22 SEPTEMBER 1993. - Koninklijk besluit tot regeling van de invoer en het binnenbrengen van zaaizaden en pootgoed van sommige plantesoorten en van teeltmateriaal van bosbouwsoorten. (NOTA : opgeheven voor het Vlaams Gewest bij BVR2022-12-23/18, art. 66, 003; Inwerkingtreding : 17-02-2023) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 20-07-2006 en tekstbijwerking tot 07-02-2023)
Art. 1-9
Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op teeltmateriaal en op zaaizaad en pootgoed van de plantesoorten bedoeld bij de volgende koninklijke besluiten :
Koninklijk besluit van 17 mei 1968 houdende inrichting van de keuring van uitgangsmateriaal en teeltmateriaal van bosbouwsoorten;
Koninklijk besluit van 8 november 1971 betreffende het in de handel brengen van vegetatief teeltmateriaal voor wijnstokken;
Koninklijk besluit van 14 september 1973 houdende reglementering van de handel in teeltmateriaal van bosbouwsoorten;
Koninklijk besluit van 23 juli 1977 houdende reglementering van de handel in zaaizaad van groenvoedergewassen;
Koninklijk besluit van 3 november 1980 houdende reglementering van de handel in zaaigranen;
Koninklijk besluit van 16 juli 1981 houdende reglementering van de handel in pootaardappelen;
Koninklijk besluit van 30 juli 1981 houdende reglementering van de handel in bietenzaad van landbouwrassen;
Koninklijk besluit van 10 september 1981 betreffende de handel in groentezaad;
Koninklijk besluit van 21 mei 1982 houdende reglementering van de handel in zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen;
Koninklijk besluit van 11 januari 1993 betreffende de handel in zaad van cichorei voor de industrie.
Art.2. (NOTA : zie verder niet-federale vorme(n) van dit artikel) De plaatsing van de in artikel 1 bedoelde produkten onder de douaneregeling van het in het vrije verkeer brengen, van de actieve veredeling, van de tijdelijke invoer en van het particulier entrepot van het type D, mag slechts door de douanediensten toegelaten worden nadat voor de betrokken partijen een certificaat, dat in vier exemplaren wordt opgemaakt, door de Nationale Dienst voor de afzet van land- en tuinbouwprodukten, hierna " Dienst " genoemd, werd afgeleverd, waarin verklaard wordt dat de produkten gekeurd, aanvaard en volledig geïdentificeerd zijn, overeenkomstig de ter zake geldende reglementering.
Het origineel wordt door de douane bij de invoer afgestempeld en terug aan de invoerder bezorgd, die het onverwijld dient op te sturen naar de Dienst. Het tweede exemplaar is voor de invoerder bestemd. Het derde exemplaar begeleidt de produkten tot aan de eerste bestemming en het vierde exemplaar is voor de Dienst bestemd.
++++++++++ Gemeenschappen en Gewesten.
Vlaamse Overheid.
Art. 2. De plaatsing van de in artikel 1 bedoelde produkten onder de douaneregeling van het in het vrije verkeer brengen, van de actieve veredeling, van de tijdelijke invoer en van het particulier entrepot van het type D, mag slechts door de douanediensten toegelaten worden nadat voor de betrokken partijen een certificaat, dat in vier exemplaren wordt opgemaakt, door (het Agentschap voor Landbouw en Visserij), hierna " Dienst " genoemd, werd afgeleverd, waarin verklaard wordt dat de produkten gekeurd, aanvaard en volledig geïdentificeerd zijn, overeenkomstig de ter zake geldende reglementering. <MB 2006-04-28/51, art. 40, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2006>
Het origineel wordt door de douane bij de invoer afgestempeld en terug aan de invoerder bezorgd, die het onverwijld dient op te sturen naar de Dienst. Het tweede exemplaar is voor de invoerder bestemd. Het derde exemplaar begeleidt de produkten tot aan de eerste bestemming en het vierde exemplaar is voor de Dienst bestemd.
++++++++++
Art.3. De verantwoordelijke voor het binnenbrengen van de in artikel 1 bedoelde produkten afkomstig van een ander Lid-Staat van de Gemeenschap dient maandelijks voor de 15e van de maand, volgend op het binnenbrengen van de produkten, bij de Dienst hiervan een staat in te dienen, onder vorm van een verklaring, conform aan artikel 4 van dit besluit.
Deze verklaring is niet nodig voor het teeltmateriaal van bosbouwsoorten als het herkomstcertificaat door de Dienst werd geregistreerd.
Art.4. De verklaring, voor echt en volledig verklaard, moet de volgende rubrieken bevatten :
- naam en volledig adres van de verantwoordelijke voor het binnenbrengen van de produkten;
- soort; ras of kloon;
- categorie en/of klasse;
- indien het een mengsel betreft, de gebruiksdoeleinden;
- binnengebrachte hoeveelheden (gewicht of aantal) in de loop van de voorgaande maand;
- officiële keuringsdienst;
- producerend land;
- land van verzending;
- datum van handtekening van de verantwoordelijke voor het binnenbrengen van de produkten.
Art.5. Inbreuken op de bepalingen van dit besluit worden opgespoord, vastgesteld, vervolgd en bestraft overeenkomstig de bepalingen van de wet van 11 juli 1969 betreffende de bestrijdingsmiddelen en de grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt.
Art.6. Het koninklijk besluit van 25 mei 1973 tot regeling van de invoer van zaaizaden en pootgoed voor sommige plantesoorten en van teeltmateriaal van bosbouwsoorten, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 januari 1976, 23 juli 1977 en 21 mei 1982 wordt opgeheven. (CN : 1973-05-25/30)
Art.7. (NOTA : zie verder niet-federale vorme(n) van dit artikel) Artikel 19, derde lid van het koninklijk besluit van 3 september 1979 houdende inrichting van de keuring van zaaizaad van landbouwgewassen te verrichten door de Nationale Dienst voor de afzet van land- en tuinbouwprodukten, wordt opgeheven.
++++++++++ Gemeenschappen en Gewesten.
Vlaamse Overheid.
Art. 7. Artikel 19, derde lid van het koninklijk besluit van 3 september 1979 houdende inrichting van de keuring van zaaizaad van landbouwgewassen te verrichten door (het Agentschap voor Landbouw en Visserij), wordt opgeheven. <MB 2006-04-28/51, art. 40, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2006>
++++++++++
Art.8. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1993.
Art.9. Onze Minister van Landbouw en Onze Minister van Financiën zijn ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.