederen voor de toepassing van de belasting over de toegevoegde waarde wordt vervangen door de volgende bepaling :
" Artikel 2. § 1. Voor de andere dan in artikel 1 bedoelde goederen die België binnenkomen vanuit een gebied dat deel uitmaakt van het douanegebied van de Gemeenschap maar wordt aangemerkt als derde land of derdelandsgebied voor de toepassing van het gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde, wordt de douanereglementering toepasselijk gemaakt, onder meer wat betreft de kantoren en wegen waarlangs de goederen mogen worden binnengebracht, de verplichting de goederen op die kantoren te vertonen en aan te geven en de uren tijdens dewelke die formaliteiten moeten worden verricht.
§ 2. De in § 1 bedoelde goederen kunnen onder een fiscale regeling van tijdelijke opslag, entrepot, actieve veredeling of tijdelijke invoer worden geplaatst en verblijven op voorwaarde dat, indien het om goederen bedoeld in artikel 1 zou gaan, die goederen onder een douaneregeling van tijdelijke opslag, entrepot, actieve veredeling met toepassing van het schorsingssysteem of onder een regeling van tijdelijke invoer met volledige vrijstelling van invoerrechten konden worden geplaatst en verblijven.
Door of vanwege de Minister van Financiën worden de toepassingsmodaliteiten bepaald van deze paragraaf. ".
Art.2. In de Nederlandse tekst van artikel 14, § 2, 1°, van hetzelfde besluit worden de woorden " of van zijn afgevaardigde " geschrapt.
Art.3. Artikel 39, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
" In de gevallen bedoeld in artikel 39bis, eerste lid, 1° en 4°, van het Wetboek, vermeldt de aangifte voor het gebruik, benevens de vermeldingen bedoeld in artikel 9, het BTW-identificatienummer dat in een andere Lid-Staat werd toegekend aan de persoon aan wie de geadresseerde de goederen levert. ".
Art.4. In artikel 40 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) in § 1 worden de woorden " de Verordening (EEG) nr. 754/76 betreffende de naar het douanegebied van de Gemeenschap terugkerende goederen " vervangen door de woorden " de artikelen 185 en 186 van de Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek ";
b) in de Nederlandse tekst van § 3 worden tussen de woorden " de Minister " en " de modaliteiten " de woorden " van Financiën worden " ingevoegd.
Art.5. In de Nederlandse tekst van artikel 41, § 5, van hetzelfde besluit wordt tussen de woorden " de Minister van Financiën " en " de modaliteiten " het woord " worden " ingevoegd.
Art.6. In artikel 43, § 2, 2°, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden " 2 000 frank " vervangen door de woorden " 7 300 frank ".
Art.7. In artikel 3, § 1, van het koninklijk besluit nr. 49 van 29 december 1992 met betrekking tot de vrijstellingen ten aanzien van de leveringen van goederen door de taksvrije verkooppunten, op het stuk van de belasting over de toegevoegde waarde, worden de woorden " 2 000 frank " vervangen door de woorden " 3 800 frank ".
Art.8. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 april 1994.
Art. 9. Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 20 juni 1994.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Financiën,
Ph. MAYSTADT