11 JANUARI 1993. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 22bis van de wet van 1 april 1969 tot instelling van een gewaarborgd inkomen voor bejaarden.
Art. 1-7
Artikel 1. De forfaitaire bijzondere verwarmingstoelage wordt toegekend aan de personen die voor de maand februari van het overeenstemmend jaar effectief gerechtigd zijn op de uitbetaling van het gewaarborgd inkomen of van een deel ervan.
Art.2. De forfaitaire bijzondere verwarmingstoelage wordt samen met de voor februari van het overeenstemmend jaar verschuldigde uitkeringen ambtshalve uitbetaald door de Rijksdienst voor pensioenen aan de gerechigden beoogd in artikel 1.
Art.3. In geval van overlijden van de gerechtigde zijn de bepalingen van artikel 59 van het koninklijk besluit van 29 april 1969 houdende algemeen reglement betreffende het gewaarborgd inkomen voor bejaarden van toepassing op de forfaitaire bijzondere verwarmingstoelage.
Art.4. De krachtens dit besluit toegekende forfaitaire bijzondere verwarmingstoelage wordt niet in aanmerking genomen voor de toepassing van de regels inzake cumulatie van sociale uitkeringen en ook niet voor de aan de toekenning van sommige voordelen voorafgaande berekening van de inkomsten.
Art.5. Het bedrag van de forfaitaire bijzondere verwarmingstoelage wordt voor het jaar 1993 vatgesteld op F 1 290.
Art.6. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1993.
Art. 7. Onze Minister van Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.