16 JULI 1991. - Ministerieel besluit tot regeling van de bevoorrading van de vogelkwekers en de vinkeniers in 1991 in het Vlaamse Gewest.
Art. 1-7
Bijlage.
Art. N
Artikel 1. In het Vlaamse Gewest mag een tijdelijke en selectieve bevoorrading van vogelkwekers en vinkeniers in 1991 gebeuren van 15 oktober tot en met 15 november, waarbij echter alleen de in de bijlage bij dit besluit vermelde vogelsoorten en aantallen vogels per soort mogen worden bemachtigd door de leden van de aangeduide verenigingen.
Art.2. Elke groepering vermeld in de voornoemde bijlage zal tegen terugbetalingen een aantal open voetringen ontvangen die voldoen aan de bepalingen van het ministerieel besluit van 14 september 1981. Deze ringen dragen de laatste twee cijfers van het jaar 1991 en een nummer uit een doorlopende reeks met vier cijfers, beginnende met 0001.
Het aantal vogels dat, door de personen aan wie een groepering ringen geeft, mag worden gevangen is gelijk aan het aantal ringen toegekend aan deze groepering, overeenkomstig artikel 1.
De ringen zullen worden gebruikt om de inschrijving te rechtvaardigen van vogels die worden bemachtigd gedurende de in 1991 toegestane bevoorradingsperiode. Deze inschrijving gebeurt in de door artikel 1 van het ministerieel besluit van 14 september 1981 opgelegde inventaris van de levende kooivogels.
Voor de bevoorrading mogen alleen kooien worden gebezigd die voldoen aan de bepalingen van artikel 6, § 1, van voormeld ministerieel besluit.
De bepalingen van artikel 6, § 2, van hetzelfde besluit, zijn van toepassing op de aldus bemachtigde vogels.
Art.3. § 1. Elke in de voornoemde bijlage vermelde groepering verdeelt de ontvangen ringen tussen haar leden, voor zover deze voldoen aan de voorwaarden bepaald in artikel 5, § 2, van het ministerieel besluit van 14 september 1981 en voorkomen op de ringlijsten betreffende de bevoorrading 1990, die tijdig door bemiddeling van een erkende groepering van de woudmeester van het Bestuur Natuurbehoud en -ontwikkeling werden teruggezonden.
§ 2. Iedere voormelde groepering zal vóór 1 oktober 1991 aan de woudmeester van het Bestuur Natuurbehoud en -ontwikkeling een lijst overhandigen, opgesteld per provincie, waarop de personen, aan wie zij ringen hebben overhandigd, zullen worden vermeld.
De namen en adressen van deze personen zullen worden aangeduid, evenals het aantal overhandigde ringen en de plaatsen waar zij de vogels zullen bemachtigen.
Art.4. Wanneer iemand een vogel vangt of tracht te vangen, moet hij één of meerdere ringen bedoeld in artikel 2 van dit besluit, bij zich hebben.
Art.5. Het vervoer van vogels, bemachtigd op grond van dit besluit, is slechts geoorloofd zo zij geringd zijn overeenkomstig de bepalingen van dit besluit.
Art.6. De niet-gebruikte ringen moeten, samen met de ringlijsten, worden teruggezonden aan de woudmeester van het Bestuur Natuurbehoud en -ontwikkeling in het gebied volgens de in artikel 6, § 2, van het ministerieel besluit van 14 september 1981 opgelegde procedure voor het terugzenden van de ringlijsten.
Art.7. Dit besluit treedt in werking de dag na zijn bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.
Bijlage.
Art. N. Aantal vogels per soort dat mag worden gevangen. Aandeel van elke groepering Algemeen totaal A.VI.BO VI.MI.BEL. 17.350 1.150 18.500 vinken vinken (Fringilla coelebs) (Fringilla coelebs) A.VI.BO. : Algemene Vinkeniersbond VI.MI.BEL. : Vinkeniers van Midden-Belgie.