20 MAART 1991. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de bijdrage van de Gemeenschappen en de Gewesten tot de financiering van de uitgaven van het Wegenfonds in 1989 en 1990.
Art. 1-7
BIJLAGE.
Art. N
Artikel 1. Het totale bedrag van de uitgaven gedaan door het Wegenfonds in 1989 voor rekening van de Gemeenschappen en de Gewesten en nog niet teruggevorderd bedraagt, zoals aangegeven in de bijgaande tabel IVbis (3), 6 031 265 442 F.
Art.2. Alle personeelsuitgaven gedaan door het Wegenfonds, d.w.z. uitgaven verricht ten laste van de kredieten vermeld tegenover de artikelen van hoofdstuk 51 van de begroting van het Wegenfonds voor het begrotingsjaar 1989, worden opgesplitst op grond van de dienstaanwijzing zelf van de personeelsleden van de instelling bij de Gemeenschappen en de Gewesten.
Deze opsplitsing leidt tot het resultaat vermeld in tabel IVbis (3) d.w.z. :
a) ten laste van het Vlaamse Gewest : 1 585 156 841 F
b) ten laste van het Waalse Gewest : 966 640 987 F
c) ten laste van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest : 117 827 157 F.
Art.3. De werkingsuitgaven zowel van de buitendiensten als van de diensten van het Hoofdbestuur, d.w.z. de uitgaven verricht ten laste van de kredieten vermeld tegenover de artikelen van de hoofdstukken 52 en 53 van de begroting van het Wegenfonds voor het begrotingsjaar 1989 werden opgesplitst :
a) ofwel op grond van een rechtstreekse, totale aanrekening van het betrokken gedeelte wanneer de uitgave lokaliseerbaar is;
b) ofwel op grond van de percentages zoals die voor ieder Gewest blijken uit de kredieten van werkingsuitgaven ingeschreven op de begroting 1989 van het Wegenfonds (hoofdstuk 51 + hoofdstuk 52 + artikel 536).
Deze kredieten zijn vermeld in het document 562 - 2ter - 1988 - 1989, blz. 66, gevoegd bij de financieringswet van 16 januari 1989.
Rekening houdend met de werkingsontvangsten, zijn de percentages de volgende :
- voor het Vlaamse Gewest : 48,5 %;
- voor het Waalse Gewest : 40,9 %;
- voor het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest : 10,6 %.
De uitgaven betreffende deze artikelen die nog niet werden teruggevorderd, werden opgenomen in tabel IVbis (3). Deze uitgaven bedragen :
a) ten laste van het Vlaamse Gewest : 1 934 206 160 F
b) ten laste van het Waalse Gewest : 630 927 725 F
c) ten laste van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest : 574 113 355 F.
Art.4. Voor de uitgaven verricht ten laste van de kredieten vermeld tegenover bepaalde artikelen van hoofdstuk 53 van de begroting van het Wegenfonds voor het begrotingsjaar 1989 werd begonnen met een gedeeltelijke terugvordering ten belope van :
a) voor het Vlaamse Gewest : 1 568 462 780 F
b) voor het Waalse Gewest : 2 240 154 525 F
c) voor het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest : 0 F.
Art.5. Ook in 1990 droeg het Wegenfonds nog bij tot de betaling van de wedden van het personeel ervan, en dit ten belope van :
a) voor het Vlaamse Gewest : 326 572 844 F
b) voor het Waalse Gewest : 196 675 784 F
c) voor het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest : 25 717 987 F. <ERR. BS 22-10-1991, p. 23.692>
Deze bedragen dienen te worden gevoegd bij deze van artikel 2 behalve voor a) waarvan het bedrag reeds teruggevorderd werd.
Art.6. Alle bewijsstukken inzake de betalingen waarvan sprake in de artikelen 2, 3 en 4 bevinden zich in de archieven van de Directie Comptabiliteit van het Ministerie van Openbare Werken, in herstructurering, Simon Bolivarlaan 32, 1210 Brussel.
Art.7. Onze Eerste Minister, Onze Minister van Verkeerswezen, Onze Minister van Begroting, Onze Minister van Financiën en Onze Staatssecretaris voor Institutionele Hervormingen, belast met de Herstructurering van het Ministerie van Openbare Werken, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGE.
Art. N. RECUPERATIETABEL. <Niet opgenomen om technische redenen. Zie B.ST. 30/03/1991, p. 6644> <gewijzigd bij KB 2003-09-11/33, Inwerkingtreding : 24-10-2003>