13 SEPTEMBER 1991. - Koninklijk besluit waarbij, voor het vermelden van de gebruikte meeteenheden, aanvullende aanduidingen en afwijkende voorstellingen worden toegestaan. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 15-02-2000 en tekstbijwerking tot 15-12-2009)
Art. 1-3
Artikel 1.
§ 1. Het gebruik van aanvullende aanduidingen ter vermelding van de gebruikte meeteenheid is toegestaan [1 ...]1
§ 2. Er is een aanvullende aanduiding in de zin van dit besluit wanneer een aanduiding uitgedrukt in een eenheid, zoals vastgesteld door het koninklijk besluit van 14 september 1970 houdende gedeeltelijke inwerkingtreding van de wet van 16 juni 1970 betreffende de meeteenheden, de meetstandaarden en de meetwerktuigen en tot vaststelling van de wettelijke meeteenheden en van de standaarden en regels ter reproductie van deze eenheden, vergezeld gaat van een of meer aanduidingen uitgedrukt in eenheden die niet door vermeld koninklijk besluit zijn vastgesteld;
§ 3. De aanduiding uitgedrukt in de meeteenheden, vastgesteld door het vermeld koninklijk besluit van 14 september 1970 moet overheersen. In het bijzonder moeten de aanduidingen uitgedrukt in meeteenheden die niet door vermeld koninklijk besluit zijn vastgesteld, worden uitgedrukt in tekens die ten hoogste even groot zijn als die van de overeenkomstige aanduidingen in de meeteenheden vastgesteld door het vermeld koninklijk besluit.
----------
(1)<KB 2009-12-03/16, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2010>
Art.2. Voor de aangelegenheden vermeld in punt 1.3 van de norm NBN-ISO 2955 " Gegevensverwerking - Voorstelling van SI en grafische tekens " mag de voorstelling van meeteenheden bepaald in die norm worden gebruikt.
Art. 3. Onze Minister van Economische Zaken en het Plan is belast met de uitvoering van dit besluit.