Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

30 JANUARI 1991. - Besluit van de Vlaamse Executieve houdende vaststelling van de regelen tot het beheer en de werking van het Fonds bestemd voor het in stand houden en uitbreiden van de koopvaardij en de vissersvloot.



Inhoudstafel:


Art. 1-12



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. De Leidend Ambtenaar van de Administratie voor Economie en Werkgelegenheid wordt overdracht van bevoegdheid verleend om, namens de Vlaamse Executieve, nota's, ambtsberichten, briefwisseling en documenten met betrekking tot het dagelijks beheer en de organisatie van het Fonds bestemd voor het in stand houden en uitbreiden van de Koopvaardij en de Vissersvloot, te ondertekenen.
  De Leidend Ambtenaar staat in voor de afhandeling van de dossiers op grond van de richtlijnen die door de Vlaamse Executieve worden vastgesteld voor de toepassing van de wet van 23 augustus 1948. Hij verzekert de dagelijkse werking van het Fonds.
  Hij voert hierbij de titel van directeur-generaal van het Fonds.

Art.2. De directeur-generaal van het Fonds, wordt namens de Vlaamse Executieve gemachtigd binnen de perken van zijn bevoegdheden :
  - overeenkomsten af te sluiten en bestellingen te doen voor een maximaal bedrag van 250 000 F, alsmede de geëigende procedure hiervoor te kiezen;
  - alle goedkeuringen te verlenen en stukken te ondertekenen die voor de uitvoering van de gesloten overeenkomsten vereist zijn, conform de van kracht zijnde bepalingen;
  - met betrekking tot de subsidies en leningen toegestaan conform de van kracht zijnde richtlijnen op de economische expansie in toepassing van de wet van 23 augustus 1948, alle goedkeuringen te verlenen en stukken te ondertekenen die voor de afhandeling van de zaken vereist is.

Art.3. Driemaandelijks brengt de in artikel 1 aangeduide ambtenaar verslag uit over de aanwending van de krachtens dit besluit verleende machtigingen.
  Maandelijks wordt een staat overgemaakt van de binnen de perken van artikel 2 gedane vastleggingen en betalingen, alsook van de ontvangsten.

Art.4. Het personeel van de Administratie Economie en Werkgelegenheid, Dienst Handel en Nijverheid wordt ter beschikking gesteld van het Fonds bestemd voor het in stand houden en uitbreiden van de Koopvaardij en de Vissersvloot.

Art.5. De uitrusting en de installaties van de Administratie voor Economie en Werkgelegenheid, Dienst Handel en Nijverheid, worden ter beschikking gesteld van het Fonds bestemd voor het in stand houden en uitbreiden van de Koopvaardij en de Vissersvloot.

Art.6. De begroting van het Fonds bestemd voor het in stand houden en uitbreiden van de Koopvaardij en de Vissersvloot wordt jaarlijks opgemaakt met opgave van alle ontvangsten en alle uitgaven, welke de herkomst en de oorzaak ervan ook moge zijn en dient uiterlijk tegen 1 mei door de directeur-generaal van het Fonds door bemiddeling van de Gemeenschapsminister van Economie, Middenstand en Energie, te worden overgezonden aan de Vlaamse Executieve om te worden toegevoegd aan het ontwerp van begroting van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Het begrotingsjaar valt samen met het kalenderjaar.

Art.7. De jaarlijkse uitvoeringsrekening op de begroting van het Fonds tot Bevordering bestemd voor het in stand houden en uitbreiden van de Koopvaardij en de Vissersvloot, dient uiterlijk tegen 30 april door de directeur-generaal van het Fonds door bemiddeling van de Gemeenschapsminister van Economie, Middenstand en Energie, te worden overgezonden aan de Vlaamse Executieve.

Art.8. De bepalingen van de wet van 28 juni 1963 tot wijziging en aanvulling van de wetten op de Rijkscomptabiliteit die betrekking hebben op de controle van de vastleggingen en de uitgaven zijn eveneens van toepassing op het Fonds bestemd voor het instandhouden en uitbreiden van de koopvaardij- en de vissersvloot.

Art.9. De algemene en bijzondere regels betreffende :
  1° de vorm en inhoud van de begroting;
  2° de comptabiliteit;
  3° de overlegging van de rekeningen;
  4° de periodieke toestandopgaven en verslagen worden vastgesteld overeenkomstig de regelen van het koninklijk besluit van 7 april 1954 houdende algemeen reglement op de begroting en de comptabiliteit van de bij de wet van 16 maart 1954 bedoelde instellingen van openbaar nut.

Art.10. Het Rekenhof en de betrokken ambtenaar ontvangen voor kennisgeving een eensluidend afschrift van dit besluit.

Art.11. De Gemeenschapsminister van Economie, Middenstand en Energie is gelast met de uitvoering van dit besluit.

Art. 12. Dit besluit treedt in werking de dag van zijn bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.