Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

26 SEPTEMBER 1991. - Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie houdende uitvoeringsmaatregelen met betrekking tot de verdeling van het Bijzonder Fonds voor Maatschappelijk Welzijn.



Inhoudstafel:


Art. 1-7



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

1992031276 



Artikels:

Artikel 1. Met het oog op het verzamelen van de gegevens die nodig zijn voor het berekenen van de verdeling van het Bijzonder Fonds voor Maatschappelijk Welzijn, bezorgen de openbare centra voor maatschappelijk welzijn ieder jaar aan het Verenigd College :
  1° een signalementskaartensysteem;
  2° een meerjarenbeheersplan;
  3° de begroting met betrekking tot het jaar waarop de verdeling van toepassing is;
  4° de rekening met betrekking tot het voorlaatste jaar dat voorafgaat aan dat van de verdeling;
  5° de algemene beleidsnota bedoeld in artikel 88, § 1 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn met betrekking tot de begroting bedoeld onder 3°;
  6° het jaarverslag bedoeld in artikel 89, 2de lid, van de wet van 8 juli 1976 met betrekking tot de in 4° bedoelde rekening;

Art.2. <BESL 1993-06-10/39, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-06-1993> Een magnetische drager, waarop de gegevens nodig voor de verdeling van het Bijzonder Fonds voor maatschappelijk welzijn moeten worden geschreven, wordt jaarlijks via een omzendbrief van het Verenigd College uiterlijk op 30 juni toegezonden aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

Art.3. <BESL 1993-06-10/39, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 01-06-1993> De openbare centra voor maatschappelijk welzijn bezorgen de in artikel 1 bedoelde stukken als volgt :
  1° vóór 31 juli :
  - de magnetische drager houdende het signalementskaartensysteem en het meerjarenbeheersplan;
  - de rekening en het jaarlijks verslag;
  2° vóór 30 november :
  - de begroting en de algemene beleidsnota.

Art.4. De in artikel 108 van de wet van 8 juli 1976 bedoelde inspecteur helpt het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn bij zijn taak. Bijgestaan door een ambtenaar van de administratie van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, gaat hij de juistheid na van de door het genoemde centrum verstrekte gegevens.

Art.5. Aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn die de in artikel 3 bedoelde stukken niet vóór de vastgestelde data bezorgen, kan, bij een met redenen omkleed besluit, worden geweigerd, geheel of gedeeltelijk, deel te nemen aan de verdeling van het Welzijnsfonds.

Art.6. Dit besluit treedt in werking op de derde dag na die waarop het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.

Art. 7. De Ministers, leden van het Verenigd College, tot wier bevoegdheid de welzijnszorg behoort, zijn belast met de uitvoering van dit besluit.